Vergaand voorstel van beurstoezichthouder SEC: bedrijven moeten melden hoeveel ze uitstoten

Amerikaanse beurstoezichthouder De SEC heeft een voorstel gepubliceerd waarin beursbedrijven openbaar moeten maken hoeveel broeikasgassen ze uitstoten. Het publiek krijgt twee maanden zich over het plan uit te spreken.

General Motors is een van de beursgenoteerde bedrijven die volgens het plan van de SEC de jaarlijkse uitstoot van broeikasgas moet publiceren.
Foto: Emily Elconin/Bloomberg

Hoeveel broeikasgassen stoot een bedrijf uit? Als het aan de Amerikaanse financiële toezichthouder ligt, weten alle beursgenoteerde bedrijven dat straks precies – en maken ze dat openbaar.

Dat blijkt uit een voorstel dat de Securities & Exchange Commission (SEC) maandag heeft gepubliceerd. Ook moeten bedrijven van de toezichthouder gaan rapporteren over klimaatrisico’s en jaarlijks verslag uitbrengen over hun vorderingen om hun uitstoot naar beneden te krijgen, als ze daar beloftes over hebben gedaan.

Doel van de nieuwe verplichtingen is beleggers meer inzicht te geven in hoe klimaatverandering bedrijven zal raken. Ook wordt het op deze manier beter mogelijk bedrijven op dit punt te vergelijken en de voortgang die ze beloven te controleren.

Alle bedrijven met een beursnotering in de Verenigde Staten – Amerikaans en buitenlands – moeten aan de nieuwe regels gaan voldoen als die van kracht worden. Of dat gebeurt, staat nog niet helemaal vast. Eerst krijgt ‘het publiek’ zestig dagen de kans om op het voorstel te reageren. Daarna beslist de SEC er definitief over.

Indirecte uitstoot

Voor bedrijven zouden de nieuwe regels een enorme berg extra werk betekenen: de jaarlijkse CO2-uitstoot heeft een multinational niet zomaar eventjes in kaart gebracht. Veel grote bedrijven maken al wel iets van uitstootinformatie openbaar, maar de rapportage-eisen van de SEC zijn zeer vergaand. Zo moeten grote bedrijven niet alleen hun eigen uitstoot vermelden, maar ook de uitstoot die hun producten indirect veroorzaken (als dat voor hen relevant is). Denk aan de emissies die hun producten veroorzaken in de toeleveringsketen, bijvoorbeeld door transport. Of de uitstoot die wordt veroorzaakt als het product na verkoop gebruikt wordt. Voorbeeld: voor een verkoper van shampoo telt het warme water dat consumenten gebruiken om hun haar uit te spoelen ook mee.

‘Het publiek’ krijgt nu 60 dagen de tijd om op het voorstel te reageren

Deze uitstoot (scope 3, in duurzaamheidsjargon) is voor bedrijven veel moeilijker te meten dan de uitstoot van hun eigen fabrieken of winkels. Tegelijkertijd zijn deze indirecte emissies voor sommige bedrijven goed voor het overgrote deel van hun totale uitstoot – en dus nogal belangrijk. Om de betrouwbaarheid te vergroten, moeten bedrijven vanaf een bepaalde omvang hun data laten controleren door hun accountant.

De verwachting is dat bedrijven de komst van de regels flink zullen proberen tegen te werken. Die zitten helemaal niet te wachten op deze extra verplichtingen en alle kosten die daarbij komen kijken. En ook niet op de kwetsbaarheid die deze openheid kan veroorzaken. Moeilijke vragen van beleggers en milieuorganisaties liggen immers voor de hand als blijkt dat een bedrijf het veel slechter doet dan z’n concurrenten.

Lees verder…….