Elaine Thompson-Herah, de vrouw die sprinten tot kunst verhief

Profiel

Atletiek Elaine Thompson-Herah hoopt zondag op de WK het wereldrecord op de 100 meter te breken. „Als iemand het kan, kan zij het.”

Elaine Thompson-Herah op weg naar goud op de 100 meter bij de Olympische Spelen in Tokio.
Elaine Thompson-Herah op weg naar goud op de 100 meter bij de Olympische Spelen in Tokio.

Foto David Goldman

Elke dag praat atlete Elaine Thompson-Herah even hardop tegen zichzelf. Woorden die ze vaak na een training in haar telefoon heeft opgeschreven. Haar mantra, affirmations in het Engels.

Dit zei ze, vlak voor de Olympische Spelen in Tokio vorig jaar: ‘Ik loop 10,5. Ik loop 21,5.’ Streeftijden voor de 100 en 200 meter sprint.

En daarna: ‘Ik kan het. Ik ben een winnaar. Ik ben een kampioen. Ik haal dubbel goud op de Olympische Spelen. Ik zal hard door de bocht lopen. Ik explodeer en spring uit de startblokken naar de eerste dertig meter. Ik zal superhard trainen. Ik zal de snelste vrouw op aarde zijn. Zeg het, geloof het, werk ervoor en bid ervoor.’

Nog één keer: ‘Ik zal dubbel olympisch kampioen worden. Vandaag is mijn dag. Ik ben de beste.’

En de Jamaicaanse Thompson (30) wás de beste. Twee keer goud, op de 100 en de 200 meter sprint, net als in ‘Rio’ in 2016. Tijdens haar olympische 100-meter-race in Tokio verbrak ze met haar 10,61 ook het olympische record van de Amerikaanse Florence Griffith-Joyner uit 1988.

Eén tijd staat nog overeind: het wereldrecord op de 100 meter, 10,49. Ook van Griffith, óók uit ’88. Een omstreden prestatie, vanwege (niet bewezen) speculaties over doping, en de stevige wind die Griffith zou hebben geholpen.

Het is een tijd die decennialang onbereikbaar leek. Maar misschien, zo wordt steeds vaker gespeculeerd, kan Thompson dít record ook aan. En misschien kan ze het zelfs wel dit weekend verbreken, tijdens de WK atletiek in het Amerikaanse Eugene, waar ze zondag haar eerste wereldtitel op de honderd meter sprint hoopt te winnen. Wat is daarvoor nodig? En wat maakt Thompson zo goed?

Boerengemeenschap

Thompson werd geboren in Banana Ground, in het binnenland van Jamaica. Na haar twee gouden medailles in Rio sponsorde een lokale politicus een bord langs de kant van de weg: ‘Welcome to Banana Ground, home of Olympic Champions’, daarboven Thompson met een wapperende Jamaicaanse vlag in haar uitgestrekte armen.

In deze kleine boerengemeenschap, met bananenbomen en zoete aardappelvelden, zette Thompson haar eerste stapjes. Ze groeide op bij haar oma, Hycenth ‘Gloria’ Thompson (74), die haar als baby in huis nam en meenam naar de basisschool waar ze voor de klas stond. Dan lag de kleine Elaine in een bedje rustig te slapen.

Al op jonge leeftijd was ze een vlug kind, vertelt Gloria per telefoon vanuit haar kleurrijke woning in – nog altijd – Banana Ground. „Als ik haar vroeg om wat in de winkel aan de overkant te halen, sprintte ze er naartoe. Waarom weet ik niet. Het zat ik haar karakter, denk ik.”

Zoals zoveel Jamaicaanse middelbare scholieren vond dat vlugge kind haar weg naar de atletiekbaan: de nationale sport is ook een manier om aan de armoede te ontsnappen.

Maar een doorslaand succes was Thompson niet meteen, zegt de Jamaicaanse sportjournalist Paul Reid, die haar al jaren volgt. „Ze was oké, maar zeker niet de beste. Er wordt wel gezegd dat ze niet gemotiveerd genoeg was, een beetje lui.”

„Toen ik jong was, won ik nooit”, zei Thompson er zelf over, vorig jaar op de radio bij de BBC. Lachend: „In mijn hoofd was ik snel. Maar andere meiden waren sneller dan ik.” Ze vond atletiek gewoon leuk, vertelt ze. Vanwege haar „liefde voor de sport” bleef ze doorgaan.

Sportief klikte het voor Thompson pas echt toen ze na haar middelbare school werd opgenomen in het team van de bekende coach Stephen Francis, in 2014. Daar werd ze ploeggenoot van sprintgrootheid Shelly-Ann Fraser-Pryce, die vijf jaar ouder is dan zij en op dat moment al olympische en wereldtitels op haar naam had staan.

Francis „weet echt hoe hij sporters moet motiveren”, zegt Reid. Een „hard regime” is het wel. „Hij schreeuwt, hij snauwt. Hij gaat er met de zweep overheen.”

Onder Francis ontwikkelt Thompson zich snel. In 2015 haalt ze op de WK zilver op de 200 meter én goud op de 4 x 100 meter estafette. In 2016 in Rio behaalt ze haar eerste olympische goud – op de 100 en 200 meter.

Waar komt haar drive vandaan?

Zelf zegt Thompson dat ze extra gretig is omdat ze vroeger „geen winnaar” was. „Daardoor ben ik competitiever, werk ik harder”, vertelde ze aan de BBC.

Haar oma Gloria, die haar opvoedde, heeft nog een andere verklaring: Elaines moeder Rose. Zij was „veertien of vijftien” toen Elaine geboren werd. „Ik wilde niet dat zo’n jong meisje een kind opvoedde”, zegt Gloria. „Laat mij het maar doen, zei ik.” Net als Elaines vader, Gloria’s derde zoon, bleef Rose betrokken. „Ze kwam vaak langs, woonde dichtbij. Ik wilde haar wat ruimte geven.”

Elaine is haar moeders enige kind gebleven. Gloria: „Ze heeft altijd gezegd: ik zorg dat ik later goed voor mijn moeder kan zorgen. Ze vindt het erg dat haar moeder geen andere kinderen heeft en begrijpt waarom Rose niet voor haar kon zorgen.”

Sowieso is Elaine, die zij meer als dochter dan kleindochter beschouwt, een empathisch mens. „Elk jaar met Kerst neemt zij een grote stapel voedselpakketten mee voor de bewoners van Banana Ground. Niet omdat de bewoners zo arm zijn, maar omdat zij beseft met hoeveel liefde zij als kind is omringd. Lang voordat zij beroemd werd, hield ik haar al voor: mocht je het ver schoppen, vergeet dan Banana Ground niet. Het is je fundering.”

Om dezelfde reden heeft Thompson vorig jaar The FastElaine Foundation opgericht, een organisatie die kwetsbare kinderen steunt. „Ze heeft het als meisje niet makkelijk gehad”, zegt Gloria. „Wij hadden weinig geld. Dus als ze iemand kan helpen, helpt ze die.”

39,7 kilometer per uur

Sinds vorig jaar heeft Thompson een nieuwe coach: haar man, voormalig sprinter Derron Herah. Op de vraag hoe het is om je eigen vrouw te coachen, grinnikt hij. Helemaal niet zo moeilijk als je misschien zou denken, zegt Herah, juist omdat ze zo gemotiveerd is. „Ze wil de beste ooit zijn. Ze heeft zó veel discipline.” Ook teleurstellingen, zoals de achillespeesblessure die haar al jarenlang achtervolgt, kan ze volgens hem goed aan.

En die 10,49 van Griffith, kan ze die tijd verbreken? Ja, zegt Herah resoluut. Hij wil er „geen datum op plakken”, maar „uiteindelijk gaat het haar lukken”.

Zelf denkt Elaine Thompson ook dat er meer voor haar in het vat zit. Na haar olympisch record in Tokio, waar ze op haar snelst 39,7 kilometer per uur haalde, zei ze doodleuk dat ze wel harder had gekund. Al voor de finish had ze haar linkerarm opgetild, om de winst te vieren, een beweging die doet denken aan de signature move van landgenoot Usain Bolt. Maar van die arm had ze meteen spijt. Zou ze de race kunnen overdoen, dan had ze het pas na de finish gedaan.

Kort na de Spelen verbeterde Thompson haar tijd in Tokio alweer, bij een Diamond League-wedstrijd in Eugene. Haar tijd: 10,54, de op een na snelste tijd ooit.

Als íemand een wereldrecord kan lopen op de 100 meter, zegt oud-hordeloper en NOS-commentator Gregory Sedoc, dan is het Thompson. „Ze heeft de ultieme combinatie van kracht en techniek, ze heeft sprinten echt technisch tot een kunst verheven. Elke pas die ze doet is raak. Ze beheerst alles, precies zoals Flo-Jo [Griffith-Joyner].”

Je zag het al in 2015, zegt Sedoc, bij de wereldkampioenschappen in Beijing, waar Dafne Schippers de 200 meter won en Thompson net aan tweede werd. „Ik dacht echt: wow, als ze dít kan doorzetten. En sindsdien is ze nog veel beter gaan lopen. Met meer rust en meer zelfvertrouwen.”

Maar, zegt Sedoc, vergis je niet: Thompson is onderdeel van „een gouden lichting”, met als meest geduchte concurrent haar oud-teamgenoot Fraser-Pryce, een van de meest gedecoreerde atleten in de geschiedenis. Voorheen liep slechts een „select” groepje vrouwen weleens onder de 11 seconden op de 100 meter. „Nu doen zelfs de Europeanen dat. Maar je hebt baas boven baas. Vooral Fraser-Pryce, Thompson, dat is zó’n ander niveau. Bizar bijna.”

Maar ook naast die twee grote namen staan andere vrouwen te dringen: bij de kampioenschappen atletiek in eigen land werd Thompson dit jaar derde op de 100 meter, en Fraser-Pryce deed niet eens mee. „Elaine moet werken voor haar plek”, zegt sportjournalist Reid. Maar dat is volgens hem juist goed voor haar – en voor de rest. „Ze pushen elkaar.”

De gelovige Gloria, die met Elaine regelmatig de kerk voor zevendedagsadventisten in Jamaica bezoek, denkt dat de Heer dit weekend bepaalt of het wereldrecord sneuvelt. „Zorg dat je contact maakt met Hem voor je de baan opgaat, drukte ik haar op het hart. Dat beloofde ze te doen.”

Lees verder…….