De Amerikaanse president Joe Biden heeft bij zijn vertrek als vicepresident onder president Barack Obama geheime documenten meegenomen, maar wordt daar niet voor vervolgd. Dat heeft de speciaal aanklager Robert Hur bekendgemaakt, melden internationale persbureaus.
Hur vermoedt dat Biden de geheime documenten niet met opzet heeft achtergehouden. Hij omschreef de 81-jarige president als een „sympathieke, goedbedoelende bejaarde man met een gebrekkig geheugen”. Het Witte Huis laat weten blij te zijn met de bevindingen, maar stelt dat Hur zich „ongepast” heeft uitgelaten. Biden reageerde tijdens een persconferentie op de opmerkingen van de aanklager. „Mijn geheugen is prima”, zei de president.
Biden had sommige documenten mee naar huis genomen toen hij nog in functie was als vicepresident onder Obama, tussen 2009 en 2017. In die rol mocht hij de stukken wel mee naar huis nemen. Het gaat onder meer om stukken als een handgeschreven memo uit 2009 over Afghanistan en aantekeningen van briefings van de inlichtingendiensten. Volgens het Witte Huis ging het om een beperkt aantal stukken die na de ontdekking, jaren later, meteen zijn teruggegeven.
Trump wel vervolgd
Bidens rivaal en oud-president Donald Trump wordt wel vervolgd voor het meenemen van geheime documenten. Hij weigerde de documenten af te staan, waarna de FBI na een inval ruim honderd documenten aantrof in zijn resort Mar-a-Lago. Trump wordt ervan beschuldigd dat het onderzoek tegen te werken.
Speciaal aanklager Hur bekleedde eerder onder de regering-Trump hoge posities op het ministerie van Justitie . Hij werd in januari vorig jaar op verzoek van het huidige ministerie van Justitie speciaal aanklager om te voorkomen dat het onderzoek als partijdig gezien kan worden.
