Premier Rutte had geen spijtobject bij de hand

Het ding De spullen om ons heen en de dingen die we gebruiken: ze laten zien wat we belangrijk vinden en hoe de wereld verandert. Deze week: het spijtobject.



Foto Getty Images

Ergens tijdens het feest van flutfilms die rond de kerstdagen op televisie en op streamingdiensten voorbijkomen, zag ik de western-kungfu-flick Shanghai Noon (2000). Op een gegeven moment roken Jackie Chan en Owen Wilson de vredespijp met een groep Native Americans. Met mijn gedachten nog bij de excuses van Rutte voor de slavernij, dacht ik aan objecten die gekoppeld zijn aan woorden van spijt of schuld. Iedere schuld houdt de mogelijkheid tot vergiffenis in. Spijtobjecten verhouden zich tot die mogelijkheid, en zetten het proces van vergeving elk op een eigen manier fysiek kracht bij.

Het spijtobject dat wij het beste kennen, is het bosje bloemen, in de iconografie van het moderne leven vaak gekoppeld aan een man die iets moet rechtzetten. („Die heeft zeker wat goed te maken”, mompelen mannen soms als ze een soortgenoot met een bosje bloemen zien voorbijlopen.) Het bosje bloemen is een spijtbetuiging door de één, in een ornamentele materiële vorm, en loopt niet vooruit op vergeving door de ander.

De witte vlag, afkomstig uit de nautische geschiedenis, duidt op overgave, op wapens die worden afgelegd. Een soortgelijke symbolische functie heeft de olijftak, al zou ik zeggen dat er een nuanceverschil tussen de witte vlag en de olijftak bestaat. Waar de witte vlag traditioneel vaak het gevolg was van een verloren positie, van een ophanden zijnde nederlaag, komt de olijftak (een overblijfsel uit de Bijbel, de duif die met een olijftak kwam aanvliegen naar Noach, ten teken dat de zondvloed voorbij was en de toorn van God uitgewoed was) meer voort uit een verlangen naar vrede. De olijftak is dus uitnodigender dan de witte vlag.

In tegenstelling tot de objecten die tot nu toe de revue zijn gepasseerd, ontleent de vredespijp zijn betekenis aan het communale gebruik ervan: dader en slachtoffer, vriend en vijand, komen bijeen en roken de vredespijp, waardoor ze allen symbolisch meedoen aan het proces van vergeving. Op de spijtschaal, van simpele excuses (van één partij) tot vergiffenis (het verlangen van twee of meer partijen om pijn uit het verleden ondergeschikt te maken aan een nieuwe, conflictarme toekomst) is de vredespijp het summum.

Wat is vergiffenis? Het stoppen van de carrousel van schuld, die blijft draaien door het eigen schuldgevoel dat voortwoekert maar ook door de aanklachten van anderen, die je herinneren aan de schuld. Waarom het nodig is om die carrousel te stoppen? „Zonder vergeven te worden, zonder te worden bevrijd van de gevolgen van onze daden, zou ons vermogen tot handelen als het ware beperkt worden tot een enkele daad waarvan we nooit zouden herstellen; we zouden voor altijd het slachtoffer blijven van de gevolgen ervan”, aldus filosoof Hannah Arendt in haar klassieker The Human Condition (1958).

Relieken

Spijtobjecten begeleiden het proces van vergeving, door de spijt, of de excuses, een vaste vorm te verlenen. Zonder vaste vorm, als de woorden efemeer blijven, loop je het risico dat je spijt als vrijblijvend overkomt en dat de betekenis ervan vervliegt, omdat ze niet gekoppeld zijn aan een nieuwe reële werkelijkheid.

Des te jammerlijker dat de meeste spijtobjecten relieken zijn geworden; we kennen hun betekenis nog maar ze spelen geen rol in ons dagelijks leven. Alleen van het bosje bloemen maken we nog altijd gebruik, als slappe individuele geste. Het enige tastbare spijtobject waar we naar grijpen, als het veroorzaakte leed echt groot is, is geld: schadevergoedingen (als het gaat om concrete, meetbare schade) of herstelbetalingen (als het gaat om een grote, vaak morele schuld). Het grote filosofische bezwaar van herstelbetalingen is natuurlijk dat je een morele schuld terugbrengt tot een financiële; met elk bedrag waar je uiteindelijk op uitkomt, zeg je feitelijk: dit is de schuld waard, en geen cent meer. Dit zou neerkomen op afkoping, op een aflaat, het enige spijtobject waarmee vergeving geen collectief proces is maar een transactie die eigenhandig vervuld kan worden.

Premier Rutte had geen spijtobject bij de hand. Er waren alleen woorden, waarmee hij het proces van vergeving eigenhandig probeerde op te starten. Vandaar dat veel Surinaamse functionarissen en regeringsleiders verbolgen waren dat ze niet vooraf door Rutte waren gekend, en dus werden gedwongen te reageren op excuses waar ze niet om hadden gevraagd. Had iemand onze premier maar kunnen uitleggen wat het verschil is tussen een bosje bloemen en een vredespijp.

Lees verder…….