Weyes Blood: ‘Ik heb een obsessie voor de duistere kanten van het leven’

Weyes Blood, artiestennaam van Natalie Mering (34): „Muziek zonder ego maken is mijn ideaal.”


Foto Neil Krug

Interview

Nieuw album Het nieuwe album ‘And In The Darkness, Hearts Aglow’ van Weyes Blood is van een tijdloze schoonheid. Natalie Mering verkoos mooi zingen boven noise. „De studio is het laboratorium, live zingen de echte uitdaging.”

De wereld is al hard genoeg. Met haar lied ‘It’s Not Just Me, It’s Everybody’ houdt Weyes Blood een warm betoog voor meer compassie en aandacht voor anderen. Opgestaan uit een periode van overweldigende ontwikkelingen zijn we vreemden voor elkaar geworden, zingt ze. „People are hurting, it’s not just me.”

Een smartlap? Alleen als je het complete werk van Carole King en The Carpenters ook als smartlappen beschouwt. Weyes Bloods nieuwe album And In The Darkness, Hearts Aglow is van een tijdloze schoonheid.

Weyes Blood, artiestennaam van Natalie Mering (34), klinkt als de artistieke erfgenaam van Karen Carpenter, zalvend en toch zo urgent. Ze groeide op in Californië in een muzikaal gezin. Vader Sumner Mering bracht in 1980 een album uit met puntige powerpop, geproduceerd door de legendarische Phil Spector-sidekick Jack Nitszche.

Natalie studeerde na de middelbare school een jaar muziek aan de universiteit van Portland, Oregon. Haar eerste band heette Satanized, al ver verwijderd van het gedachtegoed van de Pinkstergemeente dat ze in haar jeugd meekreeg. In 2008 was ze voor korte tijd bassist bij de Portlandse noisegroep Jackie-O Motherfucker.

De heftige punknoise van toen lijkt moeilijk te rijmen met de melodieuze, zorgvuldig gearrangeerde muziek die ze nu maakt. Maar op haar vijftiende herkende ze haar levenspad in de roman Wise Blood uit 1952 van Flannery O’Connor en schreef ze onder de namen Wise Blood en Weyes Bluhd songs en bracht die in eigen beheer uit. In het boek van O’Connor keert een oorlogsveteraan terug naar het ouderlijk huis dat verlaten blijkt, waarna hij zijn godsvruchtige achtergrond verloochent door een antireligieuze sekte te stichten. Het „wijze bloed” uit de boektitel refereert aan de gedachte dat iedereen de wijsheid in zichzelf moet zoeken en daarbij geen spirituele begeleiding nodig heeft.

Als Titanic Rising het eerste, dystopische deel van een trilogie was, komt het hoopvolle derde deel komt hierna”

Oude ziel

Noise was de toekomst, dacht Natalie Mering toen ze op haar twintigste de wereld rondtoerde met Jackie-O Motherfucker. „Ik geloofde in de kracht van experimentele muziek en improvisatie. De optredens waren geweldig, maar de muziek viel niet te verkopen als een begerenswaardig product voor de radio of de platenwinkel. Het publiek vroeg om beter behapbare muziek.”

Als solist dompelde Natalie Mering zich onder in haar liefde voor de klassieke pop uit de jaren veertig en vijftig, toen de liedjesfabriek van Tin Pan Alley nog een belangrijke factor was. „Door die invloeden kwam ik uit bij Harry Nilsson en Joni Mitchell, coryfeeën uit de jaren zeventig die zich ook door die oudere muziek lieten inspireren. The Carpenters leerde ik pas kennen toen mensen mij wezen op de overeenkomsten tussen mijn stem en die van Karen Carpenter. Wat we gemeen hebben is dat we allebei vrij laag zingen. Al die muziek, ook van de minder bekende zangeres Judee Sill, heb ik in me opgezogen.”

Ze is een oude ziel, denkt ze. „Ik hou van zingen, niet van schreeuwen. In Californië had ik kennisgenomen van de surfcultuur en de muziek van de Beach Boys. Ik ben nog een tijdlang strandwacht geweest.

„Via oude zwartwitfilms met sterren als Judy Garland kwam Hollywood mijn leven binnen. De veilige keuze, vond mijn moeder, omdat er geen naaktscènes en scheldwoorden in voor kwamen. De orkestmuziek uit die films maakte grote indruk; dat hoor je terug in mijn muziek. Om The Simpsons te zien, of een horrorfilm, kroop uit ik het raam om bij een vriendje tv te kijken. Die ‘verboden’ horror gaf me een levenslange obsessie voor de duistere kanten van het leven.”

Angst en eenzaamheid

Op haar voorlaatste album Titanic Rising (2019) voorspelde Natalie Mering de ondergang van de wereld. Op haar nieuwe album bevindt ze zich midden in de met doem overladen voorspellingen die ze toen deed. Angst en eenzaamheid vieren hoogtij in haar teksten. De pandemie, de lockdown en niet meer kunnen optreden gaven haar tijd om na te denken. „Veel van de problemen waar we nu op stuiten, racisme, de politieke malaise in de VS en de opwarming van de aarde, hebben een lange geschiedenis. De pandemie was een alarmbel. Mijn teksten werden realistischer, omdat ik de effecten voelde van de beperkingen waarmee we allemaal moesten leven. Als Titanic Rising het eerste, dystopische deel van een trilogie was, maak ik nu een pas op de plaats. Het hoopvolle derde deel komt hierna.”

Prominente contribuanten aan het nieuwe album zijn Jonathan Rado van Foxygen, de gebroeders Michael en Brian D’Addario van The Lemon Twigs en minimal-producer Oneohtrix Point Never (Daniel Lopatin) met wie ze het nummer ‘God Turn Me Into A Flower’ schreef. Met Lana Del Ray zong ze de Joni Mitchell-cover ‘For Free’ op Del Rays album Chemtrails Over The Country Club. „Die samenwerking moet ik koesteren. Iedereen leidt zo’n druk bestaan dat we daar zelden tijd voor hebben. Het is een eenzaam beroep, popmuzikant. Mijn ideaal is om muziek zonder ego te maken. Ik kanaliseer de informatie die tot mij komt om er schoonheid uit te destilleren.”

Ze houdt van tegenstellingen, zegt Mering. „Orkestmuziek met een elektronische twist, of een prachtige melodie die verstoord wordt door een donderbui. Het is de kunst om die schijnbaar onverenigbare krachten dezelfde kant op te laten wijzen. De opnamestudio is het laboratorium, maar de klus is pas klaar als ik de nummers live kan spelen. De lockdown was een vreselijk frustrerende tijd. Dat de muziek niet kon ademen bleef aan me knagen. De werkelijke uitdaging, als er publiek bij is, komt nu pas.”

And In The Darkness, Hearts Aglow verschijnt 18 nov bij Sub Pop. Weyes Blood speelt 6 febr in Paradiso, Amsterdam. Inl: weyesblood.com

Lees verder…….