Hoe krijg je werknemers van hun stoel af?

Dilemma

Nergens in Europa zitten mensen zoveel uren op een dag als in Nederland: maar liefst 8,9 uur gemiddeld in 2022, blijkt uit recent onderzoek van TNO. Een groot deel daarvan gebeurt op het werk, al verschilt het per sector. Financieel specialisten, juristen en software- en applicatieontwikkelaars zitten gemiddeld het meest. Dat is zorgelijk, want uit onderzoek van de Gezondheidsraad blijkt dat langdurig zitten een verhoogd risico op hart- en vaatziekten met zich meebrengt en ook de kans op vroegtijdig overlijden, het krijgen van diabetes type II én verzuim vergroot. Hoe krijg je werknemers van hun stoel af?

Verander je organisatiecultuur

De eerste stap is bewustwording creëren bij de medewerkers, zegt Severin Ince. Als consultant bij Aon, een adviseur op het gebied van risico-, pensioen- en gezondheidsoplossingen, adviseert ze organisaties op het gebied van duurzame inzetbaarheid. „Uiteindelijk krijg je werknemers alleen blijvend in beweging als mensen echt weten waarom ze moeten bewegen en hoe ze dat kunnen inpassen in hun vaak al drukke werkdag.” Het is belangrijk om werknemers intrinsiek te raken, zegt Ince.

Als een werkgever niet regelmatig en doelgroepgericht communiceert en er daardoor niet in slaagt werknemers te overtuigen van het belang om af en toe van hun stoel af te komen, zijn gedragsveranderingen meestal geen lang leven beschoren, zegt Luc Oudenes. Hij is dataspecialist bij Aon en houdt zich bezig met HR-data, van verzuim tot productiviteit. „Dat zag je bijvoorbeeld tijdens corona, met de app Ommetje. Het was een fantastisch initiatief dat mensen echt naar buiten kreeg om te bewegen, maar uiteindelijk stierf het een langzame dood omdat mensen te weinig wisten waarom ze het deden.”

Het begint voor een organisatie bij het opstellen van een ‘visie op vitaliteit’, zegt Ince. „Vervolgens bepaal je op basis van die visie hoe je ideale organisatiecultuur eruitziet en wat het gewenste bijbehorende vitale gedrag van de medewerkers is.” Die visie moet een organisatie vervolgens uitdragen. Ince: „Het werkt vaak goed om te beginnen met een lanceringscampagne. Dat kan van alles zijn, een evenement of bijvoorbeeld alle medewerkers een horloge geven die je activiteit meet.”

Daarna is het zaak om te blijven benadrukken waarom het belangrijk is om gedurende de dag meerdere keren te bewegen. Ince: „Het is een gedragdsverandering, dat betekent dat je er aandacht voor moet blijven vragen, via verschillende communicatiekanalen. De kracht zit in de herhaling.” Ince adviseert klanten daarom om op periodieke basis bij elkaar te komen om te bespreken wat wel en niet werkt, wat mensen met de kennis hebben gedaan en of de actie al als gewoonte is ingesleten.

Maak bewegen zo laagdrempelig mogelijk

Zodra de visie er is en werknemers zich bewust zijn van het belang van bewegen, kan een werkgever zijn werknemers gaan motiveren om af en toe van hun stoel te komen. Het werkt het best om dat zo concreet mogelijk te maken, adviseert Oudenes. „Het is één ding dat je smartwatch een prikkel geeft als je te lang stilzit, maar het is iets anders om er dan iets mee te doen. Zorg dat werknemers precies weten wat ze kunnen ondernemen als ze dat piepje krijgen.”

Dat kan volgens Ince door de fysieke werkomgeving te gebruiken. Voorbeelden zijn prikkelende teksten op traptreden en muren om mensen te verleiden de trap te nemen, een skippybal in plaats van een stoel en bureaus waar je ook aan kunt staan. Maar gedragsverandering stimuleren kan ook door werknemers aan te moedigen vaste tijden in hun agenda te blokken om naar buiten te gaan, bilaterale overleggen, belafspraken al wandelend te voeren en een voetbaltafel in de kantine te zetten voor beweging tijdens de lunch.

„Dat is allemaal redelijk laaghangend fruit”, zegt Oudenes. „Het zijn algemene aanpassingen die je kunt aanmoedigen binnen een organisatie. Maar wat ook nog kan is op basis van data nadenken over welke activiteiten, zoals bepaalde vergaderingen, je met meer beweging kunt doen.”

Het is bijvoorbeeld mogelijk om de data uit iemands Outlook-agenda te analyseren. „Veel mensen vinden dat een beetje spannend, maar dat kan natuurlijk op een privacy-verantwoorde manier”, zegt Oudenes. „En dat geeft de mogelijkheid om de medewerker zelf terug te geven dat iemand zeven uur lang vergaderingen heeft gehad, vaak met meerdere personen, waardoor het lastig was om deze buiten te doen. Daarmee geef je mensen een seintje: denk er eens over na, hoe voel je je bij de dag die je gehad hebt en hoe zou je dat anders kunnen inrichten?”

Dus

Begin bij het begin: bepaal als werkgever je visie op vitaliteit. Vanuit die visie communiceer je op regelmatige basis aan alle werknemers waarom bewegen tijdens de werkdag zo belangrijk is. Daarna is het zaak om werknemers bij de hand te nemen en te laten zien hoe ze meer beweging kunnen integreren in hun werkdag. Dat kan relatief simpel door stabureaus of skippyballen aan te schaffen, maar ook geavanceerder door op basis van iemands agenda-afspraken een werknemer het signaal te geven dat het goed zou zijn om na te denken over zijn of haar dagindeling.