Column | Het taaie gevecht om het geloof in de overwinning

Het Oekraïense offensief is vastgedraaid in een patstelling. Discussies over tientallen miljarden aan steun voor Kyiv in EU en VS slepen voort. Oekraïense generaals vroegen president Zelensky om 500.000 man extra. Aan het front wordt munitie gerantsoeneerd. En een club van voormalige NAVO-kopstukken schreef deze week dat de oorlog zich op een kantelpunt bevindt.

De vraag dringt zich op: komt het nog wel goed met die oorlog?

Heeft het Westen een antwoord op de teleurstelling die als ochtendmist het westerse debat over Oekraïne is binnengedreven? Is er iets om het pessimisme te ontkrachten? Ik vroeg het David van Weel, assistent secretaris-generaal bij de NAVO, een van de naaste adviseurs van Jens Stoltenberg.

„We zien dat narratief natuurlijk ook: heeft het offensief opgeleverd wat we hadden verwacht? Maar we gaan niet mee in dat narratief, omdat het niet de goede weg is. Er is maar één weg en dat is Oekraïne blijven steunen. Dus belichten we wat er wél gebeurt. Dat is best de moeite waard.”

Van Weel somt op: Oekraïne heeft sinds februari vorig jaar 50 procent van zijn grondgebied heroverd. Het heeft de Russische vloot verjaagd van de Krim. De ‘graandeal’ is dan wel door Rusland opgeblazen, maar het graan kan nu weer over zee vervoerd worden. Oekraïne heeft over grote afstand logistieke depots en hoofdkwartieren van de Russen aangevallen.

Tegelijk heeft Poetin, zegt hij, niks om over naar huis te schrijven. „Ze hebben steeds grondgebied ingeleverd. Ze hebben meer dan 300.000 gewonden en gesneuvelden. Je ziet machtsverschuivingen in de Kaukasus en een steeds grotere Russische afhankelijkheid van China. Als Russische president zou ik me toch wel zorgen maken.”

Natuurlijk is de strijd moeilijk voor Oekraïne, zegt Van Weel. Rusland heeft de tijd gekregen zich in te graven en geleerd dat drones een grote rol spelen. Beide krijgsmachten houden de frontlinie vanuit de lucht in de gaten, waardoor niemand ongezien in actie kan komen. Dat werkt een patstelling in de hand.

Intussen discussieert het Westen over geld. Dat debat tast de vanzelfsprekendheid van steun voor Oekraïne aan. „Het enige wat je daar tegenin kunt brengen is de andere kant van het verhaal. Nederland heeft 2 miljard extra toegezegd, Duitsland 8 miljard, de troetredingsonderhandelingen met de EU mogen beginnen. Er is echt nog wel gedrevenheid om door te zetten, ondanks de hiccups.”

De aanhoudende discussie in het Westen is niet zonder risico, erkent van Weel. „Het politieke debat speelt wel ontzettend het narratief van Rusland in de kaart dat het Westen het toch wel opgeeft. Dat narratief moeten we ontkrachten. Poetin zegt: ik heb een onbeperkte hoeveelheid mensen, onbeperkte middelen, volledige macht. Maar dat is ook maar een narratief. Rusland heeft ook grote tegenslagen gehad.”

In Europa zijn het vooralsnog alleen Viktor Orbán en de Slowaakse premier Robert Fico die steun afwijzen en het hele Oekraïne-beleid ter discussie stellen. Maar wat als Nederland, dat maanden voorop liep in het organiseren van wapenleveranties, straks een kabinet formeert met de PVV, die tegen steun is? Of, een nog desastreuzer vooruitzicht, wat als Donald Trump een tweede keer president van de VS wordt?

Op het hoofdkwartier is Trump nog niet dagelijks onderwerp van gesprek, zegt Van Weel stellig. Ook niet bij de koffieautomaat. Bovendien, ook in de VS moet een president rekening houden met het Congres. Onlangs is nog bij wet vastgelegd dat een president alleen uit de NAVO kan stappen met goedkeuring van Huis én Senaat. Of dat genoeg is om Trump in te tomen? „Weet je, in the end politics trumps everything.”

In democratieën, zegt Van Weel, heb je nu eenmaal altijd wisselingen van de wacht. „Daarom is het zo belangrijk zo veel mogelijk steun te regelen en dat positieve narratief te vertellen.”

Oorlog is altijd ook een strijd van verhalen, van het ene narratief tegenover het andere. Omdat Oekraïne zonder westerse steun verloren is, is ook de westerse publieke arena in die zin strijdtoneel. Het onschadelijk maken van ontluikend westers defaitisme is daarom ook een bijdrage aan de oorlogsinspanning.

Het is wel te hopen dat er in 2024, het derde jaar van de Russische invasie, nog genoeg bouwstenen zullen zijn voor een positief verhaal.

Redacteur geopolitiek Michel Kerres schrijft hier om de week over de kantelende wereldorde.