Het Grote Vegetarische Peppie Kokkie Kookboek

Foto Janneke Vreugdenhil

Toen ik ergens eind jaren tachtig, een lente of negentien jong, de ouderlijke woonstee verliet om in een Leids studentenhuis te trekken, kreeg ik een multomap vol recepten mee. Het waren de gerechten waarmee ik groot geworden ben, recepten die mijn moeder in de loop der jaren uit kranten en tijdschriften had geknipt, had overgetypt of gekopieerd uit kookboeken, dan wel in haar keurige schuine schoolmeisjeshandschrift had opgetekend uit de mond van zussen, buurvrouwen en vriendinnen.

Haar onvolprezen Hongaarse zuurkool, een ovenschotel waaraan veel spek, varkensvlees, paprikapoeder en zure room te pas kwam en die mijn vader zo lekker vond dat hij er ‘Zeer goed!!’ naast had geschreven. Een gerecht getiteld ‘Spaghetti exotisch’, dat in retrospectief gewoon een recept voor bami was, maar dan gemaakt met Italiaanse pasta. De hete bliksem die ze graag maakte aan het begin van de herfst en de kalfskroketten die ze steevast bakte op oudejaarsdag.

Nu was het mijn beurt om een dergelijk afscheidscadeau voor mijn kind in elkaar te knutselen. Na bijna een jaar zoeken naar geschikte, en vooral betaalbare woonruimte kwam er opeens een kamer vrij in het Haagse Moerwijk. Ik was blij voor hem, hoor. Hartstikke blij zelfs, hij was er echt aan toe, negentien jaar, en bovendien, het zou dertien minuten fietsen zijn van mijn huis naar het zijne en vice versa, dus heus, ik was de laatste die hem tegen ging houden. Maar toch, het blijft je kuiken hè.

Dat ik een bundel met zijn favoriete recepten voor hem zou maken, stond al zo’n beetje bij Peps geboorte vast. Dat het niet om uitgeknipte of gekopieerde recepten zou gaan, maar om mijn eigen kooksels lag ook voor de hand. Ik had in feite negentien jaar de tijd gehad om me op dit project voor te bereiden. Wat ik alleen niet had voorzien was dat hij in zijn laatste jaar thuis vegetariër zou worden, een besluit waarmee zijn ooit zo geliefde sateetjes, de kip met rozemarijn en citroen en de pasta met worst in één klap hun prominente plek in het op dat moment alleen nog in mijn hoofd bestaande kookboek verloren.

Ik moest, kortom, even omschakelen toen ik aan Het Grote Vegetarische Peppie Kokkie Kookboek begon. Welke gezinsklassiekers kon ik ombouwen tot een vegetarisch recept? (Ragù bolognese, die kon met linzen in plaats van gehakt. Mama’s pindasaus, die kon best zonder trassi. Pilav met kip? Pilav met vegetarische kipstukjes. Pulled pork? Pulled jackfruit.) En wat waren ook alweer de succesvolste vegagerechten van het afgelopen jaar? (Gnocchi met tomaatjes en mozzarella van de bakplaat. Gevulde paprika’s. Chili sin carne. Kikkererwtenstoof. Indiase groentecurry. Mac ’n cheese.)

Op een dag, vlak voor zijn verhuizing, vertelde ik mijn jongste zoon over het meest iconische gerecht uit mijn eigen studententijd: pasta met spekjes, champignons, spinazie en Boursin. „Klinkt goed”, zei hij. En die avond maakten we samen pasta Boursin, maar dan met vegetarische spekjes. En het wás goed. Niet alleen de pasta, die serieus veel lekkerder smaakte dan ik me herinnerde. Maar alles. Mijn kuiken in Moerwijk, waar hij in zijn eigen keuken voor zichzelf, zijn huisgenoten en zijn studievrienden zou koken, misschien wel een keertje uit Het Grote Vegetarische Peppie Kokkie Kookboek voor Hongerige Studenten. Ik in het ouderlijke, halflege nest. Dertien minuten fietsen tussen ons.

Lees verder…….