N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Wandelboeken NRC recenseert uiteenlopende wandelboeken. Deze keer: wandelen in Zutphen en omgeving, langs koninklijk bos en in de Brabantse Meierij.
Glimlachen in Brabant
Vers van de pers is weer een nieuwe loot aan de almaar uitdijende stam van Gegarandeerd Onregelmatig: Wandelen in de Meierij, zoals het gebied tussen Tilburg, Eindhoven en Den Bosch ofwel Noordoost-Brabant wordt aangeduid. De vijftien wandelingen, variërend van 11 tot 18 kilometer, voeren zoveel mogelijk over onverharde wegen.
Het is nog maar half februari en dus is alles nog kaal, maar toch is het al flink genieten tijdens een wandeling langs de beek De Beerze. Gestart vanuit het dorpje Spoordonk, niet ver van Oirschot (waarvan je de hoge, karakteristieke kerktoren in de verte nog ziet), gaat het een lang stuk voornamelijk langs dit prettig meanderende beekje, met hier en daar vistrappen en stroomversnellingen. De route kan halverwege worden ingekort, maar doe dat vooral niet, want het mooiste stuk bevindt zich aan het verste uiteinde van deze langgerekte wandeling: natuurgebied Kampina, een schitterend stukje van vennen, zand en bos.
Ik ben nog maar net op pad of een zanglijster zit met zijn borst vooruit luidkeels zijn gekke geluiden te produceren (standaard driemaal achter elkaar), die me spontaan in de lach doen schieten. Een blauwe reiger zeilt langs met grote takken in zijn snavel. Het is duidelijk: de lente is begonnen. Het liedje ‘Het leven is goed in m’n Brabantse land’, waar het boek bij deze wandeling terecht naar verwijst, zingt op de achtergrond in m’n hoofd: ‘De bossen, de vennen, de purperen hei’. Pompiedom, in Brabant verschijnt wandelend al snel een glimlach op je gezicht die perfect past bij die vrolijke muzikale ode aan deze provincie.
Die glimlach was er zeker ook bij aanvang van wandeling twee: in het gebied de Biezenmortel, ten noordoosten van Tilburg. De start is al op een schitterende plek: de ligging van uitspanning De Rustende Jager (met lokale specialiteit de Brabantse Broeder, een must bij de koffie) is spectaculair, met aan de ene kant kleine door veel bomen omzoomde weilanden en aan de andere kant de Loonse en Drunense Duinen. Daar zal de route op het eind doorheen komen, maar eerst duiken we de natte graspaadjes van De Brand in, een voormalig veengebied.
Het boek waarschuwt er keurig voor: het kan hier behoorlijk nat zijn, dus laarzen of hoge schoenen aanbevolen. Nou lig ik niet zo wakker van een modderig pad hier en daar en lukt dat op mijn sneakers doorgaans uitstekend, maar in dit geval had ik beter meteen mijn zwemkleding kunnen aantrekken. Dit waren geen plassen meer maar complete waterpartijen waar ik dwars doorheen moest omdat het pad van uiterst links tot uiterst rechts veranderd was in een soort pop-up ven. Alleen door over sloten te springen, vervolgens evenwijdig aan het wandelpad me dwars door prikkende bramenellende heen te vechten en voorbij het bosmeer terug te springen, lukte het me de eerste vier barrières redelijk te slechten, al vervloekte ik dit stuk ‘wandelgebied’ hartgrondig, want zelfs met laarzen was dit niet te doen. Maar kijk, in de verte gloorde het dijkje op hoger gelegen gebied, waarvandaan ik die zalig kurkdroge gronden van de Loonse en Drunense Duinen zou bereiken. I did it! Dacht ik. Want vlak voor dat dijkje toch nog één ondergelopen stuk, het ergste tot nu toe: breed, diep en gigantisch lang. Links had iemand wat takkenbossen neergesmeten en er was geen andere optie dan het maar te proberen, maar natuurlijk kwam daar onvermijdelijk het moment dat ik krak hoorde en mijn schoenen vol ijskoud water voelde lopen. Sop-sop-sop bereikte ik de overkant.
Daarna ging het goddank snel omhoog op fraaie stuifzandheuvels en ploegde ik me over uitgestrekte vlaktes van wit zand zonder ook maar één andere levende ziel te zien. Heerlijk was het, en vooral prachtig. De beschrijving in het boek was weer erg goed, en het is te waarderen dat de auteurs schreven dat je hier desondanks geheid gaat verdwalen en dus beter even op de gps kan navigeren tot je het zandgebied weer uit bent. Het ging exact zo. Die gps kon je van tevoren met QR-code downloaden; een systeem dat in de praktijk goed werkt.
Al met al een prachtige wandeling, al waren de ondergelopen paden natuurlijk een groot minpunt. Daarom de tip (en graag in de herdruk erbij vermeld) deze route alléén te lopen als het weken aaneen droog is geweest. Maar ga ook weer niet op een warme, zonnige dag: dan zijn de Loonse en Drunense Duinen niet te doen, want stukken heter. Een koele dag na langdurige droogte dus. Dan is dit een tópwandeling.
Lees ook de vorige reeks wandelboekenrecensies: Honden, hippe horeca en een heerlijke idylle
Tips per provincie
Onlangs verscheen de herziene editie van Buitenluchtleven, een fraai uitgevoerd boek met veel foto’s en harde kaft, samengesteld en geschreven door Petra de Hamer, die 255 gebieden in Nederland beschrijft waar het uitstekend wandelen is. Het zijn allemaal bestaande wandelingen onder meer van Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, Klompenpaden en langeafstandswandelingen. In haar boek nadrukkelijk géén routebeschrijvingen of kaartjes, maar puur een opsomming per provincie van gebieden waar je kan gaan lopen, vaak zowel korte als langere tochten. Zowel bij die tekstblokjes als achterin het boek vind je veel verwijzingen naar websites waar je meer informatie en eventueel wél kant-en-klare tochten kunt vinden.