Na de Giro en de Tour begint nu ook de Vuelta in Utrecht – ‘Het drieluik is compleet’

Wielrennen Als vrijdagmiddag de 77ste editie van de Vuelta d’Espana op het Jaarbeursplein begint met een ploegentijdrit, is Utrecht de eerste stad ter wereld die de drie grote wielerrondes heeft ontvangen. Een reconstructie van hoe de Domstad de Ronde van Spanje wist binnen te halen.

Team Jumbo-Visma tijdens de ploegenpresentatie van de Vuelta, donderdag op het Vredenburgplein in Utrecht.
Team Jumbo-Visma tijdens de ploegenpresentatie van de Vuelta, donderdag op het Vredenburgplein in Utrecht.

Foto Vincent Jannink / ANP

Aan de muur van de kantine van het middeleeuwse pand Het Keyserrijck, een van de oudste gebouwen van Utrecht, hangen drie schilderijen. Op elk exemplaar is de Domtoren afgebeeld – én een wielrenner. De kleur van de trui die de fietser draagt, verschilt: roze, geel of rood.

De lithografieën van de Utrechtse kunstenaar Jeroen Hermkens symboliseren elk de start van een grote wielerronde in de stad – de kleuren staan voor de leiderstruien. Van de Giro d’Italia (roze) in 2010 tot de Tour de France (geel) in 2015 en de Vuelta d’Espana (rood), die deze vrijdag begint in de Domstad. Daarmee schrijft Utrecht historie: het is de eerste stad ter wereld die door de drie grote wielerrondes is aangedaan.

„Het is als een jongensboek dat uitkomt”, zegt Cor Jansen van Utrecht Marketing. Hij was vanaf het begin betrokken bij de poging om de Ronde van Spanje naar Utrecht te halen. De Spaanse organisatie gaat niet vaak de grens over; het is de vierde keer in 77 edities – na Lissabon (1987), Assen (2009) en Nîmes (2017) – dat de Vuelta in het buitenland start. Hoe kreeg Utrecht dat voor elkaar?

Het is 26 maart 2015, precies honderd dagen voor de start van de Tour. Tijdens een ‘kickoff’-evenement in het Beatrixtheater op het Jaarbeursplein, verzamelen zich rond een statafel diverse leden van Business Peloton Utrecht (BPU). Deze lobbygroep is in 2008 opgericht om vanuit het bedrijfsleven de komst van de Tour naar Utrecht financieel mogelijk te maken.

Een van de leden is Jansen, dan marketingdirecteur bij de Universiteit Utrecht. Hij is groot wielerfan en was eerder ook bij de Giro betrokken. „Wat gaan we na de Tour doen?”, vraagt hij met een kwinkslag aan Klaas Verschuure, dan voorzitter van de D66-fractie in de gemeenteraad. Jansen oppert ook de Spaanse wielerronde naar de stad te halen. De mannen rond de statafel reageren enthousiast. ‘Vuelta 2019, 3 x raak’, schrijven ze op een velletje papier. Verschuure zet zijn handtekening eronder. „Ik dacht: stel dat het lukt, dan is het drieluik compleet. Dat zou wel heel erg gaaf zijn.”

De Tourstart in juli 2015 wordt een groot succes voor de stad. Het peloton rijdt onder de Dom door, de zon schijnt volop en er staan honderdduizenden mensen langs het parcours. „Utrecht kreeg er zelfvertrouwen van”, zegt Verschuure.

Geheim wapen

Gesterkt door het succes zet het BPU de plannen voor de Vuelta-start door. In augustus 2016 reist een delegatie, getooid in rode polo’s met de Domtoren erop, naar de provincie Ourense, waar de Ronde van Spanje dat jaar begint. Er is geen officiële afspraak of zelfs maar accreditatie geregeld, maar het BPU heeft een geheim wapen: oud-wielerprof Mathieu Hermans, die het grootste deel van zijn carrière in Spanje reed en daar zijn grootste overwinningen boekte. Als sprinter won hij tien etappes in de Vuelta.

Hermans hoort via via dat een afspraak met de directie van de Spaanse wielerronde wel mogelijk is. Op zaterdagochtend, de dag van de eerste etappe, vindt er een ontmoeting plaats in een hotel vlakbij de start. Hermans krijgt een dikke knuffel van de technisch directeur van de Vuelta, een oud-ploegleider van hem. Bij het gesprek dat volgt is binnen vijf minuten duidelijk dat ook de Spanjaarden het plan van een start in Utrecht wel zien zitten, herinnert Hermans zich. „Ze zeiden: ‘Zeg maar wanneer jullie het zouden willen houden.’ Cor viel nog net niet van zijn stoel.”

Wat meespeelt is dat de Vuelta in handen is van ASO, het bedrijf dat ook de Tour organiseert. De Spanjaarden waren zonder dat de Nederlanders het wisten in 2015 in Utrecht aanwezig tijdens de start van de Ronde van Frankrijk en ze redeneren: als je de Giro en de Tour kan organiseren, dan lukt het ook met de Vuelta.

Besloten wordt dat 2020 het beste jaar is om de Vuelta naar Utrecht te brengen. De Spanjaarden willen van het BPU nog wel horen hoe het zit met het politieke draagvlak, en ze vragen de Nederlanders met een verhaal te komen waarom de Vuelta in Nederland moet starten. Want de directie moet die beslissing wel in Spanje kunnen verkopen.

Politieke impasse

Het BPU draagt de lobby over aan de gemeente. Raadslid Verschuure is een van de kartrekkers, en verantwoordelijk wethouder Paulus Jansen (SP) is ook voorstander. Maar in de Utrechtse gemeenteraad is er geen meerderheid voor het plan. „We zaten in een politieke impasse”, zegt Verschuure. Om schot in de zaak te krijgen, organiseert hij een haalbaarheidsonderzoek. „Daarvan wisten we al dat zou blijken dat het haalbaar zou zijn, de Giro en Tour waren immers ook gelukt. Maar zo kregen we de kans om uit te zoeken hoe we dat het beste konden doen.”

Voor het onderzoek wordt Martijn van Hulsteijn gevraagd, eerder al projectleider bij de Giro en de Tour. Hij gaat eerst op zoek naar partners voor de drie etappes die Utrecht wil organiseren. Noord-Brabant meldt zich al snel, in het bijzonder Breda. Die stad probeerde in 2015 een Vuelta-etappe binnen te halen, maar dat ging niet door omdat de Tour dat jaar al begon in Utrecht. Twee provincies en drie steden stellen samen een roadbook op met drie etappes: een Utrechtse tijdrit, een etappe vanuit Den Bosch naar Utrecht, en een rit door Brabant met start en finish in Breda.

Vervolgens bedenken Van Hulsteijn en zijn team een verhaal dat de Spanjaarden kunnen verkopen in eigen land: de historische banden tussen Nederland en Spanje. „De Spanjaarden hebben Breda en Den Bosch bezet, ze hebben kasteel Vredenburg in Utrecht gebouwd. We wisten dat ze voor die historie erg gevoelig zouden zijn”, zegt Van Hulsteijn.

Als een Spaanse delegatie in het voorjaar van 2018 Nederland bezoekt, krijgen ze in het oude stadhuis van Breda een kopie te zien van De overgave van Breda (ook wel bekend als Las Lanzas), een beroemd werk van de Spaanse kunstschilder Diego Velázquez dat in Museum Prado in Madrid hangt.

Tegelijkertijd is de Utrechtse burgemeester Jan van Zanen begonnen met een groot charme-offensief. „We zaten er bovenop”, zegt hij. Van Zanen ontmoet de Spaanse directieleden voor het eerst bij de start van de Tour in Düsseldorf, in 2017. Daarna gaat Van Zanen op Spaanse les. „Ik was elke week wel ergens om een Spaanse worst of iets anders te onthullen. Dat vonden de Spanjaarden enig.”

NRC

Ruim 14 miljoen euro

Van Hulsteijn heeft ook de opdracht na te gaan onder welke voorwaarden de vijf aangesloten publieke partijen (de steden Utrecht, Breda en Den Bosch en de provincies Utrecht en Noord-Brabant) willen meedoen. Zij gaan uit van een begroting van 14,3 miljoen euro, bestaande uit een subsidie van 2,5 miljoen euro van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en een bijdrage van 5,5 miljoen uit het bedrijfsleven. Alleen dan zijn de gemeentes en provincies bereid zo’n 6,3 miljoen euro bij te dragen.

In de stad Utrecht willen college en raad alleen meewerken als ook de provincie meedoet. De relatie tussen de twee overheden is in die tijd slecht, onder meer vanwege gesteggel over de financiering van de Uithoflijn, een sneltram in Utrecht. Ook zit het de stad nog dwars dat de provincie geen financiële bijdrage leverde aan de Tourstart. De provincie op haar beurt vindt dat het te laat betrokken werd bij dat evenement, maar later wel een rekening voor de inzet van openbaar vervoer kreeg gepresenteerd.

Ditmaal besluit de provincie wel mee te werken. De Provinciale Staten zien het wielrennen als een kans om mensen aan te sporen tot een gezondere en duurzamere levensstijl. Onder leiding van gedeputeerde Pim van der Berg (D66) wordt er een meerderheid gevonden.

In de stad Utrecht maakt Verschuure namens D66, dat na de gemeenteraadsverkiezingen in 2018 zitting mag nemen in de coalitie, de Vuelta inzet van de formatiegesprekken. „De meerderheid in de raad voor het plan was verdwenen, dus ik wist: als ik het nu niet veilig stel, dan komt het er niet van.” De komst van de Vuelta komt in het coalitieakkoord terecht, Verschuure wordt de verantwoordelijke wethouder.

Eind november 2018 is de publieke besluitvorming rond en zijn er genoeg toezeggingen binnen vanuit het bedrijfsleven om de begroting sluitend te krijgen. Op woensdag 12 december maken burgemeester Van Zanen en koersdirecteur Javier Guillén de komst van de Vuelta naar Utrecht bekend. De persconferentie vindt plaats in het Cervantes Instituut, de plek waar Van Zanen op Spaanse les zit.

De taalcursus komt een jaar later van pas als de officiële handtekeningen onder het contract worden gezet tijdens de start van de Vuelta in Alicante. Het is moordend heet in de Spaanse kustplaats, maar Van Zanen trekt vijf minuten zijn pak en een rode das aan voor de foto. Even later staat hij op het podium. „Es un honor”, zegt Van Zanen in zijn beste Spaans tegen alle aanwezigen.

Een muurschildering in Utrecht.
Foto Vincent Jannink / ANP

Corona

Als de Utrechtse organisatie op het punt staat de voorbereidingen te beginnen voor de komst van de Vuelta, bereikt het coronavirus Nederland. In april 2020 gaat het snel: eerst besluit wielerbond UCI de Tour te verplaatsen naar augustus en een paar dagen later wordt bekend dat de Ronde van Spanje daardoor naar oktober opschuift. Daar zijn ze in Utrecht niet blij mee: een wielerfestijn in het najaar is een stuk minder aantrekkelijk.

Uiteindelijk gaat de start van de Vuelta in Nederland dat jaar niet door. Logistiek is het niet te regelen omdat locaties als de Jaarbeurs in oktober geen plek meer hebben. Utrecht zal nog twee jaar moeten wachten tot het aan de beurt is, omdat de start van 2021 al is toegezegd aan de Spaanse stad Burgos.

Het uitstel zorgt voor spanningen, omdat de constructie van vijf publieke partijen en het bedrijfsleven broos is. „Met de Vuelta hadden we altijd heel goed contact, die waren begripvol. Maar hier in Nederland was het een precaire situatie. Als één partner zou afhaken, was de kans groot dat het als een kaartenhuis in elkaar zou storten”, zegt Verschuure.

Door het uitstel is er 2,5 miljoen euro extra nodig, waarvoor de overheden opnieuw de portemonnee moeten trekken. Het wordt het spannendst bij de provincie Utrecht, waar na de provinciale statenverkiezingen van 2019 de meerderheid voor de komst van Vuelta verdwenen is. Een brief van het BPU, ondertekend door 2.200 bedrijven, trekt de gedeputeerden over de streep.

Daarna staat niets meer de door Utecht begeerde komst van de Vuelta in de weg. Eind 2021, als Nederland op het punt staat om opnieuw in lockdown te gaan, vliegt wethouder Verschuure naar Spanje voor de presentatie van het parcours van de Vuelta 2022. Een déjà vu – hij heeft dezelfde route twee jaar eerder ook gepresenteerd.

Er volgt een kickoff-evenement op honderd dagen van de start, ditmaal op de Neude. Donderdag is de ploegenpresentatie op een vol Vredenburg, en worden de 23 teams, met renners als wereldkampioen Julian Alaphilippe, titelverdediger Primoz Roglic en oud-Girowinaar Richard Carapaz, toegejuicht. Deze vrijdag rollen de renners om half zeven ’s avonds van het startpodium op het Jaarbeursplein voor een ploegentijdrit.

Voor de gelegenheid heeft de Utrechtse organisatie een wielershirt laten ontwerpen: zwart met roze, gele en rode ringen. Het komt nog in de verkoop, maar hangt al bij Cor Jansen in zijn kantoor. Hij steekt zijn wijsvinger op. „Wacht even”, zegt hij en hij pakt zijn telefoon erbij. Hij toont een foto waarop Jansen naast zijn racefiets staat, klaar voor een rondje in het speciale, zwarte shirt. Grijnzend: „Ik kon het niet laten.”

Lees verder…….