Column | Agressie – dan sterft de kunst even

Zodra in een rap-song het woord ‘bitch’ niet naar een hond verwijst, zet ik ’m direct uit. Geen zin in. Och, zeggen de rap-exegeten, dat ‘bitch’ moet je zo nauw niet nemen. Zo praten ze nu eenmaal over vrouwen in the hood. Maar ik neem het wel zo nauw. Ik heb, vergeefs, geprobeerd rap te waarderen, maar met dat eeuwige ‘bitch’ verraden rappers zich als gedachtenloze dichters. Trouwens, wat is er tegen een teef? Ik ken geweldige exemplaren, ook in de sector femme fatale. Denk alleen al aan de superieure teef in Disneys Lady and the Tramp, met de stem van Peggy Lee.

https://youtu.be/djwsBmqtBTw?feature=shared

Ik ga beledigende kunst niet uit de weg en hatelijke kunstenaars verdraag ik. Soms grommend, maar ik doe het. Maar ik stel wel eisen. Ook vileine kunst is pas goed als de kunstenaar iets diepers prijsgeeft. In ruil mag deze eisen dat je er voorzichtig mee omspringt. Je neemt het serieus, ook als zo’n werk jouw afdeling in het leven pootje haakt, provoceert, afzeikt.

Want een beetje kunstenaar laat zijn kont zien. Die creëert iets waarvoor hersens en hart binnenstebuiten zijn gekeerd en levert het naakte resultaat uit aan het publiek. Dat kan applaudisseren, gul bewonderen. Maar het kan ook indutten, op de verkeerde momenten lachen, weglopen of overschakelen naar een ander radiostation. Dat is wreed en het hoort erbij, de kunstenaar heeft dat te verdragen. Lukt dat niet dan hoort hij tussen de schuifdeuren.

Maar eten gooien naar een schilderij, tomaten naar acteurs? Bioscoopbezoekers uitschelden, een concert wegschreeuwen? Dat is altijd ongepast. Waarom is elke boekverbranding gruwelijk? Niet omdat zo’n boek pijn heeft en niet omdat het verdwijnt – een boek kan opnieuw worden gedrukt, zoals een concert opnieuw kan worden gegeven en een schilderij gereinigd. Maar agressie zet de kunst stil. Dan sterft zij even.

„Er bestaat geen grondrecht op een ongestoord concert”, schreef een columniste, in een poging tot begrip voor het verstoren van een optreden van zangeres Lenny Kuhr. De columniste vergist zich, dat grondrecht bestaat wel.

Officieel niet, althans, het ligt vaag. Een schilderij vandaliseren kan juridisch vervolgd worden, maar een podiumvoorstelling verstoren? Het mikpunt heeft weinig poot om op te staan. Het publiek kan zijn geld terugvragen, maar wat schiet het daarmee op? Geld-terug is een zakdoek. Die droogt tranen, maar het gemis veegt hij niet weg. Tegenover dat vermeend niet-bestaande grondrecht zet ik de moraal.

Ook die kun je niet wettelijk definiëren, maar iedereen voelt ’m. En zo niet dan is het een wilsbesluit om er geen acht op te slaan en bestaat de moraal toch. Hoe hoog de inzet ook is, moreel gesproken is het verstoren van een kunstwerk, van boek tot ballet, een verkrachting. Niet meer goed te maken en nooit goed te praten, wat het excuus ook is.