Gepolitiseerde bitterbal

Floor Rusman

Op het platteland eet men gehaktballen, grillworst, spareribs en kippenpoten bij de borrel. Althans, volgens BBB-voorvrouw Caroline van der Plas, die vorige week een foto van deze vleesitems op Twitter zette met de woorden „Borrelhapjes op het #platteland”. Van der Plas kon tevreden zijn, ze kreeg reacties als: „Jij durft wel Caroline. Als de woke brigade langskomt dan weet je het wel. Eet smakelijk en geniet zo lang het nog kan.”

Ik veerde direct op: al een tijdje vraag ik me af wanneer de cultuuroorlog zich verplaatst naar de vleesarena. Vlees is een dankbaar onderwerp om te politiseren, want er komt veel in samen. Allereerst natuurlijk de vrees van vleeseters dat hun iets fijns wordt ontnomen. Angst voor verlies is een krachtige emotie die al eeuwenlang door politici wordt omgezet in mooie dingen voor henzelf.

Maar er speelt nog iets anders, iets wat minder met het vlees zelf te maken heeft. „Nergens manifesteert smaak, en daarmee klasse, zich zo duidelijk als in eten”, schreef journalist Anouk Kootstra in haar bijzondere essay Een jas die past (2020). Veel vlees eten is in sommige kringen niet meer comme il faut: daar krijg je geroosterde knolselderij bij het kerstdiner, geen kalkoen. Kootstra, die uit een lager opgeleid milieu komt, at pas als student voor het eerst een courgette.

Geen vlees eten is voor sommige mensen niet alleen een kwestie van doen, maar ook van zijn: een goed mens, een beschaafd mens zijn. En natuurlijk heeft dat zijn weerslag op mensen die nog wél hechten aan kippenpoten bij de borrel. Die hebben het gevoel dat niet alleen die kippenpoten, maar ook zijzelf worden afgewezen door de vegetarische klasse.

Daar komt nog iets vervelends bij: niet elke wereldverbeteraar erkent dat ergens van afzien ook verlies kan betekenen. Zo twitterde GroenLinks-Kamerlid Laura Bromet in reactie op Van der Plas: „Ik woon ook op het platteland! In de Randstad. Wij borrelden vandaag met worteltjes en wat kaas. Heerlijk!” Goed natuurlijk om erop te wijzen dat niet iedereen op het platteland dezelfde voorkeuren heeft. Maar waarom zou je doen alsof worteltjes net zo’n goede borrelhap zijn als grillworst? Dan ontken je de werkelijkheid, althans die van veel mensen. Het doet me denken aan klimaatactivisten die zwijmelen dat windmolens zo móóí zijn. Waarom zeggen zij niet gewoon ‘windmolens zijn nodig, jammer dat ze soms het uitzicht verpesten’? Iets soortgelijks kun je zeggen over vlees. „Ik eet ook vrij veel vlees maar ben er niet trots op ofzo”, twitterde iemand in reactie op Caroline van der Plas.

Deze persoon blijkt de houding van veel Nederlanders te vertolken. Afgelopen woensdag verscheen een onderzoek van het Kieskompas in opdracht van ProVeg, waaruit bleek dat bijna driekwart van de Nederlanders vindt dat we minder dierlijke producten moeten eten. Opvallend: van de mensen die zichzelf zien als ‘rechts’ of ‘conservatief’ vindt de helft dat ook. Nederlanders zijn dus niet altijd trots op hun vleeseetgedrag, ook rechtse en conservatieve mensen niet.

Toch leidt dat niet tot minder vleesconsumptie. Toen ik twee jaar geleden voor een reportage zo’n honderd mensen interviewde over hun eetgewoonten, stuitte ik op veel enthousiasme rondom het vleesschap. Een man die opschepte over de „halve kilo à een kilo” vlees die hij dagelijks at, wees mij met glanzende ogen een rosbief aan. Tegelijk noemde zelfs hij onze omgang met dieren „absurd”. Veel geïnterviewden bleken niet zozeer militant carnivoor, als wel onwetend over de alternatieven. Nederlanders eten nog vaak een ‘avg’tje’: aardappelen, vlees, groenten. Ja, als je daar het vlees uit weghaalt, is het een karige maaltijd.

Zowel het Kieskompas als mijn reportage laten zien dat er nog veel mensen te winnen vallen voor een meer plantaardig eetpatroon. Maar die mensen moeten niet het gevoel krijgen dat ze gek zijn als ze een bitterbal lekkerder vinden dan een wortel. En ook niet dat ze slecht zijn als ze die af en toe eten.

Krijgen ze wél het gevoel gek of slecht te zijn, dan staan politici als Van der Plas klaar om vlees het politieke strijdtoneel op te slepen. Een doodgewoon sukadelapje kan dan ineens meer worden dan een stukje vlees: het kan ook een schild worden, of een vlag.

Floor Rusman ([email protected]) is redacteur van NRC

Lees verder…….