Frankrijk gaat voor het eerst zelf op grote schaal lithium winnen

Grondstoffen Frankrijk is van plan in 2028 zijn eerste grote lithiummijn te openen. Het Franse mijnbouwbedrijf Imerys wil jaarlijks voldoende lithium gaan produceren voor de accu’s van 700.000 elektrische auto’s.

Lithiumbrokken bij een mijn in Australië.
Lithiumbrokken bij een mijn in Australië.

Foto Carla Gottgens/Bloomberg

Frankrijk opent, als alles volgens verwachting verloopt, in 2028 zijn eerste grote lithiummijn, in het Centraal Massief. Het Franse mijnbouwbedrijf Imerys (4,4 miljard euro omzet en 17.000 medewerkers in 2021) maakte deze maandagochtend bekend dat het jaarlijks voldoende lithium wil gaan produceren voor de accu’s van 700.000 elektrische auto’s.

Het is een van de eerste Europese lithiummijnen die daadwerkelijk groen licht krijgen, nadat er enkele jaren geleden een exploratie-boom ontstond onder mijnbouwers. Een ander lithiumproject met grote ambities is dat van het Australische Vulcan in de Duitse Rijnvallei, dat in 2024 operationeel moet zijn. Nu de omslag van brandstofauto’s naar elektrische auto’s echt op gang komt, is de vraag naar de metalen die nodig zijn voor de accu’s geëxplodeerd. De prijs van lithium, het hoofdbestanddeel, is in een jaar tijd vervijfvoudigd.

Het Internationaal Energieagentschap verwacht dat de vraag naar lithium in 2040 verveertigvoudigd zal zijn ten opzichte van 2020. De Europese Unie streeft ernaar dat er vanaf 2035 alleen nog elektrische auto’s worden verkocht, Nederland zet zelfs in op 2030. Voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen verklaarde vorige maand dat „lithium en zeldzame aardmetalen bezig zijn om gas en olie in het hart van onze economie te vervangen”.


China de dominante speler

Europa produceert zelf maar weinig lithium. De grootste wingebieden liggen in Zuid-Amerika (Argentinië, Chili, Bolivia) en Australië. In het raffinageproces en de productie van accucellen is China veruit de dominante speler, doordat Chinese bedrijven en de overheid tientallen jaren geleden al grote investeringen in de sector hebben gedaan. Zowel de EU als de Verenigde Staten proberen nu via wetgeving de lokale winning en verwerking van lithium en andere metalen die cruciaal zijn voor de energietransitie te bevorderen.

De opening van nieuwe mijnen is in Europa echter ingewikkeld, omdat er al snel bezwaren rijzen wegens milieuvervuiling en wateronttrekking. De Servische regering bijvoorbeeld trok in januari een vergunning in voor mijnbouwgigant Rio Tinto, na maandenlange volksprotesten. Ook in Portugal leven grote bezwaren onder de bevolking tegen het voornemen om een lithiummijn te gunnen aan het Britse Savannah.


Lees ook: Is het tijdperk van het lithium begonnen? ‘Deze grondstof is de toekomst’

Het Franse Imerys wil zijn bestaande mijn bij Echassières in het Centraal Massief, waar het nu porseleinaarde wint, uitbreiden met de productie van lithium. De eerder gevonden lithiumvoorraden in het gesteente aldaar blijken veel groter dan werd gedacht en zijn daardoor rendabel te winnen. Het doel is om gedurende 25 jaar zo’n 34.000 ton lithiumhydroxide per jaar te produceren en die in een eigen fabriek te verwerken. Imerys wil zodoende „een grote speler” worden in de Europese lithiumindustrie. In totaal zouden hier zo’n duizend banen mee gemoeid zijn.

De Europese Commissie werkt aan een Critical Raw Materials Act, wetgeving die de strategische autonomie op het gebied van grondstoffen moet vergroten. Dit moet op „de Europese manier”, zo zei Eurocommissaris Thierry Breton (Frankrijk, Interne Markt) bij de aankondiging vorige maand. Dat houdt in dat nieuwe projecten aan „de hoogste sociale en milieunormen” moeten voldoen. Imerys zegt onder andere gebruik te zullen maken van elektrische machines en voertuigen.

In de Verenigde Staten is de overheid al verder met wetgeving die de lokale industrie moet bevorderen. Als onderdeel van de Inflation Reduction Act die president Biden in de zomer lanceerde, wordt de subsidie voor elektrische auto’s vanaf 2024 deels afhankelijk van de herkomst van de grondstoffen: die moeten dan voor zeker 40 procent gewonnen of verwerkt zijn in de VS, of in landen waarmee de VS een vrijhandelsverdrag hebben. In de jaren erna loopt dit op tot 80 procent.

Lees verder…….