Vanaf dag één is het schrapen geweest in de tweede termijn van bondscoach Ronald Koeman

In de catacomben van de OPAP Arena in Athene, zegt Mats Wieffer het droogjes, dinsdag even na middernacht. Deze interlandperiode waren er „wel heel veel nieuwe jongens” bij het Nederlands elftal, vertelt de middenvelder, die zelf in maart debuteerde. „De afgelopen week hebben we geloof ik wel zes haasjes uitgedeeld. Dat zegt veel.” De traditie bij Oranje is dat debutanten worden onderscheiden met een speldje – een ‘haasje’ – in de vorm van een konijntje, al is de reden daarvoor onduidelijk.

Met een krappe 1-0 zege op concurrent Griekenland maandagavond, is Oranje nagenoeg zeker van deelname aan het EK voetbal volgend jaar zomer in Duitsland. Een zege op Ierland (thuis) of Gibraltar (uit) volgende maand is voldoende voor het veiligstellen van de tweede plek in de groep en daarmee kwalificatie.

Opluchting

Veel jongens hebben een EK „nog niet meegemaakt”, zegt Wieffer. De middenvelder van Feyenoord weet niet meer precies waar hij was tijdens het laatste EK in de zomer van 2021 – hij speelde dat seizoen nog in de Eerste Divisie bij Excelsior. „Je merkt dat veel jongens gebrand zijn om het te halen. Net in de kleedkamer was er ook echt wel opluchting.” Voor Wieffer zelf zou het „echt een droom zijn”, zegt hij, „om daar te kunnen staan.”

Het duel in Athene is een afspiegeling van de moeizame kwalificatiereeks van Oranje. Hoewel het maandagavond beter en gevaarlijker is dan de Grieken, blijft het tot in de slotfase benauwd. Een benutte strafschop van aanvoerder Virgil van Dijk in de extra tijd helpt Oranje aan de verlossende zege. Het volgt op een tot nu toe wisselvallig jaar met veel tegenslag, blessures, tactische aanpassingen en soms ook onvrede over de instelling van spelers.

Vanaf dag één is het schrapen geweest, voor de begin dit jaar teruggekeerde bondscoach Ronald Koeman. Interlandvoetbal zit in de verdrukking, door de volle voetbalkalender. Het gebrek aan rust zorgt voor veel spierblessures, zei Koeman vorige week. Voor zijn eerste duel, eind maart in Parijs tegen Frankrijk, vielen diverse belangrijke spelers weg door blessures. Daaroverheen kwam nog een virusinfectie, daags voor de wedstrijd. Die rommelige start, Oranje verloor met 4-0, is Koeman lang blijven achtervolgen.

Brian Brobbey(l) is één van de talenten van wie bondscoach Ronald Koeman hoopt dat hij zich verder ontwikkelt.
Foto Maurice van Steen/ANP

Oranje heeft geen reservaat aan topspelers, dat maakt het zo delicaat als verschillende basiskrachten ontbreken, zoals herhaaldelijk gebeurde met spelmaker Frenkie de Jong en spits Memphis Depay – beiden afwezig in Athene. Spitsen Luuk de Jong (33) en Vincent Janssen (29) bedankten mede vanwege het drukke speelschema voor Oranje. Daarnaast zijn drie van de belangrijkste spelers – Van Dijk, Depay, Georginio Wijnaldum – niet meer zo bepalend als voorheen. Wijnaldum vertrok afgelopen zomer naar de Saoedische competitie, een veel lager niveau dan de grote West-Europese competities waar hij hiervoor speelde. Al heeft Koeman hem naar eigen zeggen nog niet afgeschreven.

Zo knelde het aan alle kanten bij Koeman, waar in zijn eerste periode tussen 2018 en 2020 bijna alles goed viel. Dat maakte dat hij in de vier interlandperiodes tot dusver dit jaar – acht duels – maar beperkt kon bouwen aan een vernieuwde, vaste ploeg richting het EK. In zijn vorige periode waren spelers wel fit en had de ploeg „minimale wijzigingen”, zegt Koeman. „Dat is bevorderlijk voor prestaties en het niveau, voor automatismen.” Koeman zei vorige week met een grijns: „Ooit was de insteek na de zomer om met een vaste groep te gaan werken, dat is niet helemaal gelukt.”

Maar voor het wegvallen van spelers, kreeg hij wel iets terug. Noodgedwongen gaf Koeman jongere, onervaren spelers een kans. De multifunctionele middenvelder Tijjani Reijnders kreeg vrijdag tegen Frankrijk en maandag tegen Griekenland misschien net iets eerder speelminuten dan hij normaal zou hebben gekregen, door de afwezigheid van aanvaller Cody Gakpo.

„Geweldig hoe Reijnders zich ontwikkelt”, zegt Koeman in zijn persconferentie in de OPAP Arena. Het maakt niet uit of hij als aanvallende middenvelder speelt, zoals tegen Frankrijk, of als controlerende middenvelder zoals tegen Griekenland, zegt hij. „Hij loopt zo makkelijk, is zo fit. Met hem heb ik het idee: hij kan morgenvroeg weer negentig minuten spelen.”

Eerste keeper

Net zoals doelman Bart Verbruggen debuteerde, nu er geen onomstreden eerste keeper is bij Oranje. Op zijn 21ste straalde hij, in zijn reddingen en aan de bal, vertrouwen uit tegen Griekenland. Koeman, enthousiast: „Kijk ook hoe [Quilindschy] Hartman speelt, en laten we hopen dat [Brian] Brobbey zich verder ontwikkelt. Plus anderen die er nu niet bij zijn, dan zit er nog heel veel rek in deze groep.”

Lees ook een profiel van Tijjani Reijnders

Tijjani Reijnders (m) tijdens de training van het Nederlands elftal. Vrijdag wacht Frankrijk, maandag Griekenland.

Al vindt hij op basis van het – matige – niveau van belangrijkste concurrent Griekenland, dat het „normaal” is dat Nederland zich straks definitief plaatst voor het EK. Er moeten nog zaken „verbeteren om kans te maken ver te komen op het EK”, zegt hij.

Zoals halverwege de tweede helft tegen Griekenland, dat de druk in die fase opvoert met aanvallende wissels. Koeman staat langs de kant druk te gebaren. Hij vindt dat rechtsback Denzel Dumfries gecontroleerder moet spelen. „Zeker in de situatie waarin je de grip op de wedstrijd verliest.” Ook de afstemming – wie welke tegenstander oppakt – met aanvaller Donyell Malen klopte niet. „Dat zijn allemaal tactische dingen waarvan ik soms wel denk: dat moet je weten. Als dat niet gebeurt, moeten anderen dat zien. Daar kan nog zoveel beter.”

Zoals Oranje ook nog zoekt naar een speler met een goede traptechniek. „Er moet er een geboren worden die heel goed vrije trappen kan nemen, corners kan nemen, want we hebben veel kopkracht”, zegt Koeman. „Maar we hebben helaas geen specialist.”

Afgelopen vrijdag, tegen WK-finalist Frankrijk (2-1 nederlaag), zag hij dat ze een topland „redelijk” kunnen bespelen. „Dat kan alleen maar beter worden als we nog meer ingespeeld raken en de groep compleet hebben. Dan zit er absoluut muziek in.”