Ruziën in bijzijn van je kind, hoe doe je dat goed?

Opgevoed Elke week legt Annemiek Leclaire een lezersvraag voor aan deskundigen.


Moeder: „Hoe maak je goed ruzie met je partner ten overstaan van de kinderen? Ik weet dat het belangrijk is om als ouders samen goed met verschillen en conflicten te kunnen omgaan. Maar hoe doe je dat: constructief ruziemaken? Zonder de schone schijn op te houden, zonder lastige kwesties te vermijden, zonder het in geweld te laten escaleren?”

Naam is bij de redactie bekend. (Deze rubriek is anoniem, omdat moeilijkheden in de opvoeding gevoelig liggen.)

Openlijk discussiëren

Annelies Hendriks: „Het kan voor kinderen heel leerzaam zijn om thuis constructieve discussies mee te maken. Ruzie vermijden is geen goed idee. Van schone schijn raken kinderen in de war, want ze voelen de onderhuidse spanningen aan.

„Spreek met je partner drie manieren af waarop jullie samen op mogelijke conflicten reageren. Of je bent het onmiddellijk met de ander eens, of je doet een tegenvoorstel, of je zegt: ‘Ik kan hiermee leven.’

„Stel dat de discussie gaat over de vakantiebestemming. Partner A zegt: ‘Ik wil graag naar Noorwegen.’ Partner B kan dan zeggen: ‘Helemaal mee eens.’ Of: ‘Ik wil een tegenvoorstel doen, ik zou graag een keer naar Italië.’ Of: ‘Goed, daar kan ik mee leven.’ Met die laatste reactie breng je het stille compromiswerk in relaties naar de oppervlakte, en je committeert je aan de uitkomst ervan. De aanvaarding van de medeverantwoordelijkheid voor het slagen ervan voorkomt het bekende chagrijn en de steken onder water waar kinderen zo’n last van kunnen hebben.

„De kinderen zien ondertussen de bereidheid om er samen uit te komen, en horen de toon rustiger worden.

„Spreek af om een pauze in te lassen als de gevoelens heftig worden: ‘Ik merk dat ik te boos word, ik ga er een nachtje over slapen.’”

Vriendelijk botsen

Esther Kluwer: „Ouders hebben in ruziemaken een voorbeeldfunctie. Als je bij elk conflict tegen elkaar tekeergaat, moet je het niet gek vinden als je kinderen dat ook doen.

„Schelden, beledigen, kleineren, en elke vorm van verbaal of fysiek geweld is voor kinderen bedreigend en schadelijk. Niet doen. Als je jezelf niet kan beheersen: stap uit de situatie. Ga even iets anders doen. Zeg: ‘Ik kan nu niet rustig praten, ik kom er straks op terug’. Ga pas in gesprek als je afgekoeld bent.

„Betrek je kinderen niet bij het conflict, zelfs niet als het over de kinderen gaat. Dus niet vragen: ‘Vind jij ook niet dat papa jullie vaker met huiswerk moet helpen?’ Kinderen willen niet kiezen tussen ouders.

„Ga met elkaar in gesprek en probeer uit te zoeken waar het echt om gaat. Ruzie over de afwas gaat niet over de afwas. Het gaat meestal om je niet gezien of gehoord voelen, hulp nodig hebben, je niet gewaardeerd voelen, of je gekwetst voelen. Als je dat kunt uitspreken en kunt aangeven waar je behoefte aan hebt, zonder je partner ergens van te beschuldigen, ben je een eind op weg naar de oplossing.

„Maak het weer goed. Zeg sorry, geef elkaar een knuffel. Of meld de kinderen achteraf dat jullie er samen uit zijn gekomen. Het is niet erg dat kinderen zien dat ouders botsen, maar ze willen graag weten dat alles weer goed is.

„Kinderen voelen haarfijn aan of de kust echt veilig is, dus niet ondergronds een koude oorlog voeren. Dat is voor kinderen net zo erg als openlijke strijd.”

Wilt u een dilemma in de opvoeding voorleggen? Stuur uw vraag of reacties naar [email protected]

Lees verder…….