De man achter de tunes van NRC-podcasts: ‘Ik wil niet de muziek van iemand anders namaken’

Rufus van Baardwijk in zijn muziekstudio in Amsterdam.Foto Lars van den Brink

Interview

Componist Rufus van Baardwijk Muziek en geluid ontwikkelen voor een podcast, hoe doe je dat? Componist Rufus van Baardwijk geeft een inkijkje in zijn proces.„Soms heb ik de basis al in een kwartier, soms doe ik drie dagen over een tune van een minuut.”

Als je voor de ingang van de loods staat waarin de Amsterdamse muziekstudio van Rufus van Baardwijk (31) verstopt zit, denk je in eerste instantie dat je niet goed zit. Het ligt op een industrieterrein, tussen een taartenbakker, een Shurgard en een autogarage in. De ingang heeft iets ruigs, met een betonnen vloer, opgestapelde planken in de gang en zware schuifdeuren naar ruimtes van andere bedrijfjes. Aan het einde van de gang ligt het domein van componist Rufus van Baardwijk: een gloednieuwe geluidsstudio met piano’s, vintage keyboards en een drumstel. Aan de muur hangen gitaren en trommels en er zijn zithoeken met velours beklede banken, planten en berberkleden. De strakgelakte houten latjes tegen de muren worden afgewisseld met zwart vilt en beschilderde geluidspanelen. „Ja, het is nice hè”, zegt Van Baardwijk. Hij heeft het allemaal bedacht met zijn compagnon en uitgevoerd met hulp van zijn broer, die 3D-ontwerper is, en zijn vader, interieurbouwer. Acht weken geleden trokken zijn compagnon en hij hierin.. „Ik wilde een plek creëren waar mensen geïnspireerd raken en zin krijgen om muziek te maken.”

Van Baardwijk is componist. Hij maakt muziek in opdracht voor bedrijven, reclamebureaus, voor films, documentaires en podcasts. In de mixruimte – „hier staan de goeie speakers” – luisteren we naar de allereerste versie van de tune die hij maakte voor NRC Vandaag, de nieuwspodcast van NRC waar dagelijks in zo’n 20 minuten ‘het verhaal van vandaag’ wordt verteld. Op Instagram had hij een oproep gezien: NRC zoekt componisten. De krant nodigde vijf componisten uit en vroeg ze een dag werk te stoppen in het ontwikkelen van een melodie voor een dagelijkse nieuwspodcast. Hij vertelt wat de opdracht was: „Luister naar The Daily [de dagelijkse nieuwspodcast van The New York Times]. Het moet zo worden als The Daily, maar dan niet precies hetzelfde.”

Salongevoel

Van Baardwijk maakte drie ‘schetsen’. Hij had er langer dan één dag aan gewerkt, want „ik wilde deze klus heel graag”. Vrij snel hoorde hij dat ze met een van zijn tunes verder wilden. „De anderen hadden elektronische muziek ingestuurd. Ik kom uit de bandjeswereld, dus ik probeer altijd de muziek live in te spelen. Dat geeft meer gelaagdheid, gevoel en warmte dan een tune die helemaal gecomponeerd is op de computer.” Zijn eerste versie was al in de richting van wat het uiteindelijk is geworden, hij heeft de tune alleen verder „aangekleed”.

Na deze eerste podcasttune volgden er nog een stuk of zeven voor NRC. Het liep niet altijd zo vlekkeloos. Hij opent een map op zijn computer: NRC Boekenpodcast. Met de tune voor Tussen de Regels is hij het langst bezig geweest, zegt hij terwijl hij laat zien hoeveel verschillende versies er zijn geweest. De opdracht was: we willen het salongevoel, easy-going, smooth. Hij leest voor uit het mailtje met twee voorbeeldnummers als bijlage: „De tingelende speelsheid en de rust van Homesickness van Tsegué-Maryam Guèbrou en de vrolijkheid van de piano en gitaar in het refrein van Mumbai van Brika.” Hij laat ze allebei horen. „Deze twee nummers zijn zo verschillend, ik vond het moeilijk om die te rijmen: Ethiopische jazz versus een westers poplied.” Hij maakte een paar totaal verschillende voorstellen: eentje jazzy, de ander dromerig, eentje met een jaren-tachtiggevoel. „Uiteindelijk heb ik een jazzpianist uitgenodigd en is het goedgekomen, maar het heeft veel versies gekost.”

Muziek is emotie, bij de een brengt een tune wel iets teweeg, bij de ander niet

Twee verschillende voorbeeldnummers is dus lastig, maar nóg ingewikkelder is het als de opdrachtgever er maar één stuurt ter inspiratie. „Dat is dan vaak niet ‘ter inspiratie’, maar eigenlijk precies wat ze willen hebben. Maar ik wil niet de muziek van iemand anders namaken.” Hij vertelt over de muziek voor de wekelijkse interviewpodcast van presentator Pieter van der Wielen, Het Uur. „De briefing was: het is elke vrijdag, het moet het weekendgevoel hebben, maar geen feest, het mag een beetje zakelijk blijven, maar het moet wel licht zijn en qua gevoel aankondigen dat er een langer luisterding aankomt, namelijk een interview van een uur met één gast. Er zat één nummer bij: A Multi-Pronged Battleplan van de film The French Dispatch. Het begin daarvan vonden ze mooi, maar het vervolg te bombastisch, te overdreven.”

Hij analyseert dan eerst welke elementen de opdrachtgever aanspreken in een voorbeeldnummer. „Ik zoek het tempo en de basisinstrumenten. In dit geval waren dat een bas en een soort tikje als metronoom die het ritme aangeeft. Ik ben begonnen met een contrabas, dat was de essentie van dit nummer.” Die speelde hij op zijn verschillende vintage keyboards in op verschillende toonhoogtes en zette dat in het bestand. De sfeer is hetzelfde als het voorbeeld, maar qua sound en tempo toch anders. „Toen kwam er een gitaargeluidje bij, dat maakte het een beetje funky. En ik voegde percussie toe om de drums wat spannender te maken.”

Bij een podcast hoort ook een uitsmijter, zegt hij, een melodie aan het eind van de introtune die blijft hangen en herkenbaar wordt, waarbij je weet: hierna begint de aflevering. „Ik heb op de piano een melodie gemaakt en de sound elektronisch bewerkt.” Op de computer voegde hij lagen toe, heel veel lagen. Op zijn scherm laat hij zien uit hoeveel elementen de tune van Het uur is opgebouwd: 218. Elk instrument en elk geluid heeft een eigen spoor. „Dat aankleden vind ik het leukste. Klieren, spelen eigenlijk. Er zitten allerlei subtiele geluidjes in, een gitaarsnaar die blijft hangen, trompetten, een shaker [een houten ei met zand erin]. Soms is-ie op de voorgrond, soms verder weg. Bij deze heb ik een filter op de laag gezet waardoor het geluid van links naar rechts beweegt. Dit zorgt ervoor dat er meer dynamiek in de tune zit.”

Met deze podcasttune van een minuut is hij in totaal drie dagen bezig geweest. „The devil is in the details.” Met klanten spreekt hij een vast bedrag af. „En dan doe ik er zo lang over als nodig. De ene keer heb ik de basis al in een kwartier, een andere keer doe ik dus drie volle dagen over een tune van een minuut.”

Dienstbaar opstellen

Soms gaat het in het begin heel vlot, maar zit er veel werk in de laatste fase: intro’s en outro’s (tunes voor aan het begin en het eind van een aflevering) van verschillende lengtes maken. Wat ook gebeurt is dat iemand anders in het bedrijf pas in een latere fase meeluistert en dat het laat in het maakproces toch ineens anders moet. „Hoe groter het team dat meebeslist bij de opdrachtgever, hoe lastiger het voor mij is. Muziek is emotie en bij de een brengt een tune wel iets teweeg en bij de ander niet. Er zitten ook mensen bij die niet creatief zijn of niks van muziek weten, maar wel een oordeel hebben.

„Je moet begrijpen wat iemand wil, dát maakt een componist goed of niet. Ik ken componisten die zichzelf grote kunstenaars vinden, ik stel me dienstbaar op. Als de klant een voorstel niet goed vindt, ga ik niet in discussie, dan zet ik mijn ego opzij en begin ik opnieuw. Ik ben meer een Rembrandt die een portret in opdracht schildert dan een vrije vogel zoals Picasso die zegt: dit is wat ik maak, dus dit is wat je krijgt. Van componeren in opdracht kan ik leven. Als ik mijn eigen muziek maak, doe ik waar ik zin in heb.”

Lees verder…….