De Tesla Model 3 heeft een facelift gehad, is nog zuiniger, en ongekend knus

De Tesla Model 3 werd gefacelift. De neus met de horizontalere, sportwagenachtige koplampen is een verbetering; de zinloze, grille-vormige uitstulping in het plaatwerk is weggeretoucheerd. Minder verguld ben ik met de aan de Renault Captur ontleende, C-vormige achterlichten. Anderzijds: wat zullen ze Renault-rijders blij maken die na jaren kwakkelen eindelijk naar de moeder aller stekkerleasebakken mogen overstappen. Wordt de weg omhoog alsnog een beetje thuiskomen.

Binnen vindt de zakenmens voor het eerst in de geschiedenis van de Model 3 iets van huiselijkheid. Stel je er niet te veel van voor, Elon is niet van de ditjes en datjes, maar vanaf heden loopt een lijntje sfeerverlichting van het dashboard naar de voorportieren een voor Tesla ongekende knusheid te verspreiden. Dashboard en deurpanelen zijn bekleed met een gezellig stofje. Voor de achterpassagiers is er een exclusief aanraakbeeldschermpje voor temperatuur en infotainment. Zo, met een enkel nerdy snuisterijtje, houdt Musk de Europese koper binnenboord.

Afbeelding met meerdere focuspunten die samen een verhaal vormenZoom in voor alle details van de Tesla Model 3Klik op de punten voor uitleg over de detailsFoto Merlijn Doomernik

Verder blijft de Model 3 zoals de wereld hem sinds 2017 kent, gestroomlijnd en neutraal, voor iedereen aantrekkelijk. Het dashboard, zonder schakelaars en ventilatieroosters de strak horizontale nullijn voor Musks neo-Bauhaus, blijft een toonbeeld van rust die alleen wordt verstoord door de akoestische signalen van de assistentiesystemen. De verbeterde isolatie maakt het interieur duidelijk stiller. De in vergelijking met Koreaanse en Europese EV’s wat druistige afrolgeluiden zijn gesmoord. De auto rijdt verder comfortabeler dan voorheen, al zijn de verschillen niet dramatisch. Van het iets lagere vermogen van de basisversie merk je weinig. Met 283 pk blijft het een razendsnel accelererende auto. In het pre-elektrotijdperk hadden zijn prestaties je verpletterd, nu vind je ze te normaal.

Drastische prijsverlagingen

Des te meer veranderde het landschap om hem heen. Zes jaar geleden was hij nog enig in zijn soort. Er was geen elektrische middenklasser zoals hij. Latere concurrenten als de Polestar 2 of de BMW i4 waren minder efficiënt en/of veel duurder. Vervolgens creëerde Tesla met drastische prijsverlagingen een ruimer speelveld voor de auto. Voor de 44.000 euro die Tesla inclusief afleveringskosten voor het gereden instapmodel vraagt, walst zijn overwicht de lagere divisies binnen. Daar heten de concurrenten BYD Atto 3, VW ID.3, Kia Niro en EV6 of Hyundai Kona, Ioniq 5 en 6, Nissan Ariya, Opel Astra, Toyota Bz4X of Smart #1. Die zijn redelijk tot excellent, maar op dat ene voor de energietransitie essentiële punt niet zijn gelijke: zuinigheid. Ik reed 180 snelwegkilometers met een stroomverbruik van 10,7 kWh op honderd kilometer. Het gemiddelde kwam na een stormachtig herfstweekend uit op 14,3, waarmee je ook bij tien graden dus 400 kilometer rijdt op een batterijpakket van naar verluidt 57 kWh – Tesla geeft geen capaciteitscijfers vrij. De tweemotorige Long Range-versie met groter batterijpakket, in een eerdere test vrijwel even zuinig, zal opnieuw makkelijk 500 halen. Dat doet met zulke forse auto’s bijna niemand Tesla na. Het staat te bezien hoe de aanstaande Chinese Model 3-klonen zich op het vlak van energie-efficiency gaan weren, terwijl die op hun tenen staan om meer voor minder aan te bieden.

Knopjes? Ja. Alleen op het stuur. Voor het instellen van stuur en spiegels.
Open haard-beeld op het infotainmentscherm. Na aanvinken schiet de verwarming in de hoogste stand. Musk-humor.
Onder de voorklep geen motor. De frunk, samentrekking van ‘front’ en ’trunk’, biedt 88 liter extra laadvolume.
Beetje cliché, deze vorkvormige achterlichten.

Foto Merlijn Doomernik

De Model 3 blijft een Tesla. De software en de bedieningsarchitectuur van het infotainmentscherm zijn briljant, de afwerkingskwaliteit van de in China gebouwde testauto is inmiddels heel fatsoenlijk, maar kleine onhebbelijkheden moet je willen dulden. De drukknoppen voor de richtingaanwijzers op het stuur zijn volgens Musks devies ‘delete, delete, delete’ vooruitgang. Hij wil geen knop of hefboom in een auto aantreffen. Hoe ik zijn onwrikbare principes ook waardeer, de richtingaangeefstengel aan de stuurkolom moet terug. Die knoppen worden bij insturen acuut onbereikbaar. Wel weer leuk is dat de richtingaanwijzer stopt zodra je Model 3 de nieuwe weghelft heeft bereikt. Weet-ie gewoon. Na het invoeren van de route stelt de navigatiesoftware indien nodig automatisch een Tesla Supercharger als tussenstation in, en start de auto de voor optimale laadprestaties wenselijke voorverwarming van het batterijpakket. Het basismodel blijft met een snellaadtempo van 170 kW behoorlijk achter bij de 250 kW van de 7.000 euro duurdere Model 3 Long Range, maar alles is relatief; de basis-ID.3 haalt 120. Zo groot is de afstand. Zo heeft ook de vernieuwde Model 3 nog steeds geen dodelijke concurrenten, helemaal niet wanneer hij als de testauto voor een forse 7.500 euro extra wordt voorzien van de optie ‘Full Self-Driving Capability’ met de belofte van ‘automatisch sturen op straten binnen de bebouwde kom’. Maar hij kan zonder.