Wat heeft Ronald Koeman deze winter te overpeinzen, om in de zomer succesvol te kunnen zijn op het EK?

Maandag 18 maart 2024. Die dag wacht in Zeist, hoofdkwartier van het Nederlands elftal, het „eerste meetmoment” in de voorbereiding op het EK voetbal in Duitsland, komende zomer. Twee oefenduels staan die interlandperiode in maart op het programma, waaronder tegen Duitsland. Dan moeten de contouren duidelijk worden van een ploeg die nu, op meerdere vlakken en sleutelposities, nog is omgeven met vraagtekens.

Voor bondscoach Ronald Koeman is het voorwerk voor het EK nú al begonnen. Helemaal na het slotduel in de kwalificatie tegen Gibraltar (6-0 uitzege) dinsdagavond, en kort voor de EK-loting op 2 december in Hamburg. De komende maanden gaat hij, na een rommelig Oranje-jaar, „heel goed nadenken” over de samenstelling van de selectie, zei Koeman vorige week. Hij kondigde aan dat „veranderingen” op komst zijn.

Wat heeft hij deze winter precies te overpeinzen, om in de zomer succesvol te kunnen zijn?

Vastigheden inslijpen

Inclusief het duel tegen Gibraltar, waarin Jorrel Hato en Thijs Dallinga debuteerden, gebruikte Koeman dit jaar maar liefst 38 spelers in tien interlands. Ter vergelijking: in 2019, het laatste volledige jaar in Koemans eerste periode als bondscoach, waren dat er 25. „De as van het elftal was altijd fit, was altijd goed”, zei Koeman over die eerste termijn. Dat is wat hij straks ook voor ogen heeft. Hij wil „gericht met een vaste groep” naar het EK toewerken.

In 2023 is het daar nauwelijks van gekomen, door blessures, ziekte en vormverlies. Voor een bondscoach is het van belang om in de korte tijd die hij heeft, zo veel mogelijk automatismen – spelsysteem, afspraken per linie, ‘koppeltjes’ op de flanken – in te bouwen. Los van de individuele kwaliteiten schuilt daarin de kracht van nationale teams als Kroatië en Frankrijk, waar spelers elkaar blindelings weten te vinden.

Zo ver is Nederland nog niet, verre van. De onderlinge afstemming is gebrekkig. Zoals op de rechterflank tussen Denzel Dumfries en Donyell Malen, zichtbaar in de duels tegen Italië in juni en in oktober tegen Griekenland. Wie welke tegenstander moest verdedigen was onduidelijk. Tot frustratie van Koeman: waarom organiseerden de spelers dit niet in het veld?

Dat waren niet de enige momenten. „Kijk nou waar ze staan, met z’n tweeën”, zei Koeman zaterdag tijdens het EK-kwalificatieduel tegen Ierland over de veldbezetting, vastgelegd door een NOS-camera. „Wout jij moet daarheen, naar rechts”, doelde hij op spits Weghorst, die met aanvaller Cody Gakpo druk moest zetten op de Ierse verdedigers. Koeman vond dat zijn ploeg te ver terugzakte doordat ze voorin onvoldoende druk zetten. Hierdoor kreeg Oranje in fases weinig grip op het middenveld.

Het illustreert hoe dun de basis is. En dat is in maart niet in één week opgelost. In de EK-voorbereiding zal het aankomen op het vakmanschap van Koeman, bij zijn eerste grote eindtoernooi als bondscoach: kan hij in korte tijd zijn team tactisch zodanig slijpen, dat het een machine wordt?

Enige houvast biedt de speelwijze met drie centrale verdedigers en aanvallende vleugelverdedigers. Dat systeem, waarin Oranje zich defensief robuuster toont, vormt het raamwerk richting het EK – net zoals eerder op het WK 2014, het EK 2021 en het WK 2022. Tegelijkertijd wil Koeman flexibel zijn en binnen duels kunnen wisselen van formatie, vooral naar het klassieke 4-3-3.

Die verschillende formaties stellen hem voor een uitdaging: in zijn selectie zal hij er rekening mee moeten houden. Moet Matthijs de Ligt, van wie is gebleken dat hij minder functioneert in een blok met drie centrale verdedigers, straks wel mee? Waarschijnlijk wel, want in een traditionele viermansverdediging kan hij van waarde zijn. En hij geldt als een van de leiders van het toekomstige Oranje. Maar er mogen er maar 23 naar Duitsland. Waarvan alleen al drie keepers.

Onbetwiste doelman

De carrousel onder de lat van Oranje, in cijfers: acht verschillende keepers, in de laatste 36 interlands. Tim Krul, Maarten Stekelenburg, Justin Bijlow, Jasper Cillessen, Mark Flekken, Remko Pasveer, Andries Noppert en Bart Verbruggen. Steeds was er iets – dan weer een blessure, dan was die weer uit vorm, dan woog het Oranje-shirt voor die misschien te zwaar.

Koeman is er niet blij mee, al die wisselingen. In het doel wil hij vastigheid. Dat is ook van belang voor de afstemming met de verdedigers: hoe bouw je op, hoe verdedig je standaardsituaties, hoe handel je bij het uitkomen? Rust op die positie, „dat is altijd waar je naartoe wil”, zei Koeman vorige week.

Lees ook dit profiel van Oranje-doelman Bart Verbruggen

Bart Verbruggen begin november in de warming-up voor een competitieduel met zijn club Brighton & Hove Albion.

De laatste vier interlands lijkt hij die rust te hebben gevonden met de talentvolle 21-jarige Bart Verbruggen, doelman bij Brighton & Hove Albion in de Premier League. Over hem is Koeman voor dit moment tevreden, maar dat betekent niet dat hij bij het EK voor Verbruggen kiest. „Dan gaan we gewoon weer kijken.” In de twee oefenduels in maart wil hij „misschien wel” twee verschillende keepers laten spelen, zei hij maandag.

Wat voor Verbruggen pleit is dat hij in een Europese topcompetitie actief is en zich door zijn leeftijd alleen nog maar verder kan ontwikkelen. Al kan dat gebrek aan ervaring ook als een nadeel worden uitgelegd. En Koeman vindt het „niet ideaal” dat Verbruggen de duels bij Brighton afwisselt met Jason Steele, die de laatste tijd ook vaker de voorkeur krijgt. Koeman was het „foutje” tegen Ierland – Verbruggen liet een bal door zijn benen rollen – niet ontgaan, hij had geluk dat het buitenspel was.

Voornaamste concurrent is Bijlow, Koeman koos in de Nations League-eindronde in juni niet voor niets voor hem. Wanneer hij fit was gebleven – hij raakte geblesseerd aan zijn pols – was hij zeer waarschijnlijk blijven staan. De doelman van Feyenoord heeft een historie met blessures, waardoor hij niet de onbetwiste eerste keus is voor de bondscoach.

Compagnon van Frenkie de Jong

Wie gaat straks op het EK naast spelmaker Frenkie de Jong spelen? Dat is voor Koeman nog onduidelijk. Hij heeft dit jaar weinig kunnen variëren, De Jong ontbrak door blessures in zes van de tien interlands. In de vier duels dat hij wel speelde, werd hij drie keer gekoppeld aan Feyenoord-middenvelder Mats Wieffer – wat geen groot succes was.

Prikkelende gedachte is een duo met Tijjani Reijnders, die dit najaar uitgroeide tot een van de revelaties bij Oranje. Met zijn passing en diepgang zorgt de middenvelder van AC Milan voor veel dynamiek.

Maar Reijnders ziet zichzelf nadrukkelijk als aanvallende middenvelder, niet als controleur. Dat maakt een rol naast De Jong minder logisch. Met zijn balvastheid en creativiteit is Reijnders een optie voor een van de twee aanvallende posities (‘dubbele tien’) achter de centrumspits.

Calvin Stengs (l) maakte een hattrick voor Oranje tegen Gibraltar
Foto Olaf Kraak/ANP

Lange tijd was Marten de Roon de vaste compagnon van De Jong, vooral in de eerste periode van Koeman (2018-2020). Hoewel niet de meest technische middenvelder, vulde hij De Jong goed aan met zijn tactische inzicht. Bovendien is hij een van de informele leiders in het elftal. Toch is het onwaarschijnlijk dat Koeman straks opnieuw bij hem uitkomt, De Roon brengt in balbezit weinig en viel dit jaar op door een aantal ongelukkige optredens.

Er zijn opties genoeg. Met naast Wieffer ook Teun Koopmeiners, Joey Veerman en Jerdy Schouten. En de bij Liverpool opgeleefde Ryan Gravenberch „zou daar heel goed passen”, zei Koeman maandag. Toch heeft een uitgesproken kandidaat zich nog niet aangediend. „Dat zijn de moeilijke keuzes die ik ga krijgen.”

Een fitte topspits

Het is de linie met de meeste beperkingen: de aanval. Vooral de spitspositie. Koeman hoopt nog op Memphis Depay (29), die na zijn kruisbandblessure van eind 2019 nooit meer helemaal op topniveau is teruggekomen en regelmatig blessures heeft. Acht van de tien interlands miste hij dit jaar.

„Memphis is al een hele lange tijd niet fit”, zei Koeman maandag. „Maar Memphis fit en goed, is nog steeds een meerwaarde voor dit elftal.”

De vraag is hoe lang hij daar op wil wachten. Zijn voorganger Louis van Gaal deed het voor het WK eind 2022 in Qatar, waar Depay net op tijd hersteld was van een bovenbeenblessure. De huidige spits van Atlético Madrid kon de verwachtingen niet waarmaken, hij was zichtbaar nog niet in topconditie.

In juni in de Nations League-eindronde probeerde Koeman het met Liverpool-aanvaller Cody Gakpo als spits. Dat bleef bij een eenmalig, weinig geslaagd experiment. Andere opties zijn Malen, Dallinga of Brian Brobbey – die vooralsnog allemaal te licht worden bevonden.

Voor nu is het Wout Weghorst, spits bij het Duitse TSG Hoffenheim. Met een aantal cruciale goals maakte hij zich onmisbaar bij Oranje. „Niet alleen op het veld, ook buiten het veld is hij belangrijk”, zegt Koeman. „Hoe hij het beleeft om bij Oranje te zijn. Ieder moment is hij bezig om als speler beter te worden, om enthousiast te zijn, om intensiteit te brengen in zijn trainingen, in zijn beleving naar wedstrijden toe. Dat is belangrijk voor een groep, dat zien anderen ook.”

Durft Koeman het aan om richting het EK zijn aanvalslinie om de – volgens critici – technisch beperkte Weghorst heen te bouwen? Het is een van de meest lastige kwesties voor de bondscoach in de komende maanden.