Brussel verdedigt ‘zwakke’ nieuwe uitstootregels voor auto’s

Auto-industrie Milieuorganisaties hebben felle kritiek op de nieuwe uitstootregels voor auto’s omdat ze te zwak zouden zijn. „Zo zwak, dat ze door de auto-industrie zouden kunnen zijn geschreven.”

De gezondheidseffecten van uitlaatgassen zijn niet gering: er zouden in Europa 70.000 vroegtijdige sterfgevallen per jaar aan te wijten zijn.
De gezondheidseffecten van uitlaatgassen zijn niet gering: er zouden in Europa 70.000 vroegtijdige sterfgevallen per jaar aan te wijten zijn.

Foto Michael Probst/ AP

Het was onlangs nog een Europees klimaatpronkstuk: de aangenomen wet die de verkoop van nieuwe brandstofmotors per 2035 verbiedt. Maar terwijl de opmars van de elektrische auto daarmee onherroepelijk vastligt, staat de Europese Unie voor de vraag: hoe vies mag de laatste generatie ‘vroemvroem’-auto’s nog zijn?

Een voorstel voor nieuwe uitstootregels van de Europese Commissie , deze donderdag officieel gepresenteerd maar eerder al gelekt, kon deze week op felle kritiek van milieuorganisaties rekenen. Het gaat om de zogeheten ‘Euro 7’-regels, die maxima vastleggen voor uitlaatgassen die bijdragen aan luchtvervuiling, zoals stikstofoxiden (NOx), roetdeeltjes en koolmonoxide. Anders dan bij CO2 is het probleem van deze emissies niet zozeer dat ze bijdragen aan de opwarming van het klimaat, maar dat ze een negatief effect hebben op de luchtkwaliteit en daarmee op de gezondheid. De gezondheidseffecten zijn niet gering: de Commissie gaat uit van 70.000 vroegtijdige sterfgevallen in Europa per jaar als gevolg van de uitstoot van transport.

Invloedrijke autolobby

Naar de nieuwe regels, die vanaf 2025 moeten ingaan, werd lang uitgekeken. Niet in de laatste plaats omdat Europa nogal een geschiedenis heeft met de test voor het meten van de NOx-uitstoot. In 2015 kwam uit dat autofabrikanten daar massaal mee fraudeerden, een schandaal dat bekend werd onder de noemer ‘Dieselgate’. Het illustreerde volgens critici hoe invloedrijk de autolobby in Europa is bij het maken en handhaven van uitstootnormen. Sindsdien zijn de tests aangescherpt, maar de normen zijn gelijk gebleven, waardoor de voorganger van de deze week gepresenteerde norm, Euro 6, inmiddels acht jaar oud is.

Toch zijn op het oog de verschillen met de Euro 7 gering. De norm voor de uitstoot van NOx door benzineauto’s blijft zelfs precies gelijk, op 60 milligram per kilometer. Voor dieselauto’s, die voorheen nog 80 milligram mochten uitstoten, wordt dat eveneens 60 milligram. Maar die normen alleen vertellen niet het hele verhaal, benadrukken EU-ambtenaren. Want door de nieuwe manier van testen tot een absolute standaard te maken, wordt de naleving volgens Brussel een stuk beter.

Bovendien zullen nieuwe auto’s hard moeten maken dat ze gedurende een langere levensduur aan de normen voldoen: voor de eerste 200.000 kilometer, tegenover voorheen de eerste 100.000 kilometer. Daarbij komen er voor het eerst ook normen voor de schadelijke uitstoot van autobanden en het remmen. Dat laatste is belangrijk, omdat die uitstoot ook bij elektrische auto’s een probleem is. Een groeiend probleem zelfs, want de uitstoot van autobanden en het remmen neemt toe als voertuigen zwaarder zijn – en elektrische auto’s zijn dat door hun batterij.

Harde kritiek

Toch was er direct harde kritiek op de nieuwe regels vanuit milieuorganisaties en groene politici. NGO Transport & Environment noemde ze tegenover Politico „zo zwak, dat ze door de auto-industrie zouden kunnen zijn geschreven”. Ook volgens GroenLinks-Europarlementariër Bas Eickhout, die namens de Groenen op het dossier zit, zijn de normen „onder zware druk van de auto-industrie afgezwakt tot een gevaarlijk laag niveau. De Commissie speelt hiermee met de gezondheid van miljoenen Europeanen.”


Lees ook: Hoe steden proberen inwoners de auto uit te krijgen

Dat er door de auto-industrie stevig gelobbyd is, staat vast. De presentatie van de norm had eigenlijk al vorig jaar zomer moeten gebeuren, maar werd telkens uitgesteld – deels onder druk van fabrikanten, met het argument dat de lopende onderhandelingen over de nieuwe CO2-normen voor auto’s al te veel onzekerheid gaven. En zeker is ook dat het argument dat de EU in de klimaattransitie al veel vraagt van de auto-industrie een belangrijke rol heeft gespeeld bij de relatief beperkte herziening van de uitstootnormen. Doel was „voorkomen dat producenten tegelijk in twee heel verschillende technologieën moeten investeren”, aldus een EU-ambtenaar: elektrificatie én het verminderen van de schadelijke uitstoot van brandstofauto’s.

Meer elektrische auto’s op de weg

Uiteindelijk, zo denkt Brussel, neemt de totale schadelijke uitstoot toch wel fors af naarmate er meer en meer elektrische auto’s op de Europese wegen gaan rijden. Critici werpen tegen dat de benzine- en dieselauto’s die de komende jaren geproduceerd worden, nog lange tijd mee zullen gaan en schadelijke uitstoot daarmee lang een probleem blijft. De Commissie berekende zelf al dat in 2050, als de EU klimaatneutraal wil zijn, nog circa 20 procent van de auto’s een brandstofmotor heeft.

Ook de auto-industrie blijft overigens ontevreden met de nieuwe norm. Europese brancheorganisatie ACEA liet donderdag weten grote zorgen te hebben over Euro 7, omdat het de kosten voor productie flink zou verhogen.

De komende tijd moeten lidstaten en het Europees Parlement het nog eens worden over Euro 7, waarna het in de zomer van 2025 van kracht zou worden.

Lees verder…….