Minder vliegen, minder vlees – prima. Maar wat doe je op je werk?

Duurzaamheid Bij verduurzaming gaat het vaak over persoonlijk gedrag. Maar onder werktijd – gemiddeld zo’n 80.000 uur per mensenleven – kunnen mensen veel meer bereiken dan ze soms denken, zegt schrijver Marnix Kluiters.

Er is één belangrijk ding, misschien wel het belangrijkste ding, dat veel mensen over het hoofd zien bij verduurzaming, zegt schrijver en podcastmaker Marnix Kluiters. De discussie gaat vaak over wat je eet, of je zonnepanelen hebt, wat je koopt, hoe vaak je vliegt. Wat je stemt wellicht. In een enkel geval vraagt iemand zich af of hij iets te zoeken heeft op de A12. Je rol als consument of als burger staat vaak centraal. „Maar hoe vaak gaat het over wat je op je werk doet?”

In de rol van werknemer gaat bij veel mensen het jasje aan, het dasje om, en het groene bewustzijn uit. Dan gelden andere regels, werken ze ondanks goede bedoelingen mee in een bedrijf en een systeem dat totaal niet duurzaam is, dat draait om materiële groei en geld verdienen.

„Terwijl we ongeveer tachtigduizend uur in ons leven besteden aan werk”, zegt Kluiters tijdens een telefonisch gesprek. Hij presenteert de podcast Ecosofie en schreef met leiderschapsexpert Mark Siegenbeek van Heukelom het boek Duurzame ambitie, dat onlangs verscheen. Bovendien kun je door de omvang van het bedrijf waar je werkt meer effect bereiken dan je thuis ooit kunt hebben.

Kim Putters, voorzitter van de Sociaal-Economische Raad (SER) en nu informateur, schreef het voorwoord: „Stel jezelf de vraag: Als ik 79.999 uur van mijn carrière erop heb zitten en ik heb het laatste uur over om terug te kijken, wat zou ik dan betekend willen hebben?”

Kluiters: „Het grootste talent van deze wereld wordt nu simpelweg niet besteed aan het oplossen van de grootste uitdaging van de 21ste eeuw.” Het doet denken aan recente stukken van schrijver Rutger Bregman, die iets vergelijkbaars betoogt en van wie hierover binnenkort ook een boek uitkomt: al die hoogopgeleide, ambitieuze Nederlanders die werken voor consultancybedrijven, advocatenkantoren of banken waar ze fossiele bedrijven helpen om nóg meer winst te maken, moeten nodig ‘morele ambitie’ gaan tonen, en het liefst ontslag nemen, vindt hij.

Kluiters en Siegenbeek van Heukelom stellen zich wat milder op. Bregman wil een beweging beginnen om mensen uit hun volgens hem betekenisloze adviseurs- en advocatenbanen te krijgen. Kluiters vindt dat je je baan ook kunt heruitvinden. „Het is geen strijd om iedereen bij grote corporates weg te jagen. Ik denk juist dat je ook daar effect kunt hebben.”

Waar te beginnen als iemand zijn of haar werk meer in dienst wil stellen van verduurzaming? Een van de belangrijkste strategieën is volgens Kluiters om je te richten op kleine stappen met een groot effect: ‘small wins’, zoals die in de bedrijfskundeliteratuur worden genoemd.

Mensen hebben de neiging de opgaves zo groot te maken dat ze er toch geen invloed op kunnen hebben; niemand stopt in zijn eentje de opwarming van de oceanen en het smelten van de gletsjers. „Maar je kunt wél veranderingen doorvoeren die grote bewegingen in gang kunnen zetten”, zegt Kluiters.

Zo besloot een bevriende medewerker van een financiële instelling op een dag om zoekopdrachten niet meer uit te voeren via Google, maar via het milieuvriendelijker Ecosia. Een probleem was dat op zijn werkcomputer Google nog steeds de standaardzoekmachine was. Hij stapte naar de IT-afdeling van zijn bedrijf en kreeg het voor elkaar dat in het hele bedrijf Ecosia de standaardzoekmachine werd. Small wins moeten wel gericht zijn op het veranderen van de héle organisatie.

Microfoon gekocht

Als het te traag blijft gaan binnen het bedrijf waar je werkt, kan het denken in die small wins ook een uitweg bieden. Kluiters werkte zelf eerst bij zakenbank Van Lanschot Kempen. „Toen heb ik een microfoon gekocht, ben vier dagen gaan werken en ben een podcast over duurzaamheid begonnen.” Die groeide uit tot de kern van zijn werkzaamheden.

Kluiters en Siegenbeek van Heukelom schetsen in het boek ook hoe de ideale duurzame leider zich volgens hen gedraagt en hoe de ideale duurzame organisatie eruitziet, ze putten uit psychologie, bedrijfskunde en onderzoek naar sociale en ecologische transities. Het is een hoopvol boek.

Maar nemen ze niet te makkelijk aan dat verduurzaming een niet te stuiten proces is, een proces dat alleen nog een laatste zetje nodig heeft? Soms is het simpelweg te moeilijk of te duur om de ceo te overtuigen. „Ik denk niet dat deze beweging niet meer te stoppen is”, zegt Kluiters. „Daarin heeft de laatste verkiezingsuitslag me ook wel heel erg aan het denken gezet. Tegelijkertijd wordt onderschat hoeveel mensen graag willen bijdragen aan een duurzamere wereld, dat blijkt uit allerlei studies.” In vrijwel elk bedrijf is volop potentie voor verandering, zegt hij, meer dan op het eerste gezicht misschien lijkt.

Lees verder…….