Rijk koopt 2.000 flexwoningen

Woningtekort Het kabinet laat een aanbesteding doen voor 2.000 flexwoningen, bedoeld voor zogenoemde spoedzoekers.

Minister Hugo de Jonge wil de bouw van flexwoningen aanjagen.
Minister Hugo de Jonge wil de bouw van flexwoningen aanjagen.

Foto Lex van Lieshout/ANP

Minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting) heeft het Rijksvastgoedbedrijf opdracht gegeven een aanbesteding voor de bouw van 2.000 flexwoningen te doen. Daarmee hoopt hij de bouw van flexwoningen aan te jagen. Het kabinet wil tot en met 2024 37.000 flexwoningen bouwen in Nederland, maar daar zat tot nu toe weinig schot in. De woningen zijn bedoeld voor zogenoemde spoedzoekers, zoals statushouders, mensen die net zijn gescheiden of studenten zonder woning.

Een van de redenen voor de ‘bouwimpasse’ van flexwoningen, is dat deze niet altijd rendabel zijn. Zo’n flexwoning wordt doorgaans voor vijftien, soms dertig jaar bewoond, zegt huizenmarkteconoom bij Rabobank Stefan Groot, terwijl een reguliere woning een veel langere levensduur heeft. Als de flexwoning daarna weg moet, bestaat het risico dat een woningcorporatie de investering er niet uithaalt. „Dat risico vangt de overheid nu op, door in deze aanbesteding een garantieregeling op te nemen.”

Groot denkt dat de aanbesteding „een goede stap” is, omdat flexibele woningen op korte termijn voor extra woningaanbod zorgen – wat op dit moment „hoognodig” is. Tijdelijke woningen zijn sneller te realiseren: ze kunnen op locaties worden geplaatst die nu nog braak liggen en waar op langere termijn iets anders komt, en zijn vaak modulair gebouwd, met uitwisselbare onderdelen.

Om de bouw van flexwoningen structureler aan te jagen, zou de overheid een „coördinerende rol” kunnen spelen in het aanwijzen van nieuwe locaties waar flexwoningen na de eerste gebruiksperiode naartoe kunnen worden verplaatst, zegt Groot. Zo kunnen ze langer worden gebruikt.

Waar de woningen in eerste instantie komen te staan, moet nog worden bepaald. Daartoe is een taskforce opgericht, die gaat „zoeken naar geschikte locaties”, zegt een woordvoerder van de minister. Eerder kaartte het Planbureau voor de Leefomgeving al aan dat het vinden van geschikte locaties voor flexwoningen een lastig karwei is. „Theoretisch gezien zijn er veel locaties mogelijk, maar het is een politieke afweging of je een geschikte locatie ook gebruikt”, zegt een woordvoerder van het Planbureau. „Daarbij moet je nadenken over bereikbaarheid, voorzieningen, scholen en draagvlak in de omgeving. Dat moet vooraf uitgezocht worden.”

Tegelijkertijd uitte het Planbureau zorgen over of er genoeg capaciteit is om de 37.500 woningen te bouwen. „We weten dat er weinig capaciteit is, en dat betekent dat deze ergens anders vandaan gehaald moet worden. Maar met deze aankondiging gaan we ervan uit dat het kabinet deze woningbouw prioriteit geeft over andere projecten.”

Lees verder…….