Vrouwen aan de start van hardloopwedstrijden, dat was niet altijd vanzelfsprekend

Geschiedenis De mens heeft altijd hardgelopen, maar voor ons plezier doen we dat op grote schaal eigenlijk nog maar een halve eeuw. In Nederland werd het een volkssport, met meer beoefenaars dan voetbal.

De Schot John Graham op de Coolsingel op weg naar de zege in de eerste marathon van Rotterdam (1981).
De Schot John Graham op de Coolsingel op weg naar de zege in de eerste marathon van Rotterdam (1981). Foto Soenar Chamid

Er leek geen einde te komen aan het aantal deelnemers dat medio december bij de Linschotenloop had gekozen voor de 5,3 kilometer, een van de appetizers voor de halve marathon later die dag. Toeschouwers verbaasden zich over de eindeloze stroom lopers tussen pakweg 10 en 75 jaar in het dorp bij Woerden. En dat aan het begin van de winter, bij temperaturen rond het vriespunt.

Hardlopen is niet altijd zo populair geweest. Al was de eerste langeafstandsloop in Nederland in 1893 (Amsterdam, 85 km, alleen met mannen), een halve eeuw geleden waren er voor recreatieve lopers nauwelijks hardloopevenementen. Vrijwel alle wedstrijden waren uitsluitend voor leden van atletiekverenigingen. Langzaam breidde de sport zich buiten die kring uit.

Ook in Linschoten begon het nog geen vijftig jaar geleden, toen de plaatselijke voetbalclub in 1978 zijn vijfjarig bestaan vierde met een trimloop. Er stonden 250 mannen en vrouwen aan de start. Eind vorig jaar, bij de 43ste editie, waren dat er 4.000. De marathons in de grote steden bloeiden in hetzelfde tempo op, net als talloze halve marathons.

Windsor Castle

De eerste marathon in Nederland was naar alle waarschijnlijkheid in 1906 in Amsterdam: een wedstrijd over 40 kilometer op initiatief van de Amsterdamsche Athletische Club De Spartaan. Start in de Watergraafsmeer, hardlopen afgewisseld met snelwandelen. Ook hier alleen maar mannen. Volgens het boek De canon van de Nederlandse atletiek (2022) duurde het tot mei 1968 voordat in Nederland vrouwen aan een marathon meededen. In Baarn, een veteranenwedstrijd met twee „lieftallige atletes”, volgens een verslag in het blad Atletiekwereld.

De Japanner Kanematsu Yamada tijdens de marathon op de Olympische Spelen van 1928 in Amsterdam. In de polder tussen Amsterdam en Uithoorn wordt hij aangemoedigd door landgenoten. Foto ANP/Spaarnestad

Hoewel de marathon van Rotterdam pas bestaat sinds 1981, werd in die stad de eerste marathon gehouden op 24 mei 1908, als voorbereiding op de Olympische Spelen in Londen later dat jaar. Ongeveer 40 kilometer naar Gouda en terug. Die afstand was nog terug te voeren op de afstand die de Griekse boodschapper Pheidippides 490 voor Christus bij benadering zou hebben afgelegd tussen Marathon en Athene, volgens de overlevering om het nieuws te brengen dat de Atheense troepen bij Marathon een aanval van de Perzen hadden afgeslagen.

Ook zonder harde bewijzen was het verhaal mooi genoeg om als basis te dienen voor de langeafstandsloop bij de eerste moderne Olympische Spelen, in 1896 in Griekenland. De start lag toen een paar kilometer buiten Marathon en na bijna 37 kilometer ging de Griek Spyridon Louis in Athene als winnaar over de finish. Sindsdien heet de marathon de marathon.

Winnaar twaalf jaar later van Rotterdam-Gouda-Rotterdam: een Amsterdammer, ‘semi-arts’ W.F. Theunissen. Van de elf deelnemers haalden er zes de finish. Op de Zomerspelen in Londen werd drie maanden later voor het eerst een marathon met een lengte van 42,195 meter gelopen. Start bij Windsor Castle, finish voor de koninklijke loge in het White City stadion. Sindsdien wordt de marathon over die afstand gelopen.

Oudste stadsmarathon: Enschede

‘Rotterdam’ is inmiddels marathon in Nederland met de meeste deelnemers uit eigen land. In 1981 waren er ruim tweehonderd deelnemers, van wie 176 mannen en vier vrouwen over de finish gingen. Zondag 16 april staan er bij de 42ste editie zo’n 17.000 lopers aan de start, en er is een waaier aan kortere afstanden. Vorig jaar telde het weekend van de marathon van Rotterdam 50.000 lopers.

‘Amsterdam’ is wat het aantal deelnemers betreft de grootste marathon, en telt de meeste lopers uit het buitenland. Vorig jaar waren er ruim 18.000 deelnemers op de langste afstand, in totaal liepen er 31.000 kinderen en volwassenen. Amsterdam is in oktober toe aan de 47ste editie; de eerste was in 1975 (ruim 300 deelnemers), tijdens het 700-jarig bestaan van de hoofstad. Niet alleen de eerste marathon van Nederland was in Amsterdam, ook de meest prestigieuze, in 1928, op de Olympische Spelen. Maar de oudste ‘stadsmarathon’ in Nederland is niet die van Amsterdam of Rotterdam, maar die van Enschede, sinds 1947. Dit jaar op 16 april, net als in Rotterdam.

Amerikaan die met bestseller in de jaren 70 bijdroeg aan populariteit van hardlopen, stierf ook toen hij hardliep

Amsterdam (6) en Rotterdam (8) staan in de toptien van snelste marathons ter wereld. Berlijn voert de ranglijst aan. Vorig jaar liep de Keniaan Eliud Kipchoge daar het huidige wereldrecord: 2.01,09 uur. Het Spaanse Granada kent overigens een marathon met een start die 1.938 meter hoger ligt dan de finish. Eén kilometer is vlak, de andere 41 lopen naar beneden. Die marathon noemt zich de snelste ter wereld, maar records die daar worden gevestigd tellen niet.

De populairste en een van ’s werelds grootste marathons is de New York Marathon, met zo’n 50.000 deelnemers (onder wie elk jaar veel Nederlanders), 12.000 vrijwilligers en 2 miljoen toeschouwers. Bij de eerste editie, in 1970, deden 127 lopers mee van wie er 55 de finish haalden – allen mannen. Winnaar: de New Yorkse brandweerman Gary Muhrcke, die de wedstrijd meteen na zijn nachtdienst liep. Al decennia slingert het parcours door de stadswijken Queens, Staten Island, Long Island, Harlem en Manhattan, aanvankelijk werden vier geaccidenteerde rondjes rond Central Park gelopen. Inschrijvingskosten: 1 dollar, budget: 1.000 dollar. Pas zes jaar later gingen de deelnemers voor het eerst door de vijf stadsdelen: ruim 1.500 mannen en vrouwen gingen over de finish.

New Yorker Gary Muhrcke wint na zijn nachtdienst als brandweerman de eerste marathon van New York, september 1970. Foto ANP/ Redux /The New York Times Syndication

In New York waren vrouwen al vanaf het begin welkom – de Amerikaanse Beth Bonner was in 1971 de eerste winnares, in een wereldrecord. Een jaar later droeg de Amerikaan Frank Shorter bij aan de populariteit van hardlopen in de VS toen hij op de Olympische Spelen in München de marathon won. Het zou tot 1984 duren voordat vrouwen mochten meedoen aan de olympische marathon, 88 jaar na de eerste moderne Spelen. De Amerikaanse Joan Benoit was in Los Angeles de eerste olympische winnares.

Jogging can kill you!

Na de eerste marathon van New York greep in de Verenigde Staten in de jaren 70 het hardloopvirus om zich heen. „Ook in Europa begint deze simpele vorm van sportieve lichaamsbeweging een grote schare aanhangers te krijgen”, stond op de omslag van de Nederlandse vertaling van The Complete Book of Running (Alles over hardlopen) van de Amerikaanse journalist en auteur James F. Fixx, uit 1979, twee jaar na het verschijnen van de Amerikaanse editie die een paar maanden de bestsellerslijst van The New York Times aanvoerde. Er werden meer dan een miljoen exemplaren verkocht.

Fixx droeg in belangrijke mate bij aan de opkomst van joggen (trimmen, puur voor ontspanning, ofwel hardlopen tot pakweg 10 kilometer per uur) en hardlopen in de VS. Hij wees in zijn vuistdikke bestseller zoals geen ander voor hem had gedaan op de positieve gezondheidseffecten, lichamelijk en geestelijk. Zelf was hij op zijn 35ste met hardlopen begonnen, om af te vallen. Bijna 100 kilo woog hij, en tot hij in 1967 voor het eerst hardloopschoenen aantrok, rookte hij twee pakjes sigaretten per dag. Toen in 1977 zijn boek uitkwam – en er met Jimmy Carter een fanatieke ‘jogger’ in het Witte Huis zat – rookte hij niet meer en was hij bijna 30 kilo lichter. Niet toevallig staat deze kop boven zijn eerste hoofdstuk: Hardlopen is een geneesmiddel voor onze kwalen. De ironie wilde dat hij overleed toen hij aan het hardlopen was, in 1984, 52 jaar oud. Aan een hartaanval, overigens geen direct gevolg van zijn inspanning.

Een vergeefse poging in 1967 van een official om de enige vrouw met een startnummer, de 20-jarige Amerikaanse Kathrine Switzer, uit de marathon van Boston te halen. Andere lopers schoten haar te hulp. Foto Bettmann

Jogging can kill you!, stond in 1976, een jaar voor het boek van Fixx verscheen, op de cover van tijdschrift Playboy, naast aankondigingen van ‘Het stomende vervolg op Emanuelle’ en ‘Rock’s new superstar Bruce Springsteen’, die zojuist was doorgebroken met Born to Run, een lp die overigens niks met hardlopen te maken had. Fixx constateert in zijn boek dat het artikel van arts J.E. Schmidt uit Charlestown nogal wat opschudding veroorzaakte. „Hoewel niemand die ik heb gesproken toen stopte met hardlopen, maakten we ons zorgen dat beginnelingen er door afgeschrikt zouden worden.” Het aantal hardlopers nam alleen maar toe, volgens Fixx omdat het een „niet-snobistische sport is, waar iedereen gelijk is”. De voorbeelden daarvan zie je iedere dag.

In de jaren 80 zag Nederlands meest succesvolle marathonloper, Gerard Nijboer, de loopsport met eigen ogen veranderen. „We waren een geïsoleerd groepje gekken”, zegt de nummer 3 van de marathon op de Zomerspelen in 1980 in Moskou over zijn begintijd in De canon van de Nederlandse atletiek. „Ineens werd lopen gedragen door iedereen. Ik vind het mooi dat mijn sport volkssport werd, dat wedstrijdlopers met recreanten aan de start staan”, aldus de nu 67-jarige oud-atleet. „In 1983 had Nederland 65 lopers in de 2.30 uur en daaronder. In 2002 waren dat er nog maar twaalf, terwijl veel meer mensen hardliepen. Er was iets compleet anders aan de gang. Dit was dé kans voor de loopsport en gezond bewegen.”

Lees verder…….