Serena Williams was van meet af aan een rolmodel

Tennis Na de US Open stopt Serena Williams (40) met tennis. Ze wil na haar afscheid blijven doen wat ze al decennia doet: zichzelf zijn en een inspiratiebron vormen voor anderen. „Een zwarte sporter balanceert op de dunne scheidslijn tussen ’s lands lieveling en paria.”

Serena Williams won in haar carrière 23 grandslamtitels in het enkelspel.
Serena Williams won in haar carrière 23 grandslamtitels in het enkelspel.

Foto Aaron Doster / AP Photo

De eerste keer dat ik een tenniswedstrijd van Serena Williams versloeg was op de Australian Open in 2007. Williams begon het toernooi als nummer 81 van de wereld, na een lange periode van blessureleed. Kenners dichtten haar een vormcrisis toe en gniffelden toen ze aankondigde dat ze de top weer ging bestormen. „Ze is gek”, zei commentator Pat Cash.

Maar Serena zou Serena niet zijn als dat haar niet had gesterkt. Als ongeplaatste speelster baande zij zich een weg naar de finale, voor het eerst sinds 2005 bereikte zij de laatste twee van een grandslam. Nu moest zij alleen nog Maria Sjarapova zien te verslaan. „Ze heeft een geweldig toernooi gespeeld”, zei commentator Tracy Austin. „Maar Sjarapova is een maatje te groot.”

Die dag liet Williams haar Russische opponent alle hoeken van de baan zien. Wanhopig zocht Sjarapova na elk punt de ogen van haar vader en coach Joeri en één keer mepte ze zelfs een bal – opzettelijk, zo leek het – op het lichaam van Williams. Na het duel zou ze nummer één van de wereld worden, maar het wedstrijdverloop moet haar slapeloze nachten hebben bezorgd: 1-6 en 2-6.

Met haar verwoestende service en explosiviteit maakte Williams indruk. En ook in de jaren daarna zat ik altijd op het puntje van mijn stoel als zij speelde. De Amerikaanse verschilt in alles van haar collega’s en de collega’s in de decennia voor haar. Ze is geen wit, rank poppetje. Ze is zwart, gespierd, heeft rondingen en accentueert die graag met zelf ontworpen kleding. En: ze schat zichzelf op waarde. Toen een journalist haar eens vroeg aan welke tennisser zij zich spiegelde zei ze zonder nadenken: Roger Federer. Ook dáár werd over gemeesmuild, maar dat was ze inmiddels wel gewend.

„In de sport zijn fysieke excellentie en een zwart lichaam een problematische combinatie, die in de loop der tijd verwarrende en pijnlijke controverses heeft opgeleverd, maar ook onvervalste vreugde voor de massa”, schreef de Britse oud-sprintster Jeanette Kwakye twee jaar geleden in The Daily Telegraph. „Een zwarte sporter balanceert op de dunne scheidslijn tussen ’s lands lieveling en paria. Getalenteerd, patriottisch en het beste vertegenwoordigend dat een land te bieden heeft, maar één misstap en je krijgt een scherpe herinnering: wees dankbaar voor de kans die je krijgt.”

Als zwarte atlete had Kwakye vaak tegenstrijdige gevoelens. „Ik probeerde mezelf onder te dompelen in mijn vreugde over mijn huidskleur, en vierde de overwinningen, maar hield altijd één oog open tijdens mijn vreugdedans. Het voelde als een worsteling: gezien worden zonder te luid, te agressief of te zwart te zijn.”

Haar woorden moeten voor Serena Williams heel herkenbaar zijn.

Compassie met minderheden

Sinds Williams op 9 augustus haar afscheid aankondigde in een essay in Vogue – ze speelt haar laatste professionele wedstrijd(en) op de US Open – is er veel gesproken over haar nalatenschap. Dat ze een van de grootste tennissers (m/v) aller tijden is, staat vast. Ze won 23 grandslamtitels in het enkelspel, veertien in het dubbelspel (met zus Venus) en vier gouden plakken op Olympische Spelen. Ze voerde 319 weken de mondiale ranglijst aan. En, ook moeilijk navolgbaar: ze was 35 jaar en twee maanden zwanger toen ze haar laatste grandslamtitel won: op de Australian Open in 2017.

Toch valt in de vele reacties op haar essay, meer nog dan alle lof voor haar sportieve prestaties, de lof op voor haar persoon en haar maatschappelijke inbreng. Weinig vrouwelijke sporters zijn zo sportoverstijgend als Serena Wiliams. Alleen haar idool Billie Jean King komt in de buurt, al had die nooit zo’n groot social mediabereik.

Een van de redenen waarom Williams in een breed segment van de samenleving geliefd is – én gehaat – is dat zij pal staat voor wie zij is. „Ik ben Serena, ik ben krachtig en ik ben niet bang die kracht te gebruiken”, zei ze eerder deze maand in een podcast van haar goede vriendin Meghan Markle, de echtgenote van de Britse prins Harry.

Haar essay in Vogue is daar ook een voorbeeld van. Ze had een interview aan een groot medium kunnen geven, of een bericht op haar Instagram-account met ruim 15 miljoen volgers kunnen plaatsen, maar dit voelde als de Serena-manier van doen. Direct, weloverwogen, eloquent en vanuit het hart. „Ik schreef de brief in een hotel in Zwitserland terwijl de tranen over mijn wangen stroomden”, vertelde ze Markle. „Ik moest terug naar al die herinneringen.”

Terugkijken is geen favoriete bezigheid van Serena, noch van zus Venus. Want de weg naar succes ging, zoals zo vaak beschreven, langs vele klippen en dalen. Haar worsteling met zichzelf en de vaak vijandige tenniswereld mag Williams veel verdriet hebben gedaan – in 2006 nam ze een therapeut in de arm na een depressie – maar het verklaart ook haar grote compassie met minderheden en mensen die niet kunnen meekomen in de prestatiemaatschappij.

Typerend is bijvoorbeeld dat ene zinnetje in haar essay in Vogue waarin ze uitlegt waarom ze niet het woord ‘transitie’ wil gebruiken voor haar terugtrekking uit het tennis om haar gezin te kunnen uitbreiden. „Ik beschouw het wel als een transitie”, schrijft ze, „maar ik wil dat woord niet lichtzinnig gebruiken, omdat het heel specifiek en belangrijk is voor een bepaalde gemeenschap.”

Met dat ene zinnetje scoorde zij veel punten bij homo’s, lesbo’s en transgenderpersonen. Dat een icoon als Williams op subtiele wijze aandacht vraagt voor hun lot in een steeds conservatiever wordende Amerikaanse samenleving, betekent misschien wel meer dan alle papieren gelijkheidsbeginsels bij elkaar.

Serena Williams op het beroemde gala van het Metropolitan Museum of Art in 2019. Ze droeg een creatie van Atelier Versace en Nike-sneakers.
Foto Getty Images

Racistische incidenten

Voor de zwarte bevolking – zeker vrouwen – was Williams van meet af aan een rolmodel, door haar onverschrokkenheid, haar omgang met racisme, haar originele outfits (denk aan die catsuit op Roland Garros in 2018) en haar sportieve en financiële succes. Weinig tennissers boycotten uit principe en zelfbehoud een groot toernooi, zoals Serena en Venus veertien jaar lang deden met Indian Wells, na racistische incidenten in 2001. Voor veel mensen van kleur was dat een voorbeeld: tot hier en niet verder.

Met de jaren zou Williams steeds opstandiger worden, tot grote irritatie van sommigen en soms tot haar eigen spijt. Er is geen tennisster die meer boetes heeft gekregen voor wangedrag dan zij. Berucht is bijvoorbeeld haar grove taalgebruik tegen de scheidsrechter tijdens de finale van de US Open tegen Naomi Osaka in 2018. Nadat haar coach haar vanaf de tribune advies gaf, en Williams een officiële waarschuwing had gekregen, beende zij op de man af. „Jij bent een leugenaar en een dief”, schreeuwde ze. „Je bent me een excuus verschuldigd.”

Die tirade resulteerde in een cartoon in een Australisch dagblad waarop Williams – grote bos kroeshaar, grote lippen, brede platte neus – op een tennisracket springt nadat zij een fopspeen heeft uitgespuugd. Wereldwijd leidde de cartoon tot ophef, vanwege vermeend racisme, maar de Australische mediawaakhond oordeelde dat overdrijving en absurditeit geoorloofde middelen zijn voor cartoonisten om hun boodschap over te brengen. In dit geval was die dat Williams zich kinderachtig had gedragen.

Het weerhield Williams er niet van om zich door haar rechtvaardigheidsgevoel te blijven laten leiden. Waarom zouden vrouwen niet boos mogen zijn? Waarom zouden zij niet gespierd en zweterig mogen zijn? Niet ambitieus mogen zijn? Waarom zouden ze hun vuist niet mogen ballen na een mooi punt? Toen een journalist haar tijdens een persconferentie vroeg waarom zij zo weinig lachte, zei ze: „Het is bijna middernacht, om eerlijk te zijn wil ik hier niet zijn. Ik wil naar bed, want ik moet morgen vroeg trainen.”

Ook om dat soort uitspraken zal zij herinnerd worden, maar wat beklijft is de wijze waarop zij maatschappelijke problemen aankaartte door uit haar eigen leven te putten. Zo beschreef zij dit voorjaar in Elle hoe de geboorte van haar dochter Alexis Olympia haar bijna het leven heeft gekost. Na een spoedkeizersnede werd Williams kortademig en kreeg zij pas na lang aandringen bloedverdunners en een CT-scan. Daaruit bleek dat zij meerdere bloedproppen in haar longen had. Daar kwam ook nog eens een hevige interne bloeding in haar buik overheen. „Niemand luisterde naar wat ik zei”, schrijft zij.

In het stuk memoreert Williams dat zwarte vrouwen in de VS bijna drie keer zoveel kans hebben om te overlijden na de geboorte van hun kind dan witte vrouwen. „Veel van deze doden zijn volgens experts te voorkomen”, schrijft zij. „Gehoord worden en goed behandeld worden was het verschil tussen leven en dood voor mij. Ik weet dat die statistieken anders zouden uitvallen als artsen luisterden naar de ervaringen van elke zwarte vrouw.”

Twee maanden later zei vice-president Kamala Harris in een speech dat de gebrekkige gezondheidszorg voor zwarte, zwangere vrouwen een „nationale prioriteit” is. De vooroordelen op basis van huidskleur in de gezondheidszorg, zei zij, verschillen niet van de problemen waar zwarte vrouwen in de rest van hun leven tegenaan lopen.

Durfkapitaal

Serena Williams zal ergens de komende twee weken in New York haar laatste wedstrijd spelen, op de plek waar zij als zeventienjarige haar eerste grandslamtitel won, 43 jaar nadat Althea Gibson als eerste zwarte vrouw een grandslam op haar naam schreef. Zo goed als in die finale tegen Sjarapova zal zij niet meer spelen, en ergens doet dat pijn, want die versie van Serena zou ik het liefst willen bevriezen. Haar vernietigende blik nadat Sjarapova die bal op haar lichaam had gemept. Williams’ intense ‘come on!’ nadat zij met een ace op matchpoint was gekomen. Het huppeltje na afloop.

Maar Williams is genoodzaakt te „evolueren”, schrijft ze in Vogue. Als ze een man was geweest was ze blijven spelen, terwijl haar vrouw zich aan de gezinsuitbreiding had gezet. In plaats daarvan gaat ze daar nu zelf voor zorgen, en niet langer met één been in het tennis. „Ik wil zeker niet opnieuw zwanger worden als topsporter.”

Daarnaast wil zij meer tijd inruimen voor Serena Ventures, de investeringsmaatschappij die zij oprichtte toen zij hoorde dat slechts twee procent van al het durfkapitaal naar vrouwen gaat. „Gelijkgestemden trekken elkaar aan”, schrijft ze. „Mannen schrijven die grote cheques naar elkaar uit. Om dat te veranderen, moeten meer mensen die op mij lijken in die positie komen, en geld teruggeven aan zichzelf.”

Williams heeft in haar 27 jaar lange profcarrière bijna honderd miljoen euro aan prijzengeld verdiend. Ze investeerde met Serena Ventures in zestien bedrijven die nu allemaal minstens een miljard euro waard zijn. Ruim driekwart is opgericht door vrouwen of mensen van kleur. Niet honderd procent, legt Williams uit, „want mijn man is wit en ik wil niemand buitensluiten”.

In wezen zal Williams blijven doen wat ze al decennia doet: zichzelf zijn en een inspiratiebron vormen voor anderen. Mocht zij ooit twijfelen aan haar beslissing, dan kan zij het beste denken aan wat de bekende zwarte dichteres Maya Angelou ooit zei: „Mensen vergeten wat je hebt gezegd, ze vergeten wat je hebt gedaan, maar ze vergeten nooit welk gevoel je hun hebt gegeven.”

Lees verder…….