Overgang of burn-out? Veel vrouwelijke werknemers in de overgang missen begrip en ondersteuning

Overgangsklachten Vrouwen in de overgang kunnen zo veel klachten ervaren dat het hun werk hindert. Werkgevers kunnen meer doen om hen te ondersteunen.



Illustratie Lotte Dijkstra

Overgangsklachten waren vorig jaar van invloed op het werk van 173.000 vrouwen – ruim de helft van alle vrouwelijke werknemers in de overgang. Ze meldden vooral pijn, concentratieproblemen en vermoeidheid. Dat berichtte het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in mei.

Doordat deze klachten moeilijk te onderscheiden zijn van de symptomen van een burn-out, krijgen deze vrouwen vaak niet de juiste hulp. Dat zegt Marja Beumer, eigenaar van personeelsbureau Projob en van Pro-Homeostase, een expertisecentrum voor werkende vrouwen van 40 tot 65 jaar.

Beumer: „Artsen leren in hun opleiding vrijwel niets over hormonen. Dus als vrouwen hun vertellen dat ze slecht slapen, snel geïrriteerd zijn en zich niet meer kunnen concentreren, wordt daar al snel het label ‘stress’ of ‘burn-out’ op geplakt. Dan krijgen ze slaapmedicatie of kalmeringstabletten voorgeschreven, of komen ze ziek thuis te zitten.”

Dat is een serieus probleem op een historisch krappe arbeidsmarkt. Het aantal werkende vrouwen tussen de veertig en zestig jaar bedraagt in Nederland nu zo’n 1,8 miljoen. Het gros van hen werkt in de zorg en het onderwijs, sectoren die kampen met ernstige personeelstekorten en hoge werkdruk. Beumer: „Dit zijn voor een groot deel dezelfde vrouwen die moeite kunnen hebben met de hormonale processen die in hun lijf spelen en de complexe levensfase waarin zij zitten.”

Volgens haar is dit probleem, nu zoveel oudere vrouwen werken, niet eerder zo duidelijk zichtbaar geweest op de arbeidsmarkt. „Steeds meer werkgevers hebben door: hier moeten we iets mee.”

Duurzaam inzetbaar

Westfriesland Academie, een trainingsplatform voor de zeven West-Friese gemeenten, biedt sinds twee jaar de workshop ‘Blijvend sterk in je werk’ aan, voor vrouwen tussen de veertig en zestig jaar. Corine Buijs, adviseur Leren & Ontwikkelen bij de gemeente Hoorn: „We weten hoe onze werkpopulatie in elkaar zit en dus ook dat er veel vrouwen rondlopen die met de overgang te maken hebben of krijgen. De workshop is vooral gericht op kennis delen en bewustwording. Wat kan er gebeuren in deze woelige levensfase en hoe kun je er zelf voor zorgen dat je duurzaam inzetbaar blijft?”

De workshop wordt verzorgd door Pro-Homeostase, dat vergelijkbare sessies hield bij honderden andere organisaties, zoals de gemeente Amsterdam, ProRail, het Openbaar Ministerie en de provincie Noord-Holland.

Beumer: „De arbeidsparticipatie van vrouwen heeft sinds de jaren vijftig een enorme vlucht genomen. Nu heb je een generatie vrouwen tussen de veertig en zestig jaar die in de overgang komen, volop aan het werk zijn en dit vaak ook nog combineren met mantelzorg, zorg voor (puberende) kinderen, hun relatie en een sociaal leven. Daar vloeit een economisch een sociaal-maatschappelijk vraagstuk uit voort waar niet alleen vrouwen, maar ook werkgevers iets mee moeten.” Namelijk: hoe houd je oudere vrouwen inzetbaar?

Bij de Westfriesland Academie zijn het vrijwel uitsluitend vrouwen die deelnemen aan de workshop ‘Blijvend sterk in je werk’. „Er is één keer een man aangeschoven, die geïnteresseerd was omdat hij zijn team goed wilde begeleiden”, vertelt Yildiz Neelen, coördinator gezondheid bij de gemeente Hoorn. De gemeente zou graag meer leidinggevenden zien participeren, mannen en vrouwen. Neelen: „Hier werken veel vrouwelijke managers, maar ik denk dat weinig medewerkers naar hun leidinggevende stappen als zij overgangsklachten ervaren. Met deze workshop hopen wij het gesprek te openen. Hoe kun je klachten herkennen? Hoe praat je hierover met een medewerker? En hoe zorg je dat iemand haar werk goed kan blijven doen?”

Kort lontje

Beumer vindt het belangrijk op een volwassen manier over overgangsklachten te praten, „niet lacherig of kleinerend”. Want ze zijn divers en kunnen serieuze effecten hebben: onzekerheid, risicomijdend gedrag, slechte concentratie, slaapproblemen, een kort lontje, gewrichtsklachten, gewichtstoename, onrust, stressgevoelens. De ene vrouw heeft er veel last van, een ander merkt vrijwel niks. „Maar uit onderzoek blijkt dat 80 procent van de vrouwen in meer of mindere mate klachten ervaart.”


Lees ook: Hoe weet je dat je in de overgang bent – en 17 andere vragen

Deze vrouwen moeten zich volgens Beumer niet schamen voor de hinder die ze van klachten kunnen ondervinden. „Tegelijkertijd snap ik ook dat je weinig zin hebt om als 50-jarige vrouw tegen een 35-jarige mannelijke leidinggevende over opvliegers te beginnen, zeker als die weinig kennis over of begrip voor de klachten heeft. Dan is het makkelijker om te zeggen dat je stress hebt.”

Maar wil je erover praten, dan zul je de overgang moeten benoemen, vindt ze. Volgens Beumer durven veel vrouwelijke medewerkers nu nog niet eens in hun agenda te zetten waar de workshop over gaat. De Westfriesland Academie koos er bewust voor de overgang niet in de naam van de workshop te noemen. Corine Buijs: „Maar dat is vooral om te voorkomen dat het wordt gezien als een club vrouwen die samen over hun kwaaltjes praten. De workshop is er niet op gericht vrouwen de overgang door te helpen; het draait om duurzame inzetbaarheid in een zakelijke omgeving. Mensen komen hier om te werken, wij willen als werkgever helpen dat op de best mogelijke manier te doen.”

De drempel om mee te doen ligt hoger dan bij andere trainingen, merkt Buijs. „Normaal gesproken zijn inschrijvingen voor trainingen open, zodat mensen zich bij elkaar kunnen laten indelen. Voor deze workshop hebben wij bewust de namen afgeschermd, omdat deelnemers daar om vroegen.”

Bespreekbaar

Over de overgang praten op de werkvloer blijft lastig, ook al neemt de bewustwording toe. De Tweede Kamer nam in 2020 een motie aan dat de overgang bespreekbaar moet worden in „het werkveld”. CBS en TNO deden vorig jaar uitgebreid onderzoek naar de impact van de overgang op de werkvloer. De cao voor de gehandicaptenzorg kreeg vorig jaar een paragraaf die speciale aandacht vraagt voor vrouwen in de overgang. Beumer: „Er worden stappen gezet, maar er is nog meer te doen.”

Zo blijkt uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden, uitgevoerd door CBS en TNO, dat vrouwen in de overgang behoefte hebben aan meer steun van hun leidinggevende. Het is goed, zegt Beumer, als bedrijven een actief levensfasebeleid voeren en goed nadenken over aanpassingen in de werkomgeving voor die vrouwen. „De kantoortuin is bijvoorbeeld desastreus voor vrouwen in de overgang. Vaak staat de temperatuur op één stand en er zijn overal prikkels en geluiden. Dat is niet prettig als je last hebt van opvliegers en je niet goed kan concentreren.”

Kolfkamer

Hoewel de gemeente Hoorn geen specifiek beleid voert voor vrouwen in de overgang, is er in overleg veel te regelen. Neelen: „Sinds de coronapandemie werken wij plaats- en tijdonafhankelijk. Als iemand slecht geslapen heeft, is het prima als die pas om tien uur begint, of nog later.”

Ook in de planning van de grootschalige renovatie van het stadhuis is aandacht voor veertigplus-vrouwen. Buijs: „Een kolfkamer voor vrouwen die borstvoeding geven is verplicht, maar bij de gemeente Hoorn werken veel meer vrouwen in de overgangsleeftijd. Daarom denken we na over een andere titel voor deze kamer, zodat deze multifunctioneel is te gebruiken. Ook vrouwen in de overgang die behoefte hebben aan een rustige plek om zich terug te trekken kunnen daar dan terecht.”

Hoorn streeft er in essentie naar om uitval door overgangsklachten te voorkomen. Neelen: „Het is bekend dat je met voeding invloed kunt uitoefenen op de hormoonbalans, en dus ook op klachten die daarmee samenhangen. De workshop wil medewerkers aanmoedigen hiermee aan de slag te gaan. Dat vrouwen daar in hun privéleven ook profijt van kunnen hebben, zie ik als een win-winsituatie.”

Lees verder…….