Afghaans international Farkhunda Muhtaj voetbalt in Sittard: ‘Als vluchteling heb ik alle mogelijkheden gehad om te sporten’

Interview

Voetbal Met Fortuna Sittard laat Farkhunda Muhtaj Limburg kennis maken met profvoetbal voor vrouwen. Ondertussen probeert de aanvoerder van Afghanistan ook dat nationale team weer aan het spelen te krijgen. „Mijn discipline komt van mijn geloof.”

Farkhunda Muhtaj had het half augustus even moeilijk. Op de dag af een jaar na de machtsovername van de Taliban liep de Afghaanse speelster van het kersverse vrouwenvoetbalteam van Fortuna Sittard tijdens de lunch steeds opnieuw de kantine uit. „Allerlei herinneringen kwamen boven. En dan zit ik in een vreedzaam, veilig land. Kun je nagaan wat het oproept bij mensen in Afghanistan zelf. Een van mijn teamgenoten kwam op me af en vroeg of het wel goed met me ging. Ik vertelde waarom ik verdrietig was. Ze steunde me erg. Als ik wat nodig had, moest ik het laten weten. Hartstikke lief.”

Fysiek beleeft Muhtaj ook een moeizame start in Sittard. Na een blessure zou ze op de dag van dit interview voor het eerst volledig meetrainen. Maar voordat de partijtjes beginnen, sjokt de 24-jarige, 1.60 meter lange middenvelder vanwege een nieuwe blessure met zichtbaar chagrijn naar de kleedkamers. Even later komt ze naar buiten voor een cooling down op de hometrainer voor de deur. „Ik hoop dat ik snel weer kan spelen”, zegt Muhtaj.

Met het elftal van Fortuna Sittard heeft Limburg voor het eerst een team in de Vrouwen Eredivisie. Bij de seizoenstart, half september, moet het meteen serieus aan de bak: eerst uit tegen Ajax, dan thuis tegen Feyenoord. Jonge talenten spelen bij Fortuna samen met meer ervaren krachten, onder wie enkele Belgische internationals en Muhtaj, aanvoerster van het nationale team van Afghanistan.

Trainer Roger Reijners kent het vrouwenvoetbal. Van 2010 tot 2015 was hij bondscoach van Oranje. Beoordelen waar zijn team staat, vindt hij lastig. Muhtaj op waarde schatten is nóg moeilijker vanwege haar blessures tijdens de voorbereiding. „Maar dat ze een enorme drive heeft, is duidelijk. En haar cv op humanitair gebied dwingt respect af. Daar moet je als club ruimte voor willen maken. Ze is absoluut een rolmodel.”

Die houding van de club plus de ambities in Sittard trokken Muhtaj over de streep voor een contract in Sittard. „En Nederlands voetbal heb ik altijd gevolgd. Het is gebaseerd op balbezit. Daar hou ik van.”

Je bent opgegroeid in Canada, hebt daar op niveau gespeeld. Lagen daar geen verdere mogelijkheden voor je?

„Het niveau is in Canada hoog, maar het is semi-professioneel. Hier heb je fullprofs. En Europa is natuurlijk de bakermat van de voetbalsport. Ik wil op alle fronten het beste uit mezelf halen, omdat mijn ouders en andere Afghanen nooit die gelegenheid hadden.”

Je vader en je moeder vertrokken al jong uit Afghanistan.

„Tijdens de burgeroorlog in de jaren negentig vluchtten ze naar Pakistan. Daar leefden ze een tijdlang zonder geldige papieren. Ik ben daar geboren. Op mijn tweede werden we toegelaten in Canada.”

Welke rol speelde de Afghaanse cultuur tijdens je jeugd?

„Thuis spraken we Farsi. Ik kan het lezen en schrijven. We aten het voedsel, luisterden naar de muziek, leerden over het land en al het moois dat het land te bieden heeft. Ik ben altijd een trotse Afghaanse geweest. Dat was niet altijd makkelijk. Mensen kregen via het nieuws een eenzijdig beeld: enkel oorlog. Vanaf zes, zeven jaar moest ik altijd in de verdediging, als het over mijn land ging.”

En het islamitisch geloof?

„We gebruikten onze religie als leidraad. Ik ben een trotse moslim en blij dat mijn ouders mij de voordelen ervan lieten zien. Daar komt mijn discipline vandaan. Wij moeten vijf keer per dag bidden. Moeten geld geven aan goede doelen. Van jongs af betrokken mijn ouders ons bij het steunen van humanitaire projecten, van de kwetsbaren.”

Staat je religie niet op gespannen voet met je streven naar gendergelijkheid?

„Volgens sommige verkeerde interpretaties wel. Maar voor de ware islam zijn mannen en vrouwen gelijk. De rol van vrouwen versterken is iets goeds. Dat hoort bij ons geloof. Mijn ouders hebben zich daarom nooit veel aangetrokken van betogen over vrouwen die niet zouden mogen sporten of wat dan ook. Wat mijn broers mochten, mochten mijn zussen en ik ook. En andersom. Mijn oudste zus en mijn oudste broer begonnen met voetbal. Daarna kwamen ik, als derde in het gezin van zeven, en mijn jongere broer. De rest volgde. De twee oudsten combineerden voetbal met een universitaire studie. Zij waren onze voorbeelden.

Door die simultaan-aanpak heb ik nu twee bachelors: in gezondheids- en bewegingswetenschappen en in educatie. Daarna stond ik op een tweesprong: Wat ga ik echt doen? Ik had de mogelijkheden om voetbalprof te worden.”

Ondertussen speelde je al semi-professioneel en droomde je van een plek in de Canadese selectie.

„Spelen voor Canada zou een dankjewel zijn geweest. Dankjewel dat je ons de mogelijkheden voor een nieuw begin hebt gegeven. Terugbetalen via voetbal.”

Maar je werd in 2016 benaderd voor het Afghaanse nationale team.

„Ja. En daarvoor spelen beschouwde ik eveneens als een prachtgebaar. Ik mag er niet geboren en getogen zijn, zelfs nooit geweest zijn, toch voel ik me ook Afghaanse. Ik wilde het doen voor mijn door oorlog verscheurde land en voor alle meisjes en vrouwen die niet konden en hadden wat ik kon en had.”

Met die keus verdween de mogelijkheid van spelen voor Canada uit beeld.

„Het was een dilemma. Het bleef door mijn hoofd spoken: Is dit slim? Ga ik ervan genieten? Kan ik spelen op het niveau dat ik gewend ben?”

Farkhunda Muhtaj: „Mijn ouders hebben zich nooit veel aangetrokken van betogen over vrouwen die niet zouden mogen sporten.”
Foto Chris Keulen

En?

„De twijfels zijn lang gebleven. Het team bestond voor de helft uit vrouwen uit Afghanistan en voor de helft uit vrouwen van elders. Het verschil in voetbalpeil was daardoor groot. Logisch, want als vrouw een balletje trappen in Afghanistan is heroïsch. Niemand gaat je daarin steunen. Terwijl gevluchte vrouwen elders in de wereld in goede omstandigheden konden trainen, zich konden meten met anderen bij goede voetbalclubs. Dus vervulden wij een mentorrol en probeerden we die kloof zoveel mogelijk te verkleinen. Sommige speelsters worden niet eens gesteund door hun familie. Ze sluipen letterlijk door ramen en achtertuinen om naar een training te gaan. Dan vertellen ze hun ouders dat ze naar school zijn geweest, terwijl ze op het veld stonden. Wij als vluchtelingen hebben elders in de wereld alle mogelijkheden gehad om te sporten, te groeien en ons te meten. Door een mentorrol op te pakken en intensief met elkaar te werken tijdens trainingskampen hebben we geprobeerd om de kloof te verkleinen.”

Lukte dat?

„Soms. Niets is makkelijk. Zelfs een plan maken is moeilijk, want de werkelijkheid verandert steeds. Maar hoeveel deuren er voor ons ook gesloten worden, we blijven duwen om ze open te krijgen.”

En toen werd je in de zomer van 2021 plotseling gebeld.

„Ja, iedereen zag wat voor verschrikkelijks in Afghanistan aan het gebeuren was. Toen hing opeens de voetbalbond aan de lijn of ik kon helpen met het evacueren van speelsters. In eerste instantie ben ik in het wilde weg gaan bellen: mijn vader voor tips, mensenrechtenadvocaten, vluchtelingenorganisaties, andere ngo’s. Aanvankelijk ook voor het nationale vrouwenelftal. Daar ging later iemand anders mee aan de slag. Daarna heb ik me ingezet om de meisjes van het Afghaans beloftenteam weg te krijgen.”

Had je succes?

„In Canada kreeg ik meelevende reacties, maar kon niemand iets doen. Ik kwam pas echt verder via een vriend en mentor van me, Kat Khosrowyar, die coach van het Iraanse vrouwenteam is geweest. Zij hielp me aan contacten op het hoogste politieke niveau in de Verenigde Staten. Daar zagen ze wel urgentie. Zo ontstond wat Operation Soccer Balls is gaan heten. Ik ben er weken voltijds mee bezig geweest. Het was een stoomcursus crisismanagement. Ik stond voortdurend in contact met diplomaten en inlichtingenmensen. Het ging over vluchtroutes, safe houses, geldige documentatie, vliegtuigen en moed houden. Ik werd vastberadener van elke mislukte poging. De meisjes en hun families hadden het natuurlijk lastiger. De deadline om ze het land uit te krijgen, 31 augustus, verliep. Pas in de tweede helft van september kwamen ze met tachtig mensen weg.”

Daarna heb je de meisjes ontmoet in Portugal, waar ze terechtkonden.

„Ik had niet eerder iemand van het jeugdteam gezien. In Portugal heb ik een tijdlang zaken als huisvesting en ander belangrijks voor hun toekomst proberen te regelen. Inmiddels ben ik een soort coach op afstand. Ik stuur ze onder meer trainingsschema’s voor fitness.”

Is er hoop voor de speelsters in Portugal en jouw vrouwenelftal om ooit weer voor Afghanistan uit te komen?

„Ik heb daar veel contact over met de FIFA en andere organisaties. Om alles weer op te kunnen starten zijn geld en een plan nodig. We zijn nu druk met het uitwerken van een goed voorstel.”

Is zo’n nationaal team in ballingschap denkbaar? Mengt de FIFA zich dan niet te veel in politieke zaken?

„Gezien alles wat er in Afghanistan is gebeurd, moet dat mogelijk zijn. Rond deze tijd volgend jaar hoop ik dat we zover zijn.”

Kun je in Sittard naast al dat internationale werk iets buiten het veld betekenen?

„Sittard en omgeving kenden nog niet eerder professioneel vrouwenvoetbal. Dus jonge meisjes hier groeiden op zonder rolmodellen op dit gebied. Hier wil ik net zo goed bijdragen aan verandering met extra oog voor vluchtelingen en andere nieuwkomers in Nederland.”

Lees verder…….