Krielhaan (m) met goede stembanden

Haal mij op deze zomer Het asiel zit ’s zomers nog voller dan normaal, ook met dieren die bijna niemand wil hebben. Stef maakt nogal veel geluid.



Foto Peter Lipton

Kukelekuuuuuuuuu, kuuuukelekuuuuuuuuuu, klinkt het vanuit een buitenhok aan de rand van de binnenplaats. Subtiel? Nee, krielhaantje Stef wil wel even laten weten dat hij hier zit. Hij is misschien klein van stuk, maar het geluid dat hij maakt, is zonder twijfel groots te noemen. Tot een paar weken geleden deelde hij gezellig het hok met een babygans, maar die is ondertussen geadopteerd. Nu is hij alleen, en er zijn geen gegadigden. Zonder dat Stef het weet heeft hij dat te ‘danken’ aan zijn grote trots, zijn stembanden. En hij is niet het enige haantje dat hier zit.

„Het is in deze omgeving best wel een probleem ja”, zegt locatiemanager Jessica Wetzler van het Dierenbeschermingscentrum in Born in Limburg. Hier komen vaak haantjes binnen. „Laatst hadden we er 22 tegelijk, allemaal gedumpt.”

Ze komen dan in het centrum terecht en worden allemaal op de site geplaatst, met een naam en korte omschrijving. Maar populair zijn ze niet. Dat is ook niet zo gek. Met een haan in de achtertuin is een burenruzie zo ontstaan.

Medewerkster Heidi Ossen probeert dapper, met gevaar voor haar gehoor, Stef uit zijn huisje te krijgen zodat hij op de foto kan. Hij blaast zich helemaal op, strekt zijn nek, zet zijn nekveren zo bol mogelijk uit en doet heel stoer. „Nou nou”, zegt Ossen. „Nu ben ik echt onder de indruk. Hier, heb je een meelworm.” Stef kalmeert enigszins.

Deze haantjes, vermoeden ze bij het centrum, komen bij hobbybroeders vandaan – mensen die kippen in de achtertuin hebben voor de eitjes, en dan besluiten dat het weleens leuk is enkele eitjes uit te laten broeden. „Want dat is zo gezellig, denken ze dan.” Maar een legkip legt niet alleen maar kippen, uit dat ei kan ook een haan komen. „Leuk en schattig, tót ze gaan kraaien natuurlijk”, zegt Ossen. En dan zitten ze opeens met haantjes in het hok en hun handen in het haar, want wat moet je met een haan. „Je kan ze niet eens eten, er zit geen vlees aan.”

In een kippenhok kan een haan (één haan!) voor de sfeer best goed zijn. Hij zorgt voor rust onder de hennen, waakt over zijn vrouwen en waarschuwt voor gevaar, zoals een kat of roofvogel. Met het benoemen van deze voordelen in regionale media worden soms toch weer haantjes uit het asiel gehaald.

Stef heeft nog niet zoveel geluk gehad. Hij kukelekuut maar door in zijn hok. En dan, klik, heeft de fotograaf hem vastgelegd, met de snavel open. „Je wordt beroemd Stef”, zegt Ossen. Hij is er stil van, eventjes.

Lees verder…….