Zelden voelde een zege op Volendam zo goed voor Ajax

Het grootste applaus van de wedstrijd is voor Ajax-keeper Diant Ramaj, in de 71ste minuut. Na een voor de thuisploeg inmiddels typerend misverstand, waarbij middenvelder Branco van den Boomen de bal zomaar over zijn eigen verdediging kopt, kan FC Volendam-spits Robert Mühren vrij doorlopen op de doelman. Ramaj keert zijn schot, voorkomt de gelijkmaker en daarmee een nieuwe dreun voor Ajax, dat de wedstrijd met 2-0 wint.

Zelden zal bij Ajax een thuiswedstrijd tegen FC Volendam belangrijker hebben aangevoeld dan deze. De Amsterdamse club speelt een verloren seizoen, interim-trainer John van ’t Schip – de vijfde coach al voor Ajax dit kalenderjaar – ziet de vijfde plaats in de competitie als het hoogst haalbare. Toch heeft Ajax nog veel om voor te spelen: eerherstel, ontwikkeling, een signaal dat het ongekende sportieve verval dat zich het afgelopen jaar heeft voltrokken van korte duur is.

Daarvoor was de inhaalwedstrijd tegen nummer 17 op de ranglijst van groot belang. Omdat het de eerste keer was dat Van ’t Schip als hoofdtrainer langs de lijn stond en de hoop leeft dat hij het team zelfvertrouwen en plezier terug kan geven, al was het maar door zijn ervaring en de rust die hij uitstraalt. Maar vooral omdat Ajax bij een overwinning niet langer laatste stond, een positie die even vernederend als zorgwekkend was voor de rijkste club van Nederland.

Vertrouwen

Ajax begon agressief aan de wedstrijd. En, zo leek het althans, met vertrouwen. Het positiespel was snel en gevarieerd, bij balverlies werd de tegenstander collectief opgejaagd en Ajax kwam met gemak in de buurt van Volendam-keeper Mio Backhaus. Dat leidde na vijf minuten tot een levensgrote kans voor Steven Berghuis, die na een goeie aanval van een meter of 15 kon schieten, maar ruim naast mikte.

De ervaren aanvaller speelde vanaf rechts en werd veel gezocht in de openingsfase, maar juist hij was een dissonant in het aanvalsspel, met verkeerde aannames, zwakke voorzetten en ongevaarlijke schoten. Aan de andere kant, op linksback, viel de verrassende 20-jarige debutant en voormalig rechtsbuiten Ar’jany Martha juist op door overtuigende dribbels, goeie ingrepen en durf. Van ’t Schip zag het allemaal tamelijk kalm gebeuren, staand voor zijn dug-out, af en toe gebarend dat zijn spelers verder uit elkaar moesten bewegen of zich juist compacter moesten opstellen.

Maar zoals dat gaat met een team dat uitsluitend tegenslag gewend is, duurde de sterke fase niet lang. Afgelopen zondag speelde Ajax een overtuigende eerste helft tegen PSV om daarna volledig in te storten. Tegen het veel zwakkere FC Volendam zag je na een minuut of 20 de energie en het vertrouwen uit de ploeg vloeien. Van ’t Schip wil vooruitkijken, zei hij, „een streep trekken” onder wat de voorbije maanden allemaal is gebeurd. Maar hij weet ook: zo werkt het niet in de hoofden van de spelers, van wie velen zelf waarschijnlijk niet eens meer weten of ze goed genoeg zijn om ooit aan de verwachtingen te voldoen.

Misverstanden

En dus werd het spel slordiger. Op het oog simpele passjes kwamen steeds vaker niet aan, door misverstanden, of gewoon, zonder aanwijsbare reden. Verdediger Josip Sutalo bijvoorbeeld, die zonder dat hij onder druk wordt gezet de bal zomaar in de voeten schuift van een middenvelder van Volendam, en daarmee een gevaarlijke counter inleidt. Het spel werd vooral ook trager en voorspelbaarder. Ajax kreeg desondanks nog een paar aardige mogelijkheden – Bergwijn krulde de bal van een flinke afstand op de lat – maar Volendam hield steeds makkelijker stand en kwam er af en toe gevaarlijk uit.

Na rust leek er weinig te veranderen. Totdat Ajax er na een aardige combinatie op het middenveld eindelijk in slaagde spits Brian Brobbey op maat en in de diepte aan te spelen. Hij speelde af op Bergwijn, die de bal van dichtbij in het dak van het doel ramde. Aan de manier waarop hij het vierde, zijn gebalde vuist zwaaide venijnig door de lucht, was de opluchting te zien.

Het vloeiende spel van het eerste kwartier kwam er niet door terug. Volendam ging meer op de aanval spelen en werd gevaarlijker, met de open kans voor Mühren 20 minuten voor tijd als gevaarlijkste moment. Ook Ajax kwam nog meerdere keren dreigend voor het doel van Volendam (Brobbey miste –opnieuw – flinke mogelijkheden), om vlak voor tijd door een kopbal van invaller Chuba Akpom uit een corner op 2-0 te komen.

Hartstochtelijk gejuich na afloop, Ajax staat niet langer laatste.