FK Bodø/Glimt verovert Noorwegen met extreem aanvallend voetbal en een familiaire cultuur

Een „must-see team”, dat „meedogenloos aanvallend” speelt, een „stuntploeg”. Het is slechts een greep uit de internationale krantenkoppen over FK Bodø/Glimt, de ploeg die uit het niets de Noorse hoogste voetbalcompetitie Eliteserien veroverde, met drie titels in de afgelopen vier seizoenen. Ook Europees maakte Bodø/Glimt indruk, met overwinningen op AS Roma (thuis, 6-1) en Celtic (uit, 3-1) in het seizoen 2021-22. De club ‘overwinterde’ dit seizoen voor de derde keer op rij, onder meer door twee overwinningen op de Turkse topclub Besiktas in de groepsfase van de Conference League, het derde clubtoernooi van Europa waartoe het als de Noorse nummer twee van 2022 was veroordeeld.

Bodø/Glimt is nu de tegenstander van Ajax in dat toernooi. Donderdag in Amsterdam en volgende week in Bodø, een stad van ruim 55.000 inwoners, net boven de poolcirkel. Toeristen komen naar de afgelegen stad voor het natuurschoon, ferrytochten langs fjorden en in de hoop een glimp van het noorderlicht op te vangen. De afgelopen jaren hebben vooral de successen van de voetbalclub de stad internationale bekendheid gegeven.

Nadat Bodø/Glimt in 2017 promoveerde ging het snel, vertelt Aasmund Bjørkan. Hij leidde de club als trainer naar het hoogste niveau. „We hebben op dat succes kunnen voortbouwen en presteren nu al een aantal seizoenen stabiel.” Wat heet: in het tweede seizoen liep de club de titel net mis, in het derde seizoen was de club vijf wedstrijden voor het einde al kampioen. Nooit eerder scoorde een Noorse club zoveel doelpunten in een seizoen (103 in dertig wedstrijden) of haalde het zoveel punten (81). ‘Glimt’, flitsend in het Noors, deed z’n naam eer aan: met pressievoetbal, direct spel en veel spelers in het vijandelijk gebied stond er geen maat op de club.

‘Een enorme focus’

Architect van het succes van de afgelopen jaren is Bjørkans voormalige assistent, Kjetil Knutsen. Na de promotie naar de Eliteserien maakte Knutsen ook promotie, hij nam het stokje over als hoofdtrainer. Bjørkan werkt nu als assistent onder hem en omschrijft Knutsen als een „slimme” en „veeleisende” coach „met een enorme focus”. Ook roemt hij zijn communicatieve vaardigheden en zijn samenwerking met assistenten én spelers. „Door zijn positieve benadering begrijpen spelers dat hij het beste met hen voorheeft en dat ze iedere dag het uiterste van elkaar moeten vragen. Iedere training, iedere wedstrijd weer.”

Omdat de Noorse competitie vanwege de strenge winters van april tot december loopt, moest Knutsen zijn team in oefenwedstrijden klaarstomen voor het tweeluik tegen Ajax. De afgelopen weken verbleef de selectie in het Spaanse Marbella. De laatste officiële wedstrijd dateert van twee maanden geleden, in de Conference League tegen Club Brugge (3-1 verlies). Over écht wedstrijdritme beschikt de ploeg dus niet.

Een mogelijk nog grotere moeilijkheid is dat de club de afgelopen weken belangrijke spelers kwijtraakte. De transferperiode loopt in Noorwegen tussen beide seizoenen, tot begin april. Zo kon het dat Amahl Pellegrino, de afgelopen twee seizoenen topscorer van de Eliteserien, vorige week een transfer maakte naar San José Earthquakes in de Verenigde Staten. Tijdens de huidige transferperiode vertrok ook de veelscorende Kameroenese aanvaller Faris Moumbagna na één seizoen alweer naar Olympique Marseille.

Zo’n winterse uittocht is niet nieuw, zo gaat het ieder jaar sinds het eerste kampioenschap in 2020. Toen vertrok de complete voorhoede, goed voor meer dan de helft van alle doelpunten. „Dat is nu eenmaal onze plek in de voetbalhiërarchie, net zoals dat voor Nederlandse clubs geldt”, zegt Bjørkan.

Spelers komen vaak terug

Spelers vertrekken vaak, maar ze komen ook vaak weer terug. De Europese wedstrijden spelen daar een belangrijke rol in, stelt Bjørkan: „Ze kunnen zich laten zien op een internationaal podium, zoals in de wedstrijden tegen Ajax, en halen hier ook vaak het nationale elftal.” Zijn eigen zoon, linksback Fredrik André Bjørkan, kwam onlangs terug na een mislukte periode bij het Duitse Hertha BSC en, heel kort, Feyenoord. Ook Håkon Evjen (AZ en het Deense Brøndby) en Patrick Berg (Lens) slaagden niet over de grens. Buiten de teamstructuur van Bodø op topniveau presteren blijkt lastig.

Naast de terugkeerders wist Bodø/Glimt iedere keer nieuwe spelers in te passen, die de club kon aantrekken door goede scouting en omdat de beste spelers van andere Noorse clubs nu naar Bodø/Glimt willen komen.

De afgelopen jaren maakte de club ook financieel flinke stappen. In 2017, toen Bodø/Glimt nog op het tweede niveau speelde, had de club een begroting van zo’n 4 miljoen euro. Afgelopen jaar lag die met 12,2 miljoen euro ruim drie keer zo hoog. Toch is de club nog altijd een kleine speler in Europa. Ter vergelijking: in Nederland heeft financiële middenmoter Go Ahead Eagles een vergelijkbare begroting.

De groeiende financiële mogelijkheden stelden de club in staat de organisatie in alle geledingen te verbeteren; van de technische staf, tot de scouting en de marketingafdeling. Ook het stadion werd uitgebreid. Met een capaciteit van 8.270 is Glimt vooral op het kunstgras van het eigen Aspmyra-stadion moeilijk te verslaan. „Er heerst een familiaire sfeer waarin iedereen elkaar kent en naar elkaar omkijkt”, zegt assistent-trainer Bjørkan. „Die hebben we altijd gehad en dat is niet veranderd, maar de mogelijkheden voor onze spelers zijn dat wel.”

Ook nieuw in de clubcultuur is de aandacht die besteed wordt aan het mentale welzijn van de spelers. In 2017 stelde de club de voormalige straaljagerpiloot Bjørn Mannsverk als mentale begeleider aan. Hij leerde spelers te focussen op het proces in plaats van op wat er onderweg allemaal mis kan gaan. Verschillende spelers hebben sindsdien laten weten door Mannsverks begeleiding met minder stress te spelen, wat hun prestaties ten goede is gekomen.

Door resultaten van de afgelopen jaren weten niet alleen spelers de interesse van grotere clubs op zich gericht. Ook aan succescoach Knutsen wordt getrokken. Ajax’ kortstondige technisch directeur Sven Mislintat gooide afgelopen zomer nog een lijntje bij hem uit, voordat hij voor Maurice Steijn koos. Na een dramatisch halfjaar zijn beiden alweer vertrokken bij Ajax.

Tot dusverre weerstond Knutsen de lokroep van grotere clubs. Hoewel haast alle aanwezige Nederlandse media hem naar mogelijke belangstelling van Ajax vroegen op de persconferentie een dag voor de wedstrijd, zei hij nog niet met een transfer bezig te zijn. Als je aan een andere club denkt, „verlies je een paar procent en dat is niet goed genoeg,” aldus Knutsen. „Ik wil niet iemand zijn die niet goed genoeg is voor z’n club.”