Martelingen behoren tot vaste repertoire in Iraanse gevangenissen

Iran Steeds meer berichten sijpelen naar buiten over de barre praktijken in Iraanse gevangenissen. Veel gevangenen krijgen schijnprocessen en bekennen onder zware druk.

Een Iraanse studente houdt een bord omhoog met de leus ‘Er is geen plaats voor een student in de gevangenis’ tijdens een demonstratie in Teheran in november 2022.
Een Iraanse studente houdt een bord omhoog met de leus ‘Er is geen plaats voor een student in de gevangenis’ tijdens een demonstratie in Teheran in november 2022.

Foto SalamPix/ANP

Ook Iraanse jongens en meisjes die de euvele moed hadden om mee te doen aan de demonstraties tegen het regime voor meer vrijheid hoeven niet op clementie van de islamitische heersers te rekenen.

In een uit de Evin-gevangenis in Teheran gesmokkelde brief beschrijft Sepideh Qolian, een activiste voor vrouwenrechten, deze week hoe ze een geblinddoekte, bibberende „jonge jongen” in een t-shirt in winterse kou op het gevangenisterrein zag worden ondervraagd. „Ik zweer bij God dat ik niemand heb geslagen”, jammerde de jongen. Beken niet, adviseerde Qolian hem volgens de BBC, terwijl ze hem passeerde.

Dat laatste was geen overbodige waarschuwing, want de Iraanse justitie pleegt gevangenen onder zware druk te zetten om een bekentenis af te leggen. Mishandeling en marteling worden daarbij niet geschuwd. Onder dwang verkregen verklaringen worden vervolgens opgenomen en uitgezonden op de staatstelevisie ten bewijze dat de verdachten hun straf verdienen. Ze bekennen dan bijvoorbeeld betrokken te zijn geweest bij de dood van een vrijwilliger van de basij, een militie die de vreedzame protesten vaak keihard neerslaat.

Doodstraf

Sommigen krijgen op grond van zulke ‘bekentenissen’ de doodstraf. Bij verschillende van hen – tot dusverre overigens geen minderjarigen – signaleerden mensenrechtenactivisten verwondingen en zelfs een arm in het gips. Vermoedelijk het gevolg van martelingen. Volgens de in Noorwegen gevestigde organisatie Iran Human Rights (IHR) lopen inmiddels ruim honderd mensen de kans te worden geëxecuteerd omdat ze al zijn veroordeeld of beschuldigd van misdaden waarop de doodstraf staat. Vier van hen zijn al terechtgesteld. De twee die zaterdag werden opgehangen zouden betrokken zijn geweest bij de dood van een basij-man.

Het Iraanse publiek leeft vaak intensief mee met de gevangenen. Zondagavond verzamelden zich snel tientallen mensen bij de Rajai Shahr-gevangenis in de plaats Karaj, die vreesden dat twee gevangenen zouden worden terechtgesteld. Een van hen, Mohammad Ghobadlou (22), heeft volgens zijn moeder een bipolaire stoornis. Kort daarvoor was hun hoger beroep afgewezen en waren ze in isoleercellen geplaatst, hetgeen de voorbode van hun executie kon zijn. Die bleef echter nog uit. In oktober dromde er een nog grotere mensenmenigte samen bij de Evin-gevangenis, toen daar brand uitbrak. Ze waren bang dat politieke gevangenen zouden verbranden. Acht mensen vonden hierbij de dood.

Aanfluiting

De processen zijn volgens westerse mensenrechtenorganisaties hoe dan ook een aanfluiting. De verdachten worden dikwijls in het geheim in haastige sessies veroordeeld en mogen doorgaans niet zelf hun advocaten kiezen. Sinds het begin van de protesten in september zijn er volgens IHR overigens al 44 strafpleiters gearresteerd. De advocaten die wel worden ingeschakeld zijn loyaal aan het regime. Ook de Belg Olivier Vandecasteele viel zo’n besloten proces ten deel. Hij kreeg veertig jaar celstraf en 74 zweepslagen.

Martelingen zijn niets nieuws in Iraanse gevangenissen. Ze waren al gebruikelijk onder de sjah en na de islamitische revolutie van 1979 bedienden de nieuwe machthebbers er zich zo mogelijk nog gretiger van. Geseling, ophanging aan handen en voeten, elektrische schokken, schijnexecuties, het toedienen van chemische stoffen onder dwang, gedetineerden laten staan of zitten in een ongemakkelijke positie tot ze flauw vallen en slaaponthouding horen tot het vaste repertoire. Gevangenen die medicijnen nodig hebben worden die vaak met opzet onthouden.

Daarnaast oefenen ondervragers mentale druk op gevangenen uit door te dreigen dat ze geweld zullen gebruiken tegen familieleden als ze niet meewerken of ze vertellen hun dat het slecht met hun dierbaren gaat. Als ze een bekentenis afleggen, mogen ze weer contact met hen hebben. Veel gevangenen worden ook langdurig in krappe isoleercellen opgesloten.

In haar brief vertelt Qolian, die een straf van vijf jaar uitzit, dat in de Evin-gevangenis een vleugel die was gereserveerd voor culturele manifestaties is veranderd in een ondervragings- en martellocatie. Andere gevangenen kunnen horen hoe jongens en meisjes daar worden toegebulderd door ondervragers.

Evin, de bekendste gevangenis van Iran, herbergt alleen al een kwart van alle politieke gevangenen in Iran. Door de vele arrestaties als gevolg van de talrijke demonstraties van de laatste maanden is het er nog voller geworden dan het al was. In totaal zijn er sinds de dood van de jonge Koerdische vrouw Mahsa Amini in politiehechtenis half september, die tot de eerste protesten leidde, zo’n 19.300 mensen opgepakt. Ten minste 481 en waarschijnlijk nog veel meer betogers overleefden hun deelname aan de protesten niet.

Kakkerlakken

Anoosh Ashoori, een Brits-Iraanse zakenman die tot maart vorig jaar in de Evin zat, vertelde naderhand dat hij op een afdeling had gezeten waar zeventig gevangenen vier vertrekken met elkaar deelden. „We worstelden er met bedwantsen, kakkerlakken, grote ratten en slecht eten”, vertelde hij afgelopen herfst aan Deutsche Welle. Het is er ’s winters ijskoud en ’s zomers snikheet. Toen zijn ondervragers dreigden ook zijn familieleden hard aan te pakken, probeerde hij uit wanhoop zelfmoord te plegen.

Vrouwelijke gevangenen lopen bovendien het gevaar op seksuele intimidatie of misbruik. Narges Mohammadi, een mensenrechtenactiviste die een straf van 34 jaar in de Evin uitzit, schreef in december in een andere gesmokkelde brief hoe een vrouw op weg naar de gevangenis was vastgebonden en seksueel misbruikt. Ze had zelf de verwondingen van de vrouw naderhand gezien. De autoriteiten ontkennen zulke ontsporingen.

De toestand in veel provinciale gevangenissen is overigens nog slechter, met name die in de Koerdische en de Baluchi gebieden waar het de laatste maanden zeer onrustig is geweest. Al voordien, concludeerde Amnesty International in 2021, stierven juist daar ook opvallend veel mensen in hechtenis. De Iraanse autoriteiten namen zelden de moeite zulke gevallen naderhand te onderzoeken.


Lees ook: Jonge Iraniërs betalen hun protest met opsluiting of executie

Lees verder…….