‘We zitten als een blij ei op de fiets’

Veel mensen willen iets goeds doen. Deze week: de fietsvrijwilliger.

Ook op een druilerige dinsdagmiddag is eetcafé Silversant met zijn boerenluiken een populair ontmoetingspunt voor pensionado’s die willen wandelen of fietsen in het Amsterdamse Bos. Op het terras staat naast een blauwe Veentrapper fietsvrijwilliger Yvonne Jacob (70), een lange slanke vrouw in een skinny jeans, je zou haar krap zestig geven. Misschien van al het fietsen? Voor haar pensioen trapte Jacob dertig kilometer op en neer naar de Universiteit van Amsterdam waar ze als administratief medewerker werkte. Nu stapt ze twee à drie dagen in de week met gasten op een duofiets.

Gisterochtend nam ze cliënten van zorgcentrum De Luwte op de stevige driewieler mee, relatief jonge mensen, „een jaartje of zestig”, met alzheimer. „Als ik met ze praat merk ik nauwelijks dat ze dement zijn. Tot ze hun verhaal herhalen.” Wat ook niet per se een straf is: „Als je ouder wordt, heb je veel te vertellen.”

Op de fiets deed ze bijzondere ervaringen op. Zo leerde Ali uit Zeeland haar alles over de Watersnoodramp. Een Zuid-Amerikaanse vrouw die een kind verloor, wil soms stoppen bij de kerk om een kaarsje te branden. En Jacob fietst met een man met alzheimer die niet kan praten: „Maar toen ik bij een hondenuitlaatgebied ‘Opzij, opzij, opzij’ zong, deed hij ineens mee. Nu zingen we samen.”

Vandaag fietst Jacob met haar vriendin Gerdien de Vries (60). De Vries: „Ik heb voetklachten. In Amsterdam heerst anarchie op de smalle fietspaden en als ik dan ineens moet stoppen lukt mij dat niet, te belastend voor mijn voet.”

De Fietsmaatjes opereren in Nederland in 38 plaatsen. Alleen al in Amstelveen komt daar een netwerk van zo’n honderd vrijwilligers aan te pas, fietsenmakers, ict’ers, fondsenwervers en Fietsmaatjes als Jacob. „In principe is iedereen die niet of niet goed kan fietsen welkom.” Ook eenzaamheid kan een reden zijn. „En we stimuleren familie en vrienden om vrijwilliger te worden. Zo haalde ik de broer van een nicht met de ziekte van Parkinson over om met haar te gaan fietsen.”

Nadat Jacob Buienalarm heeft gecheckt, stappen de dames op de Veentrapper. Een beetje regen deert niet, ze fietsen het hele jaar door. Jacob, die veel routes door het Amstelland kent, stuurt, en De Vries trapt mee. Ze zwaaien wat af, naar voorbijgangers én naar twee andere dames op een duofiets. Jacob: „We kijken graag naar de natuur. Het is prachtig om het bos te zien veranderen.” De Vries: „We zitten als een blij ei op de fiets.”

Na afloop eten ze een broodje ossenworst bij Silversant. Jacob: „Voor mij is het doel om een mooie route te fietsen en contact met iemand te hebben. Mijn partner is wielrenner, die wil vooral zo hard mogelijk.” Maar als het moet zet ze een tandje bij: „Gisteren vroeg een dementerende vrouw uit de dagbesteding of ik niet harder kon. We gingen als een schicht door het bos.”

Lees verder…….