Nieuwe Johan Polak Poëzieprijs met prijzengeld van 50.000 euro

Een prijs van 50.000 euro voor een dichtbundel – en dat jaarlijks, de komende vijfentwintig jaar. De nieuwe Johan Polak Poëzieprijs, die vanaf 2024 wordt toegekend aan een Nederlandstalige dichtbundel, stelt met zijn oprichting meteen alle andere poëzieprijzen in de schaduw. De prijs wordt de grootste jaarlijkse onderscheiding voor poëzie in het Nederlandse taalgebied, met een prijzengeld dat de grote prozaprijzen, zoals de Libris Literatuur Prijs, evenaart.

Dat maakt de onlangs opgerichte Stichting Johan Polak Poëzieprijs deze donderdagavond bekend. „Dit bedrag stelt een dichter in staat om langere tijd aan nieuw werk te besteden, zonder andere opdrachten te hoeven aannemen”, stelt stichtingsvoorzitter Wiljan van den Akker, emeritus hoogleraar letterkunde. Ook is de financiering voor langere tijd vastgelegd: de stichting garandeert het prijzengeld voor ten minste 25 jaar.

Dat is te danken aan het miljoenenvermogen van de naamgever: de uitgever, boekhandelaar en boekenverzamelaar Johan Polak. Na het overlijden van zijn aangenomen zoon kwam zijn vermogen ten goede aan de Johan Polak Stichting tot Instandhouding van het Bijzondere Boek. Die stichting besloot na eerdere financiering van literaire projecten „niet als Dagobert Duck op het geld te gaan zitten, maar het ook uit te geven”, aldus Van den Akker.

Lees ook Angstig, eenzaam, verwend en irritant

Uitgever <strong>Johan Polak</strong> in 1987

Financiering

De financiering van poëzieprijzen is de laatste jaren een heikel punt. Sinds de VSB Poëzieprijs in 2009 na 24 uitreikingen zijn sponsor verloor, bleek het vaak niet eenvoudig om die prijs voort te zetten. Fondsen die de opvolger, de Grote Poëzieprijs, financierden, stopten weer, waardoor eerder dit jaar de uitreiking in het geding kwam. Uiteindelijk stapte baggermaatschappij Boskalis in het gat – wat wel op protest stuitte van de winnaar van dit jaar, Marwin Vos. Zij besloot haar prijzengeld deels te doneren aan Filippijnse vissers die last zouden ondervinden van Boskalis’ industrie. De Grote Poëzieprijs kent nu het grootste prijzengeld, van 20.000 euro.

Zich aansluiten bij een bestaande prijs was voor zijn stichting geen optie, zegt Van den Akker. De Johan Polak Poëzieprijs onderscheidt zich, behalve door het geldbedrag, doordat bundels drie jaar kunnen meedingen. „Dat geeft goede bundels meerdere jaren de kans om bekroond te worden, waardoor ze ook langer in de aandacht blijven staan.” Voor de eerste prijs in 2024 komt dus de poëzie-oogst uit 2021, 2022 en 2023 in aanmerking.

De prijs draagt de naam van Polak, die voorvechter was van homo-emancipatie, maar zal niet diens maatschappelijke signatuur of literaire voorkeur hebben: „Dat zou ook niet kunnen: Johan Polak is dertig jaar geleden overleden. De prijs is bedoeld voor de beste bundel.” Een onafhankelijke jury zal de winnaar vaststellen en de eerste uitreiking is op Polaks sterfdag, 25 mei – zonder dat er nominaties of eervolle vermeldingen bij komen kijken. Van den Akker: „Nomineren vinden wij een beetje een circus. Wij willen met de prijs geen afvallers teleurstellen, maar de winnaar gelukkig maken.”