Oud-ASML-directeur: ‘Ze zeiden: Wim, houd toch op geld te verdonderen’

Interview

Wim Troost | oud-ASML-directeur Wim Troost (96) is een van de grondleggers van ASML. Hij weekte de lithografietechniek los bij Philips en zag van dichtbij hoe het bedrijf, met de nodige steun van de overheid, uitgroeide tot techsucces.

Zijn handdruk is wat minder krachtig dan gebruikelijk, verontschuldigt hij zich. „Tijdens mijn laatste vakantie liep ik een bacteriële infectie op. De dokter zei dat ik geen week langer had moeten wachten.” Gelukkig is Wim Troost (96) gezegend met een ijzeren gestel. En een ijzeren geheugen.

Troost, geboren in het decennium dat Philips de eerste radiotoestellen op de markt bracht, weet hoe je een techreus opricht. Hij speelde begin jaren tachtig een doorslaggevende rol bij de start van chipmachinefabrikant ASML.

Het succes van ASML kent vele vaders. Wim Troost was degene die zich ontfermde over een technologie waarmee Philips hevig in zijn maag zat: de lithografiemachine. Het was een vondst van het Natlab, het laboratorium waar honderden Philips-wetenschappers werkten aan vooruitstrevende techniek.

Natlab is hem dierbaar, zegt Wim Troost: „Ik zou graag nog eens een boek schrijven over de fantastische uitvindingen die daar gedaan zijn.”

Philips ontwierp zijn eigen innovatieve productiegereedschappen. Een van de Natlab-uitvindingen was een lithografiemachine die stapsgewijs een patroon projecteerde op een wafer – een ronde plaat silicium waarop chips gemaakt worden. Philips had een manier gevonden om dat nauwkeuriger en sneller te doen dan concurrenten.

Philips had zelf niet genoeg chips nodig om alleen daarvoor een volledige lithografiechipmachine te ontwikkelen. Begin 1978 deed Philips een poging om de technologie te verzelfstandigen, als een losse bedrijfstak die ook apparaten aan externe klanten zou leveren. Wim Troost stak als enige zijn hand op: hij wilde die uitdaging wel aangaan. Hij was destijds adjunct-directeur bij de divisie Science & Industry (producten voor industriële toepassingen). Andere divisiehoofden zagen geen heil in de lithografietechniek. „‘Wim, houd toch op geld te verdonderen’, zeiden ze tegen me.”

Weinig vraag

Er bleek weinig vraag naar een lithografiesysteem van Philips – het eerste systeem werkte nog met hydraulische motoren, met grote kans op olielekkage. Een variant met elektrische aandrijving was in ontwikkeling maar nog niet gereed. Wim Troost ging wereldwijd op zoek naar afnemers, maar kreeg niet genoeg lithografiemachines verkocht om de tak rendabel te maken.

Toch zette Troost door. Dat was gedurende zijn hele carrière zijn sterke punt, zegt hij aan de keukentafel van zijn boerderij in het Brabantse Nuenen: doorzettingsvermogen.

Het ministerie van Economische Zaken betaalde mee aan de ontwikkeling van Philips’ lithografietechniek en dreigde een fikse subsidie te staken als Philips niet verder zou komen met de ontwikkeling. Bij Economische Zaken zagen ze een oplossing: kon Philips niet samenwerken met ASM International, het bedrijf van de succesvolle Nederlandse ondernemer Arthur del Prado? ASM International hield zich immers ook met chipmachines bezig.

„We werden in 1983 door Economische Zaken uitgenodigd voor een bijeenkomst in Den Haag waar Del Prado tot ondernemer van het jaar werd uitgeroepen”, herinnert Troost zich. „Arthur del Prado was een zeer charmante man, maar voor een bedrijf in lithografiemachines niet geschikt. Ik zag een deal met hem niet zitten.” Philips bedankte beleefd, al bleven Economische Zaken en Del Prado aandringen.

Lithografiesystemen zijn de duurste apparaten in de fabriek, bepalend voor de inrichting van de overige productieprocessen. Troost: „Del Prado was een goede verkoper, maar hij had niet de juiste connecties voor de wereld van de lithografie. Die handel speelt zich af op het niveau van de directie, niet de inkopers. Bovendien ontbrak het ASM International aan kennis op lithografiegebied.”

Troost ging op zoek naar andere jointventurepartners – tevergeefs. De Amerikaanse fabrikant van lithografiesystemen Perkin-Elmer kwam met een delegatie van tien mensen in Eindhoven en was diep onder de indruk. „Perkin-Elmer wilde wel met Philips in zee, maar de Philips-staf reageerde niet”, zegt Troost. „De Philips-leiding had geen enkele visie.” Hij kan zich er nog over opwinden.

Toch een deal

Als noodgreep klopte Wim Troost, samen met zijn toenmalige Philips-baas George de Kruijff, in 1983 toch aan bij Arthur del Prado. De Kruijff was tot het inzicht gekomen dat een deal met ASM International de enige manier was om de Philips-techniek verder te ontwikkelen. In een kort gesprek was de joint venture tussen Philips en ASM International beklonken – beide bedrijven legden 7,5 miljoen gulden in – en zo ontstond ASML: Advanced Semiconductor Materials Lithography.

De eerste directeur van ASML werd Gjalt Smit, ook van Philips. Wim Troost bleef aan als commissaris.

Het vroege ASML kampte met slecht gemotiveerde medewerkers en geldgebrek, herinnert Troost zich: „Ik heb grote bewondering voor Smit. Hij trof bij zijn aantreden een onmogelijke situatie aan en wist de eigen organisatie en de wereld te overtuigen dat ASML de meest geavanceerde lithografietechniek op de markt zou brengen.”

Maar de deal met Arthur del Prado liep niet goed af, zoals Troost voorspeld had.

„ASM International leek goed in de slappe was te zitten omdat het bedrijf net naar de beurs was gegaan in de Verenigde Staten”, zegt Troost. Maar ASM International had in 1988 onvoldoende kapitaal voor een volgende investeringsstap en Del Prado trok zich terug uit de samenwerking. ASML overleefde met moeite, dankzij stevige overheidssubsidies en een – eenmalige – gulle bui van toenmalig Philips-topman Jan Timmer. In 1992 gaf hij ASML op het juiste moment financiële ruimte met een lening van 30 miljoen gulden.

Troost, bij Philips begonnen in 1951, ging in 1985 met pensioen. Ook daarna bleef hij nauw betrokken bij ASML. In 1987 stapte ASML’s toenmalige topman Gjalt Smit op en werd Wim Troost gevraagd als algemeen directeur in te springen. In 1990 ging hij definitief met pensioen – maar helemaal loslaten deed hij nooit. Hij bezoekt nog vaak de algemene aandeelhoudersvergaderingen, zowel bij ASML als bij Philips.

Bij zijn afscheid in 1990 kreeg Troost een vergulde wafer van het ‘ASM Lithography personeel’. Foto Dieuwertje Bravenboer

De meeste spullen van vroeger heeft hij inmiddels weggedaan. Maar niet de vergulde wafer die hij bij zijn afscheid in 1990 kreeg, met daarin gegrafeerd de woorden ‘onder dankzegging aan Ir. Wim Troost’ – het ASM Lithography personeel’.

En zijn hoofd zit vol dierbare herinneringen. Zoals aan vrijdag 12 december 1986, de dag dat Frits Philips, de voormalig bestuursvoorzitter van Philips en boegbeeld van het concern, zou langskomen voor een bezoek aan het fonkelnieuwe ASML-hoofdkantoor in Veldhoven. Een futuristisch wit gebouw in Silicon Valley-achtige architectuur, bedoeld om indruk te maken op Amerikaanse klanten. Het was een hele vooruitgang vergeleken met het noodgebouwtje in Eindhoven waar Troost in 1984 met vijftig voormalige Philips-medewerkers ASML was begonnen.

„Ik kwam Frits Philips tegen bij een aandeelhoudersvergadering. ‘Misschien vindt u het interessant ASML te bezoeken?’ vroeg ik hem. En hij zei ja.”

Het bezoek verliep niet helemaal zoals verwacht, vertelt Wim Troost. „Frits Philips stond erop zelf te rijden en sloeg af bij het eerste opvallende witte gebouw in de buurt van Veldhoven dat hij tegenkwam. Dat pand bleek van kantoormeubelfabrikant Ahrend, die zeer vereerd was met het spontane bezoek van de beroemde industrieel en hem een rondleiding aanbood.”

Het liep goed af: na een paar ongeruste telefoontjes wist Troost Frits Philips te traceren. „Meneer Philips is later die dag bij ASML langs geweest en was alsnog zeer belangstellend. Hij zei tegen Gjalt Smit en mij: Mannen, houd vol.”


Lees ook: Fotonica: geboorte van een nieuwe Nederlandse techreus

Lees verder…….