Eerbiedige Paolo Nutini graait uit schatkist van de voorbeelden

Recensie

Pop De Schotse zanger, die acht jaar uit beeld was, was terug in Paradiso, Amsterdam met liedjes die door alle decennia leken te zigzaggen.



Foto EPA

Had hij plezier in het optreden? Was hij vermoeid? Paolo Nutini wreef vaak in zijn ogen en leek niet erg geïnspireerd. Zo werd zijn concert, zaterdagavond in Paradiso, Amsterdam, in meer opzichten een ‘come back’. Het was voor het eerst in lange tijd dat Nutini een groot optreden in Nederland gaf, en hij worstelde zich tijdens de avond van een moeizaam begin naar een energieker slot.

Toch hing er iets ongrijpbaars rond de zanger uit Glasgow. De 35-jarige Paolo Nutini begon zijn carrière als tiener, met afgeronde hitliedjes zoals ‘New Shoes’ uit 2007. Daarna verkende hij de genres soul en psychedelica op zijn album Caustic Love (2014). Nu, acht jaar later, bundelt hij verschillende stijlen en invloeden, zoals te horen op het afgelopen zomer verschenen Last Night In The Bittersweet. In Paradiso speelde hij dit nieuwe album nagenoeg in zijn geheel. Daardoor stipte hij veel aan, maar was er geen eenduidige stemming.

Mooi podiumbeeld

De opstelling van Nutini en zijn zes bandleden zorgde voor een mooi podiumbeeld. Alsof we op bezoek waren in de oefenruimte, met overal rondslingerende instrumenten en geconcentreerd spelende muzikanten. Het toneel werd belicht door projecties van vloeistofdia’s in bestorven kleuren, Nutini stond rechtsvoor, hij speelde nu en dan piano, of op akoestisch gitaar.

Visueel verwees het optreden naar de jaren zeventig maar de liedjes zigzaggen door alle decennia. Nutini laveerde van bombast als van stadgenoten Simple Minds, naar soulrock, naar rechttoe-rechtaan meezingnummers en een enkel avontuurlijk intermezzo, waarin de instrumentaties mochten uitdijen.

De uitverkochte zaal werd halverwege enthousiast, bij liedjes als ‘Petrified In Love’ en het oudere ‘Pencil Full Of Lead’. Er werd voluit meegezongen en gedanst. Dit was Nutini als publieksfavoriet, geliefd om de vlotte melodieën en compacte refreinen. Dat hij uit de schatkist van zijn voorbeelden – Led Zeppelin, Otis Redding – graait wordt hem vergeven omdat hij het met eerbied doet.

Terwijl de aanhang zich roerde, bleef Nutini ingehouden, zowel fysiek als vocaal. Hij danste of bewoog nauwelijks. En waar was de rasp, zijn handelsmerk? In ‘Scream’ of ‘Coming Up Easy’, bijvoorbeeld, leek hij zijn stem te sparen. De zang klonk glooiend in plaats van rafelig.

De beste momenten van het optreden zaten verstopt in onverwachte uitweidingen. In het subtiele samenspel van orgel en basgitaar in het schrijnende ‘Let Me Down Easy’ en hier en daar een knorrende synthesizer. Details als deze gaven zijn liedjes reliëf.

Lees verder…….