Rotterdams ensemble breekt lans voor vergeten Louise Farrenc

De Bezetting Speelt is de wat ongewone naam van een Rotterdams ensemble, dat uit vijf blazers en vijf strijkers bestaat en in wisselende samenstellingen speelt. Het is nog niet zo bekend, maar timmert toch al achttien jaar aan de weg, inmiddels als professioneel kamergezelschap. Na het dubbelalbum Made in Saint Petersburg (2017), met muziek van onder meer Moessorgski en Prokofjev, is er nu het mooie Made in Paris. Daarop staan Debussy en Ravel, maar ook de veel onbekendere Louise Farrenc.

Een lans breken voor onbekende componisten is altijd sympathiek, mits het terecht is, en dat is het in dit geval. Farrenc behoort muzikaal tot een veel eerdere generatie dan beide beroemde collega’s (ze stierf in 1875, het geboortejaar van Ravel). Haar Nonet, opus 38 is het laatste stuk op de cd en na Debussy’s sprankelende Children’s Corner en Ravels Introduction et Allegro, beide van begin twintigste eeuw, doet het aanvankelijk wat bedaagd aan. Maar Farrencs muziek vol inventieve motiefwerking en zwierige melodieën is een ontdekking. Echt ‘Frans’ klinkt het nonet niet, eerder doet het Beethovenachtig aan.

Debussy componeerde Children’s Corner als pianosuite voor zijn dochter (die een Engelse gouvernante had, vandaar de titel). Hoboïst Alexander van Eerdewijk maakte voor De Bezetting Speelt een sterk arrangement, waarin verschillende spelers zich kunnen tonen. Ravels Introduction et Allegro is niettemin het hoogtepunt van de cd, met een glansrol voor gastharpiste Doriene Marselje. Zij schittert met virtuoze notencascades, klaterende glissandi en vooral sprookjesachtig etherisch spel in de verstilde passages, die dit zo’n bijzonder werk maken.