Italië wil EU-geld uittrekken voor anti-abortusactivisten

Terwijl het Europees Parlement onlangs een symbolische resolutie aannam die stelt dat een veilige abortus in de hele EU een fundamenteel recht zou moeten zijn, en Frankrijk dat recht recent in zijn grondwet heeft vastgelegd, maakt Italië de tegenovergestelde beweging.

Rome wil anti-abortusactivisten toegang geven tot centra voor gezinsplanning, waar vrouwen die een abortus willen vooraf op consult moeten komen. Na zo’n consult volgt een verplichte wachttijd, alvorens zij – uitsluitend in een ziekenhuis – terecht kunnen om hun zwangerschap te beëindigen.

De maatregel is onderdeel van een pakket initiatieven dat deze week werd goedgekeurd, en dat met geld uit het Europese fonds voor het herstel na de coronapandemie zal worden gefinancierd. Italië is de belangrijkste begunstigde van dat fonds. Het Italiaanse Huis van Afgevaardigden keurde het dinsdag via een vertrouwensstemming goed. Verwacht wordt dat hierna ook de Senaat het pakket vlot zal goedkeuren.

Anti-abortusorganisaties waren in Italië al aanwezig in heel wat publieke ziekenhuizen, maar nu verwelkomt de Italiaanse overheid hen dus ook in centra voor gezinsplanning. „Bovendien wordt dit alles gegoten in een pakket maatregelen gefinancierd met Europees geld”, zegt Tiziana Antonucci (66), een kleine vrouw met peper-en-zout-kleurig lang haar, en al 46 jaar maatschappelijk werker in zo’n centrum in Ascoli Piceno, in de regio Marken aan de Adriatische kust. Het recht op abortus staat er al jaren onder druk, vertelt Antonucci. „Maar met Meloni’s oerconservatieve Broeders van Italië aan de macht verandert die druk nu ook in concrete actie.”

Antonucci geeft een concreet voorbeeld. Het personeel van haar private gezondheidscentrum, een referentiepunt in de regio, had sinds 1981 een overeenkomst met het publieke Mazzoni-ziekenhuis in Ascoli, om de abortussen daar uit te voeren. „Maar in februari 2023 heeft de directeur onze overeenkomst plots stopgezet”, zegt Antonucci.

Gewetensbezwaarden

Het doet haast vergeten dat abortus al sinds 1978 legaal is in Italië. Toch blijft de kwestie in het katholieke Italië uiterst delicaat. In sommige streken, vooral in het zuiden, is het percentage gewetensbezwaarden onder het medisch personeel zo hoog dat vrouwen voor een abortus naar een andere stad of regio moeten reizen.

En al mag de abortuspil sinds vier jaar behalve in Italiaanse ziekenhuizen ook in meer laagdrempelige centra voor gezinsplanning worden verstrekt, slechts drie van de twintig Italiaanse bestuurlijke regio’s staan dit ook toe. De pil, die veel minder ingrijpend is dan een abortus in een kliniek, wordt daardoor in Italië veel minder gebruikt dan in bijvoorbeeld Frankrijk of het Verenigd Koninkrijk.

Met 5,3 zwangerschapsonderbrekingen per duizend vrouwen heeft Italië een van de laagste abortuspercentages in Europa. Maar dat heeft zeker niet uitsluitend met gewetensbezwaarden of hindernissen te maken. De Italiaanse bevolking is een van de oudste ter wereld, met een laag geboortecijfer als gevolg. De regering-Meloni, die het aantal geboortes wil opkrikken, ziet klaarblijkelijk wél een verband tussen het lage geboortecijfer en abortus. Daarom dus deze nieuwe hinderpaal, door vaak streng religieuze pro-life-organisaties toe te laten in centra voor gezinsplanning.

Kwetsbaar moment

„Een perverse maatregel”, zegt Tiziana Antonucci, de directeur van het centrum voor gezinsplanning in Ascoli. „Op een zeer kwetsbaar moment zullen vrouwen die een abortus willen plegen, worden geconfronteerd met lui die hen proberen te overtuigen het kind toch te houden, of af te staan voor adoptie.” Antonucci vreest dat de centra voor gezinsplanning zullen leeglopen, en abortus weer in de illegaliteit verdwijnt.

Centra voor gezinsplanning doen overigens veel meer dan louter consultaties over abortus houden. Jonge meisjes kunnen er ook terecht voor informatie over seks en anticonceptie, broodnodig in een land waar seksuele voorlichting geen officieel schoolvak is. De centra vragen al jaren vergeefs om meer middelen en personeel.

Lees ook In deze wijk van Napels zouden kinderen andere kinderen hebben misbruikt

‘Dat niemand alleen blijft’ staat groot geschilderd op een flatgebouw in Caivano. Hier zijn twee meisjes van elf en dertien verkracht, waarschijnlijk door een groep minderjarige jongens.

Dat geld komt er niet, maar wordt dus liever aan anti-abortusorganisaties besteed. Kan Italië hier zomaar Europees geld aan besteden? Rome probeert het in ieder geval wel. En de radicaal-rechtse regeringspartij Broeders van Italië, die oerconservatieve familiewaarden voorstaat, speelt het zeer slim. Aan de decenniaoude abortuswet wordt helemaal niet getornd, klinkt het; wél moet die wet voortaan ‘volledig’ worden toegepast.

De partij verwijst naar een bepaling in de Italiaanse abortuswet, waarin beschreven staat dat gezondheidscentra een beroep kunnen doen op basisgroepen en vrijwilligersorganisaties die „hulp kunnen bieden in geval van moeizaam moederschap, na de geboorte”. Het onlinemagazine Wired concludeert dat hulp bieden aan moeders die het moeilijk hebben het valse voorwendsel is om overheidsgeld toe te schuiven naar een aantal radicaal religieuze anti-abortusorganisaties. Een woordvoerder van de Europese Commissie stipte vrijdag aan dat de maatregel in kwestie „geen onderdeel uitmaakt van het Italiaanse herstelplan” dat Rome bij de Commissie heeft voorgesteld.

Delicaat thema

De geplande maatregel heeft ook al geleid tot een conflict tussen Rome en Madrid. De Spaanse minister Ana Redondo García (Gelijke Kansen, PSOE) uitte felle kritiek. Maar zij heeft zonder kennis van zaken niemand de les te lezen, sloeg Giorgia Meloni keihard terug.

De Italiaanse premier weet nochtans zeer goed hoe delicaat dit thema is. Tijdens haar verkiezingscampagne in 2022 zei Meloni daarom niet letterlijk dat ze tégen abortus zou zijn. Veel slimmer klonk het dat „vrouwen het recht verdienen om géén abortus te hoeven plegen”. Zo wierp Meloni zich op als een voorvechtster van juist een grotere keuzevrijheid.

Maar vrouwen maken die keuze nu al zélf, benadrukt maatschappelijk werker Tiziana Antonucci. „Tijdens een consultatie duwt niemand hen in de richting van een abortus.” De grootste groep vrouwen die vorig jaar bij haar centrum aanklopte voor een consultatie over een abortus, zegt Antonucci, was tussen 36 en 40 jaar oud, had een baan en een vaste relatie. „Het gaat om vrouwen van een bepaalde leeftijd, die een bewuste keuze hebben gemaakt.”