De topman van Wirecard bleek een Russische spion

In Duitsland is Jan Marsalek al bijna vier jaar een van de meest gezochte voortvluchtigen van het land. Hij verdween in 2020 van het toneel toen uitkwam dat het miljardensucces van financiële dienstverlener Wirecard, waarvan Marsalek chief operating officer (coo) was, één groot fabeltje was. Sindsdien is Marsaleks konterfeitsel steeds weer op billboards en aanplakbiljetten te zien, gezocht voor „miljardenfraude”, met het telefoonnummer van de politie in München eronder.

Die zoektocht bleef vergeefs en lijkt inmiddels ook naïef. Volgens onderzoek van een collectief van Der Spiegel, de ZDF, de Oostenrijkse krant Standard en het Russische onderzoeksplatform The Insider is de Oostenrijker Marsalek niet alleen een fraudeur, maar werkt hij naar schatting al tien jaar voor de Russische geheime dienst. Dat Marsalek banden met verschillende inlichtingendiensten had, was bekend; de Duitse inlichtingendienst ging er in 2020 nog van uit dat Marsalek voor de Oostenrijkse collega’s werkte, en dat die hem hielpen om via Minsk naar Rusland te vluchten.

Maar Marsalek had niet toevallig wat kennissen bij de Oostenrijkse inlichtingendienst; twee mannen van de Oostenrijkse dienst, het Bundesamt für Verfassungsschutz und Terrorismusbekämpfung (BVT), werkten voor hém. Volgens de Britse inlichtingendienst MI5 was Marsalek de spil in een netwerk van spionnen dat in Europa informatie inwon over het Kremlin onwelgevallige figuren. Deel van dat netwerk waren ook twee hoge oud-medewerkers van de Oostenrijkse geheime dienst. Voor Marsalek, als bestuurder van het meest veelbelovende fintechbedrijf van Duitsland, gingen onderwijl alle deuren van ceo’s en hoge politici open.

‘Honeytrap’

Het collectief rondom Der Spiegel beschrijft hoe Marsalek rond 2013 ‘slachtoffer’ is geworden van een ‘honeytrap’, het type operatie waarbij een informant via een geliefde wordt geronseld. Rond die tijd krijgt Marsalek in ieder geval een Russische vriendin, die contacten heeft of mogelijk zelf in dienst is bij de Russische geheime dienst GROe. Die contacten komt Marsalek vanaf dat moment op allerlei privéfeestjes tegen. Volgens het onderzoekcollectief bezoekt Marsalek met zijn nieuwe kennissen onder meer de familie van de Tsjetsjeense leider Ramzan Kadyrov in Grozny, en reist hij in 2017 met de Wagnergroep naar Syrië tijdens de Syrische Burgeroorlog. De onderzoeksjournalisten schrijven dat hij mogelijk ook op strijders van Islamitische Staat heeft geschoten en suggereren dat de Russen dat vervolgens als kompromat tegen hem konden gebruiken.

Rond dezelfde tijd neemt Marsalek de Oostenrijker Martin Weiss in dienst bij Wirecard als ‘veiligheidsadviseur’. Weiss was voorheen afdelingshoofd contraspionage bij de Oostenrijkse inlichtingendienst en ging in 2016 met vervroegd pensioen. Via Weiss komt nog een andere Oostenrijkse voormalige inlichtingenman in Marsaleks netwerk terecht: Egisto Ott, die in 2017 op non-actief werd gesteld nadat buitenlandse inlichtingendiensten de Oostenrijkers erop hadden gewezen dat Ott e-mails van zijn werk-account naar zijn privéadres doorstuurde.

Deze Egisto Ott werd daags voor Pasen in Oostenrijk aangehouden op verdenking van spionage. De Oostenrijkers kwamen hem op het spoor via de Britse inlichtingendienst, die vorig jaar een groep van zes Bulgaarse mannen en vrouwen arresteerde. De leider van die groep, zo blijkt uit chatberichten, stond in nauw contact met Jan Marsalek. Volgens de Britten had de groep de opdracht om bepaalde „doelwitten” te bespioneren, om eventuele Russische acties tegen die doelwitten mogelijk te maken. Het zou vooral zijn gegaan om dissidente Russen die zouden moeten worden ontvoerd – of erger.

Versleutelde berichten

Voor hetzelfde soort diensten gebruikte Marsalek het Oostenrijkse duo Weiss en Ott. Zij verzamelden informatie over personen in wie Marsalek, of het Kremlin, geïnteresseerd was. Ten minste 309 personen liet Marsalek doorlichten, onder wie een voormalig FSB-officier die in Moskou in ongenade viel en sindsdien in Montenegro woont. Volgens Oostenrijkse justitie had Egisto Ott inmiddels een mapje met foto’s van het gezin van de oud-FSB’er tot zijn beschikking, en ook diens vingerafdrukken.

Lees ook Ondanks bedreigingen hield deze journalist vol dat Wirecard een kaartenhuis was

Voormalig Wirecard-ceo Markus Braun eerder deze maand in de rechtszaal bij het Wirecard-proces.

Ook andere informatie kwam via Ott en Marsalek in Moskou terecht. Op een bedrijfsuitje van het Oostenrijkse ministerie van Binnenlandse Zaken vielen drie hoge ambtenaren tijdens een kanotochtje in het water. Een IT’er oordeelde dat de data op de telefoons niet meer te redden waren, maar de telefoons belandden bij Ott, en via hem belandden de data erop in Moskou.

Nog gevoeliger zijn de laptops die bij Ott zijn gevonden, een bepaald type dat de Duitse geheime dienst gebruikt om versleutelde berichten mee te versturen. Eén zo’n laptop is, volgens chatberichten, al bij de FSB terechtgekomen – volgens een bericht van Marsalek kreeg Ott 20.000 euro in contanten voor de computer. De affaire is daarmee ook voor de Duitse inlichtingendienst een probleem.

MH17

De activiteiten van Marsaleks netwerk hielden niet op met zijn vertrek naar Rusland. Ott, aldus de Oostenrijkse justitie, vond met behulp van zijn oude politiebadge het Weense adres van de van oorsprong Bulgaarse onderzoeksjournalist Christo Grozev. Die deed onder meer onderzoek naar het neerhalen van de MH17 en naar de moord op de dissidente Tsjetsjeen in de Berlijnse Tiergarten in 2019; Grozev, die op dat moment voor Bellingcat werkte, identificeerde de moordenaar.

In 2022 werd er ingebroken in de woning van Grozev, waarbij een laptop en een paar USB-sticks werden gestolen. Volgens Grozev zelf hoopten de inbrekers de namen van zijn Russische bronnen te vinden. De journalist woont inmiddels niet meer in Oostenrijk – de Oostenrijkse autoriteiten zeiden hem dat ze zijn veiligheid niet konden garanderen.

Verkiezingen

Wenen is sinds jaar en dag de spionnenhoofdstad van Europa, handig gelegen tussen oost en west, en bovendien is de Oostenrijkse spionagewetgeving soepel voor iedereen die het niet op Oostenrijk gemunt heeft. Deze „grootste spionage-krimi die de republiek ooit heeft meegemaakt”, zoals het Oostenrijkse tijdschrift Profil schrijft, lijkt ook politieke gevolgen te krijgen.

Met name voor de leider van de rechts-populistische FPÖ, Herbert Kickl, is de kwestie heikel. Kickl, die na de verkiezingen van eind dit jaar kans maakt op het kanselierschap, was tussen 2017 en 2019 minister van Binnenlandse Zaken en zo verantwoordelijk voor de inlichtingendienst. Volgens de oppositie kleedde hij in die tijd de contraspionage uit. Bovendien was Kickl verantwoordelijk voor een inval door de politie bij de inlichtingendienst, waarna veel internationale diensten hun samenwerking met Oostenrijk opzegden.