Relatie tot Moskou is taak ‘Europese veiligheidsraad’

Luuk van Middelaar

Na een vernederende week, waarin Europese politieke spelers toezagen hoe de Amerikaanse en Russische president Biden en Poetin over hun hoofden heen de toekomst en veiligheid van Europa bespraken, is er beweging en gesprek. Tekens van leven. Wel oogt het nog vorm- en richtingloos.

Veel aandacht kreeg Annalena Baerbock, Duitslands nieuwe minister van Buitenlandse Zaken, met haar bezoek aan Kiev en Moskou. Met haar reisvolgorde gaf ze het signaal af pas na de Oekraïners te hebben gehoord met de Russen te willen spreken – een poging de Oost-Europese oerangst van een Pruisisch–Russisch ‘over ons zonder ons’ te bezweren. In het Kremlin wachtte haar de Russische veteraan Sergej Lavrov, trouwe stem van zijn baas. Een klein jaar geleden zette deze in een persconferentie in Moskou EU-buitenlandchef Josep Borrell voor schut; sindsdien heeft die geen rol meer in dit stuk. Voor Baerbock, op kennismakingsbezoek, was het dus vooral zaak enig respect van Lavrov te winnen – voor de toekomst.

Intussen kijkt de Duitse bondskanselier Olaf Scholz liever de andere kant op. Zijn eerste buitenlandreizen gingen naar Parijs, Brussel, Warschau, Rome en (dinsdag) Madrid. Prioriteit voor de EU en haar grote lidstaten, heel mooi. Tegelijk hoeft hij zo de Rusland-nostalgici in zijn partij – met meest prominent oud-SPD-kanselier Gerhard Schröder, dik betaald door Gazprom – nog niet te kapittelen. Wel doet zich aldus het gemis van zijn voorgangster voelen. Tijdens vorige Russisch-Oekraïense crisismomenten was zij achter de schermen alom aanwezig. Deze weken benut Poetin ook het politieke machtsvacuüm dat Angela Merkel achterlaat.

Anders dan in Berlijn is men in Londen aarzelend noch verdeeld: de Britten gaan er hard in. Minister van Defensie Ben Wallace schreef deze week een scherp stuk pro NAVO en tegen Poetin. Het Britse leger levert, als een van weinig NAVO-leden, lichte wapens aan Kiev. Even ontstond opwinding onder defensiewatchers, toen de betreffende Britse vluchten met een flinke boog om het Duitse luchtruim heen gingen; het Defensieministerie in Berlijn ontkende een verzoek tot overvlucht te hebben ontvangen. Gezaghebbend Tory-parlementariër Tom Tugendhat roept Europese politieke en zakelijke elites, inclusief die in de Londense City, op zich minder kwetsbaar te maken voor corruptie, zwart geld en beïnvloeding door kleptocratische regimes. Hij waarschuwt in dit verband tegen ‘Schröderisering’ – nog een tik tegen de Bondsrepubliek.

En de derde West-Europese macht, Frankrijk? President Macron focust op zijn binnenlandse herverkiezing. Hij ziet kennelijk geen voordeel in de rol van continentaal vredesstichter.

Wel is er sprake van om het ‘Normandië-formaat’ nieuw leven in te blazen, waarin Frankrijk en Duitsland met Rusland en Oekraïne overleggen en in februari 2015 een staakt-het-vuren tot stand brachten. In dit ‘Minsk-II-akkoord’ lag en ligt de beste kans op een vredesakkoord. Maar Moskou noch Kiev leven de bepalingen na. Dus kunnen beide partijen elkaar met recht van kwade trouw beschuldigen en wordt de vicieuze cirkel niet doorbroken. Ander Frans-Duits initiatief: ministers van Buitenlandse Zaken Jean-Yves Le Drian en Annalena Baerbock meldden eind vorige week samen de contactlijn in Donbas te zullen bezoeken.

Tegelijk bleek in de afgelopen week van de vernedering dat ook het bijeenbrengen van beide EU-machten – Duitslands economisch gewicht en Frankrijks gezag als kernmacht en permanent lid van de VN-Veiligheidsraad – te weinig indruk maakt op het Kremlin, zonder Amerika’s militaire slagkracht en zonder politieke vastberadenheid.

Omgaan met Moskou, zo luidt het adagium, vergt ‘afschrikking en dialoog’. De afschrikking heeft Europa echter verdeeld over een afdeling-militair (NAVO: wapens) en een afdeling-economisch (EU: sancties). Inzet en ijking van beide typen dwangmiddelen vragen om verfijnde afstemming, zeker tegenover een volleerd strateeg als Poetin. Precies wat nu ontbreekt. Hier ligt een taak voor een ‘Europese veiligheidsraad’, waar ook het kabinet-Rutte IV constructief over wil meedenken. Als een spelverdeler in crisistijd zou zo’n orgaan Europese hoofdrolspelers (Berlijn, Parijs en Londen, Brussel-EU, Brussel-NAVO) in crisissituaties bijeen kunnen brengen. Dit geeft althans een begin van een politieke vorm.

Uiteraard vraagt dat nog steeds om inhoud, oftewel een besef van onze doelen en de verhouding tot Rusland op lange termijn. Plus de politieke wil om voor die doelen een prijs te betalen, pijnlijke keuzes onder ogen te zien. U wilt geen Russisch gas? Dus dan wel kerncentrales, windmolens, waterstofinvestering – of een koude winter? Ook die gesprekken staan nog in de kinderschoenen.

Luuk van Middelaar is politiek filosoof en historicus.

Lees verder…….