Opluchting in cultuursector: ‘Dit is een hoopgevende tussenstap’

De culturele sector reageert opgelucht op het bericht dat het kabinet zou hebben besloten tot voorwaardelijke opening van de culturele sector tot 22.00 uur, in plaats van de 20.00 uur die het OMT had geadviseerd. Maar logisch vindt men het niet dat het niet iets later kan, zodat er reguliere voorstellingen en optredens kunnen worden gehouden. „Eindelijk wat goed nieuws”, zegt Jurry Oortwijn, hoofd marketing van de Amsterdamse concertzaal Paradiso. „Tien uur is niet fijn voor ons, maar we kunnen concerten doen om acht uur, als dat moet.”

Jeroen Bartelse, directeur van concertzaal TivoliVredenburg en lid van de Taskforce culturele en creatieve sector: „Het is belangrijk dat de sector weer open gaat, daar is de sector zeker gedeeltelijk mee geholpen. Het zou wel logischer zijn om het tijdstip wat verder naar achter te leggen in verband met de spreiding van de uitloop, zodat er minder mensen tegelijk op de been zijn.” De Taskforce publiceerde vorige week een plan voor het veilig permanent (gedeeltelijk) openblijven van de cultuursector, ongeacht de besmettingsgraad.

Bartelse benadrukt dat nog niet bekend is wat de voorwaarden voor opening precies zullen zijn, zoals een maximale bezetting of verplichte zitplaatsen. Het kabinet neemt dinsdag het definitieve besluit over de maatregelen. Oortwijn: „Als alleen zitconcerten op afstand zijn toegestaan, gaan we sommige kleine zaal-shows verplaatsen naar de grote zaal. We hebben een aantal Nederlandse artiesten ‘onder de knop’ om voor 250 zittende mensen shows te doen op korte termijn.”

Lees ook deze reportage over de cultuurprotesten: ‘Een knipbeurt in het theater en een bootcamp-lesje in het museum’

Cultuurprotesten

Er was grote maatschappelijke druk ontstaan op het kabinet om de cultuursector te openen na de vorige persconferentie. Woensdag protesteerde de sector zelf door theaters en musea als kapsalons en gymzalen open te stellen, daags daarop gevolgd door een open brief van dertig burgemeesters, veelal voorzitters van de veiligheidsregio’s, die het kabinet opriepen horeca en cultuur te openen.

Ivo van Hove, directeur van Internationaal Theater Amsterdam (ITA) dreigde zondag bij het tv-programma Buitenhof beleefd dat het ‘hommeles’ zou zijn als de theaters niet open zouden gaan. Ook zei Van Hove dat „de weg naar de rechter dan de gepaste weg” zou zijn. Daar kwam op zondagavond een groot aantal, veelal maatschappelijk invloedrijke, toezichthouders van grote culturele instellingen bij. Zij schreven een „hartekreet” aan de nieuwe bewindslieden. Cultuurstaatssecretaris Gunay Uslu was tot haar benoeming toezichthouder bij een aantal culturele instellingen.

„Wij zijn oprecht bezorgd dat de culturele sector de lockdowns van de afgelopen twee jaar niet te boven komt”, schreven de toezichthouders in de brief. „Onze zorgen betreffen het culturele overleven, meer nog dan het economische overleven.” De omstandigheden in het najaar, toen concerten en voorstellingen tot 24.00 uur konden plaatsvinden mits de bar om 20.00 uur sloot, noemen zij „werkbaar”.

Lees ook dit profiel van Gunay Uslu: ‘Macher’ met charme en discipline

De versoepelingen pakken niet voor iedereen binnen de culturele sector hetzelfde uit. Musea zullen grotendeels open kunnen zoals ze gewend zijn, maar de popsector en de clubs niet. Berend Schans, directeur van pop- en festivalkoepel VNPF: „Het is een mooie en hoopgevende tussenstap, maar dit zet voor onze popsector nog geen zoden aan de dijk. Kennelijk moet dezelfde weg naar heropening gelopen worden als die naar sluiting, maar dan andersom.” Hij pleit voor snellere opening. „Wij willen open zonder beperkende maatregelen. Een groot deel van onze normale omzet wordt tussen 22.00 uur en 4.00 uur ‘s nachts gerealiseerd. Met gemiddeld zo’n 90 à 95 procent zaalbezetting (zonder anderhalve meter) kunnen we uit de kosten komen.”