Minister Jetten laat veel concrete maatregelen voor klimaat links liggen

Extra klimaatbeleid Vleeseters, luchtreizigers en huiseigenaren kunnen gerust zijn: er komen geen extra heffingen. De woensdag gepresenteerde klimaatplannen draaien vooral om subsidies.

Windmolenpark bij Meeden.
Windmolenpark bij Meeden. Foto Sake Elzinga

Geen extra belasting op vliegreizen, geen vleestaks en ook nog geen forse afname van de veestapel. En de verplichting voor huiseigenaren om binnen twee jaar na de verhuizing de woning te verduurzamen wordt evenmin ingevoerd.

In zijn woensdag gepresenteerde plannen laat minister Rob Jetten (Klimaat en Energie, D66) veel concrete maatregelen voor extra klimaatwinst links liggen. Een maand eerder hadden ambtenaren van verschillende departementen op zijn verzoek een inventarisatie gemaakt van tal van mogelijke maatregelen. Die moeten de uitstoot van broeikasgassen in 2030 met 22 megaton (22 miljoen ton) beperken.

Op die manier kan het doel van de coalitie, over zeven jaar minstens 55 procent minder uitstoot dan in 1990, volgens de ambtelijke inventarisatie worden gehaald. De klimaatplannen die bij de totstandkoming van het kabinet waren gemaakt, bleken eind vorig jaar niet ambitieus genoeg.

Het streven naar de 22 megaton heeft Jetten overeind gehouden, maar hij probeert dat nu te bereiken zonder al te veel impopulaire maatregelen te nemen. Vanuit politiek oogpunt is dat logisch: binnen de coalitie ontbreekt het draagvlak om de uitstoot bij de woningeigenaar, boer of automobilist streng aan te pakken. Het verbod op fossiele leaseauto’s per 2025 leek bijvoorbeeld al breed aanvaard, maar ook dat ontbreekt in Jettens plannen.

Extra geld als smeermiddel

Als het politieke draagvlak niet sterk genoeg is, moet extra geld als smeermiddel gaan werken om de doelstellingen te halen. Subsidiëren kan dan in de plaats komen van strakke normen of extra belastingen. En tegelijkertijd is Jetten strenger op bestaande subsidies die tegen het klimaatbelang ingaan. Grootverbruikers van gas en elektra zien hun kortingen in de energiebelasting teruglopen, terwijl kleinere gebruikers zoals huishoudens de komende jaren juist goedkoper uit zijn bij de aanschaf van elektra en gas. Intussen wordt het afbouwen van fossiele subsidies onderzocht.

Het klimaatpakket van Jetten, dat uit 120 maatregelen bestaat, gaat tot en met 2030 28 miljard euro kosten. Veel geld, maar het komt voor bijna 25 miljard uit het klimaatfonds. Dat fonds van 35 miljard is al ten tijde van de coalitievorming bij elkaar gebracht. Daarnaast zijn er nog ongebruikte subsidiepotjes (2,5 miljard euro) en gaat de belasting op nieuwe auto’s met een verbrandingsmotor omhoog. Die belastingverhoging (600 miljoen) is de spreekwoordelijke uitzondering binnen het woud van subsidies: met de opbrengst wordt de tweedehandse elektrische auto goedkoper gemaakt.

Lang niet alle maatregelen zijn uitgewerkt, terwijl extra reductie van 22 megaton broeikasgas niet gering is

Ongelukkig is vooral de timing. De bekendmaking van de klimaatinvesteringen viel deze week samen met de afronding van de Voorjaarsnota, de jaarlijkse bijstelling van de begroting. Het kabinet moet bezuinigen, is daarin de teneur en dan vallen de extra investeringen in het klimaat extra op. Voor het eerst in jaren moeten alle ministers weer met de kaasschaaf aan de slag om de uitgaven te beperken.

Lees ook: Nieuwe klimaatplannen: elektrisch rijden goedkoper, nog onzekerheid bij landbouw en industrie

Daar heeft Jetten geen last van en dat is niet alleen omdat hij de minister is die het geld uit het klimaatfonds beheert. De investeringen die hij deze week voorstelt zijn geen langlopende uitgaven die structureel op de staatsbegroting drukken. En, ook niet onbelangrijk, veel Nederlanders hebben begrip voor extra uitgaven: driekwart maakt zich zorgen over de klimaatontwikkeling.

Blijft de vraag of de klimaatwinst vooral met subsidies kan worden binnengehaald. Lang niet alle maatregelen zijn concreet uitgewerkt, terwijl de doelstelling van een extra reductie van 22 megaton niet gering is: dat staat gelijk aan 15 procent van de huidige uitstoot. Waar wordt die winst in de verschillende sectoren behaald?

Mobiliteit

De maatregelen rond verkeer, die 4 megaton aan uitstootreductie moeten opleveren, leidden binnen de coalitie tot de moeilijkste besprekingen. Tot 1 uur woensdagochtend onderhandelden de betrokken ministers over plannen die tien uur later door de ministerraad moesten worden goedgekeurd.

Bijna 1 miljard gaat naar het goedkoper en comfortabeler maken van elektrisch rijden. Wie een gebruikte auto koopt, maakt – tot 2030 – aanspraak op de beschikbare subsidie van 600 miljoen. Nog eens ruim 400 miljoen gaat naar extra laadpalen. Ook de uitbreiding van het aantal milieuzones in gemeenten – verboden terrein voor viezere auto’s – moet voor klimaatwinst zorgen.

Bijna ongemerkt stijgt ook het aandeel biobrandstof in de tank de komende jaren. De toename van bijvoorbeeld bio-diesel of bio-ethanol valt alleen op bij het afrekenen: per liter kost die toevoeging een paar cent extra.

Het beroepsvervoer gaat meer van de nieuwe maatregelen merken dan de gemiddelde automobilist. De normen voor de CO2-uitstoot worden strenger. Dat geldt voor vrachtwagens maar ook voor de binnenvaart, die zo’n 5 procent van de uitstoot bij transport voor zijn rekening neemt.

Huizen en kantoren

Dat het verduurzamen van de zogeheten gebouwde omgeving lastig is, blijkt wel uit de uitgaven. De extra stimulans voor de 8 miljoen woningen en 1 miljoen andersoortige gebouwen (scholen, kantoren) omvat 9 miljard euro. Daarmee wordt de uitstoot met 1,4 megaton beperkt. Een isolatieprogramma van bijna 3 miljard en de extra aandacht voor ‘kwetsbare’ wijken (425 miljoen) moeten de energierekening en de uitstoot reduceren. Via het Warmtefonds kunnen meer mensen – tot een inkomensgrens van 60.000 euro – een renteloze lening sluiten om hun huis te isoleren.

Het beroepsvervoer gaat meer van de nieuwe maatregelen merken dan gemiddelde automobilist

Voor de aanleg van collectieve warmtenetten trekt Jetten 1,4 miljard euro uit. Individueel kan of moet de woningeigenaar overstappen op een warmtepomp. Een jaar geleden bepaalde het kabinet dat vanaf 2026 de vertrouwde cv-ketel moet worden vervangen door zo’n pomp. Om die overgang te vergemakkelijken wordt nu bijna 900 miljoen uitgetrokken. Nog eens 100 miljoen subsidie komt er om meer zonnepanelen op huurwoningen te krijgen.

Voor commerciële verhuurders gaan strengere regels gelden. Zij moeten vóór 2027 15 procent van „de slechtste gebouwen” hebben verbeterd. In 2030 moet dat aandeel verduurzaamde woningen op een kwart liggen. Woningen met een slecht energielabel (E,F of G) mogen na 2029 niet meer worden verhuurd. Ook voor bedrijfsgebouwen en andere utiliteitsgebouwen worden de normen strenger.

Industrie

De industrie moet met 5,2 megaton voor de grootste klimaatwinst gaan zorgen. Tegelijkertijd zijn die maatregelen nog lang niet allemaal uitgewerkt. Veel is afhankelijk van de afspraken die momenteel met het bedrijfsleven worden gemaakt. Via zogeheten maatwerkafspraken wil minister Micky Adriaansens (Economische Zaken, VVD) de uitstoot beperken: industriële bedrijven moeten toezeggen in duurzaamheid te investeren, terwijl de overheid bijvoorbeeld voor nieuwe infrastructuur zorgt. Het tempo van die afspraken is nog laag en voor de buitenwereld is lastig te bepalen hoe concreet de bereikte resultaten zijn.

Daarnaast gaat de extra CO2-heffing die sinds 2021 in Nederland wordt geheven omhoog. Pas tegen de zomer wordt duidelijk met hoeveel. Ook komt er een verplichting voor circulariteit: in 2027 moet nieuw plastic voor ten minste 25 procent uit hergebruikt materiaal bestaan, wat naar verwachting tot 0,7 megaton minder uitstoot leidt.

Elektriciteitsproductie

In 2035 moet de stroomproductie zonder uitstoot van broeikasgassen plaatsvinden. Nu is het aandeel van de uitstoot nog 20 procent. Dat betekent dat over twaalf jaar windmolens en zonnepanelen het grootste deel van de productie voor hun rekening nemen. Voor de momenten dat die te weinig opleveren wil Jetten geld steken in centrales die uitstootvrij stroom produceren, bijvoorbeeld met behulp van waterstof.

Minder duidelijk is waar de klimaatwinst tot 2030 behaald gaat worden. Om tot een reductie van 4 megaton te komen gaat er extra geld naar batterijopslag, worden zonneparken verplicht zelf stroom op te slaan en moet de nodige CO2 worden afgevangen en ondergronds opgeslagen.

Landbouw

Het minst concreet zijn de maatregelen die de uitstoot van de agrarische sector moeten beperken. Jettens hoop is gevestigd op het landbouwakkoord dat tot strengere normen en hogere heffingen moet leiden. Dat akkoord, waarover overheid en agrarische sectoren onderhandelen, moet voor een uitweg uit de stikstofcrisis zorgen. Reductie van stikstof, bijvoorbeeld minder veeteelt, kan ook direct klimaatwinst opleveren. De interdepartementale groep ambtenaren stelde een maximum norm van het aantal dieren per hectare voor. En als de besprekingen voor het akkoord stranden? Dan moeten de bewindslieden, van landbouw en stikstof, zelf met een aanpak komen, zegt Jetten.

Lees verder…….