Californië klaagt grote oliebedrijven aan vanwege hun rol bij klimaatverandering

Desinformatie Volgens Californië wisten grote oliebedrijven al in de jaren zestig wat de schadelijke gevolgen zouden zijn van het gebruik van fossiele brandstoffen. Desondanks verspreidden ze er desinformatie over.

Bosbranden in Wrightwood, Californië.
Bosbranden in Wrightwood, Californië. Foto Kyle Grillot/Reuters

De Amerikaanse staat Californië heeft vijf grote oliemaatschappijen aangeklaagd omdat ze zouden hebben gelogen over de sociaal-economische gevolgen van het gebruik van fossiele brandstoffen. Californië eist dat de bedrijven – Exxon Mobil, Shell, BP, Chevron en ConocoPhillips – geld storten in een fonds waaruit de schade vergoed kan worden die wordt veroorzaakt door de opwarming van de planeet.

Volgens de 135 pagina’s tellende aanklacht tegen ‘Big Oil’ die is ingediend bij het Superior Court in San Francisco, een civiele rechtbank, wisten de bedrijven al in de jaren zestig wat de gevolgen waren van het verbranden van steenkool, olie en gas. Maar in publieke verklaringen en in advertenties relativeerden ze de risico’s. In de jaren zeventig begonnen de olieconcerns daarnaast ook steeds actiever desinformatie over klimaatverandering te verspreiden.

Volgens de Californische minister van Justitie Rob Bonta hebben de bedrijven „ons gevoed met leugens en wantrouwen om hun recordwinsten verder te vergroten ten koste van het milieu. Genoeg is genoeg”.

Gouverneur Gavin Newson zei dat de concerns er alles aan hebben gedaan om „te verdoezelen dat ze al lang weten hoe gevaarlijk de fossiele brandstoffen die ze produceren zijn voor onze planeet”. Newson vindt dat „de belastingbetalers in Californië […] niet de rekening hoeven te betalen voor miljarden dollars aan schade – bosbranden die hele gemeenschappen wegvagen, giftige rook die onze lucht verpest, dodelijke hittegolven, recordbrekende droogtes die onze waterputten uitdrogen”.

Orkaan Sandy

Het is niet voor het eerst dat een Amerikaanse overheid oliemaatschappijen aanklaagt voor de gevolgen van hun activiteiten. New York heeft na de orkaan Sandy, die in 2012 een miljardenschade aanrichtte in de stad, geprobeerd de oliemaatschappijen verantwoordelijk te stellen en te laten meebetalen aan het herstel. Maar de rechtbank oordeelde in 2018 dat klimaatverandering weliswaar een feit is, dat ook niet door de bedrijven wordt ontkend, maar dat een debat daarover niet in de rechtszaal thuishoort, maar in het Amerikaanse Congres.

Lees ook deze analyse over de toenemende druk op olieconcerns

Dat is ook de verdediging van het American Petroleum Institute (API), de belangenorganisatie van de olie-industrie. In een reactie op het Californische besluit om naar de rechter te stappen, sprak vicevoorzitter Ryan Meyers van het API van een „gecoördineerde campagne om zinloze, gepolitiseerde rechtszaken te voeren tegen een Amerikaanse basisindustrie en haar werknemers”. De rechtszaak is volgens Meyers niet meer dan „een afleiding van belangrijke nationale gesprekken en een enorme verspilling van middelen voor de belastingbetaler in Californië”.

In een verklaring liet Shell weten te beseffen dat actie tegen klimaatverandering nodig is en dat het concern de overgang naar een koolstofarme samenleving van harte ondersteunt, maar niet via rechtszaken. „De aanpak van klimaatverandering vraagt om een gezamenlijke, maatschappij-brede benadering”, aldus Shell.

Milieudefensie tegen Shell

Van Pakistan tot Portugal en van Peru tot Noorwegen, overal op de wereld worden de laatste jaren gas- en oliebedrijven voor de rechter gedaagd vanwege de klimaatschade die ze veroorzaken. Een van de bekendste zaken, ook internationaal, was die van Milieudefensie tegen Shell. Die zaak werd door Milieudefensie gewonnen, binnenkort dient het hoger beroep. Eerder al daagde duurzaamheidsorganisatie Urgenda met succes de Nederlandse staat voor de rechter om die tot een actiever klimaatbeleid te bewegen. In beide gevallen deden de klagers een beroep op de mensenrechten – zoals het recht op leven – dat door klimaatverandering in gevaar wordt gebracht.

Uit een onderzoek van Columbia University in New York blijkt dat het aantal klimaatrechtszaken wereldwijd tussen 2017 en 2023 is verdubbeld. Veel van die zaken vinden plaats in de VS. Vorige maand wonnen jonge klimaatactivisten in Montana nog een zaak tegen die staat, omdat die te weinig zou doen om de schadelijke gevolgen van klimaatverandering tegen te gaan. Daarbij beriepen ze zich op het in de wet van Montana opgenomen recht op „een schoon en gezond milieu”.

Lees verder…….