Met een fat bike over de kinderpiste vanwege gebrek aan sneeuw

Chamrousse, een dorp in de Franse Alpen, deze week. Op Oudjaarsdag werd het 7 graden Celsius op de top op 2.250 meter hoogte.


Foto Sarah Mangeret

Reportage

Groene pistes Ruim de helft van de Franse skipistes is dicht: geen sneeuw. In skidorp Chamrousse raken wandelen en mountainbiken in zwang. Of een tocht met sledehonden. Zonder slee nu, want die glijdt niet.

Op de smalle autoweg die kronkelend door de Franse Alpen naar wintersport-oord Chamrousse leidt, rijden geen skibussen met kletterende sneeuwkettingen. In plaats daarvan werkt een mountainbiker in een strak pakje zich zwetend de bult op. Twee gemeentemedewerkers hebben geen sneeuwschuivers om de weg begaanbaar te maken, maar bladblazers waarmee ze pogen de bruine bladeren van het wegdek te krijgen. Aan weerszijden van de weg liggen alleen helemaal boven nog een paar grauwe restjes sneeuw. Het zijn de smeltende getuigen van betere tijden. Want het heeft in Chamrousse, een middelgroot skigebied iets ten westen van het bekende gebied Alpe d’Huez, al bijna drie weken nauwelijks gesneeuwd. De sneeuw die voor de Kerst viel, is grotendeels gesmolten door de extreem hoge temperaturen – op Oudjaarsdag werd het 7 graden op de top op 2.250 meter hoogte. Verwacht wordt dat verse sneeuw nog zeker een week op zich laat wachten.

Door het gebrek aan sneeuw zijn slechts zes van de 43 pistes van Chamrousse geopend. Ook de rest van de Alpen kleurt grotendeels groen: ruim de helft van alle Franse skipistes is gesloten. Lager gelegen gebieden zijn helemaal dicht. Alleen de extreem hoge gebieden en de zuidelijke Alpen worden gespaard. Ook de andere Alpenlanden kampen met een gebrek aan sneeuw.

Het maakt alles anders dan het hoort te zijn, vertelt men in Chamrousse. Een skiverhuurder zegt dat „100 procent” van zijn ski’s beschadigd terugkeert omdat talloze stenen door het dunne laagje sneeuw heenpiepen. Om dit financieel te kunnen lijden biedt hij geen verzekering meer aan en rekent hij alle kosten door aan zijn klanten. Een kledingverkoper zegt dat er alleen nog toeristen op de pistes te vinden zijn – locals wachten liever op verse sneeuw. Een Nederlandse skister vertelt dat ze van piste naar piste moest lopen via gras. Een reddingsmedewerker deelt mee dat hij en zijn collega’s tijdelijk parttime werken omdat er simpelweg te weinig te doen is gezien de gesloten pistes. „De sfeer is bedrukt.”

Bruine vegen na het vallen

Heel Chamrousse oogt bedrukt. In het dorp, gelegen op 1.650 meter, is de bakkerij gesloten, zijn de restaurants nagenoeg leeg en zijn er weinig mensen op straat. Het kleine aantal aanwezige skiërs en snowboarders loopt door de motregen naar de lift. Die brengt vooral veel lege cabines naar boven. Vanuit de ‘eitjes’ zijn eindeloze donkerbruine en groene hellingen te zien met gelige stroken sneeuw die de laatste pistes vormen. De top is bedekt met sneeuw, maar ook daar schijnen ijs, keien en planten door de dunne laag. Skiërs en snowboarders die vallen, staan op met bruine vegen op hun kleding.

„Gelukkig hebben we sneeuwschuivers, daarmee hebben we het huidige aanbod kunnen maken”, zegt directeur van de plaatselijke VVV Christopher Hardy in het houten kantoor van zijn office du tourisme. „En als de kou terugkeert, kunnen we weer kunstsneeuw maken. Maar als het zo warm blijft, zullen we de afdalingen naar het dorp moeten sluiten en dan kan er alleen nog boven geskied worden.” Als het nog langer duurt, zullen ook die pistes gesloten worden. „Dan komen de mountainbikes tevoorschijn.”


Lees ook: Slappe sneeuw en veel gras teisteren wintersportgebieden: hoe blijft skiën toch veilig?

Het is niet de eerste keer dat Chamrousse kampt met weinig sneeuw aan het begin van het wintersportseizoen. Maar iedereen in het dorp beseft dat het door klimaatverandering een steeds vaker terugkerend probleem zal zijn. „En dus zijn we bezig ons aan te passen”, zegt Hardy. „We bieden steeds meer activiteiten aan buiten het skiën om. Zo openen we deze zomer een grote tokkelbaan en bieden we onder andere digitale spellen aan, een sleepark, een spa, ijsduiken en tochten met sledehonden.” Die laatste worden vanwege het gebrek aan sneeuw nu wandelend uitgevoerd en niet per slee.

Ook deze week kiezen veel bezoekers voor andere activiteiten. In de VVV gaat vrijwel iedere vraag over wat er nog meer te doen is nu de pistes er zo slecht aan toe zijn. Twee Italiaanse vrouwen gaan met hun kinderen naar de plaatselijke markt. Een in skischoenen gestoken stel uit Israël overweegt een wandeling. Een Nederlandse man gromt naar de receptionist dat „hij in twintig jaar niet zo weinig sneeuw heeft gezien” en vraagt of hij korting kan krijgen bij de skiverhuur. Naast een stilstaande pannenkoeklift fietst een man op een fat bike de berg op, omringd door wandelaars die met rondspringende honden omhoog lopen over wat een paar weken geleden nog de kinderpiste was.

In het skidorp Chamrousse heeft het al bijna drie weken nauwelijks gesneeuwd.
Foto’s Sarah Mangeret

Ook verhuurders van ski’s en snowboards verbreden hun aanbod. Zo vertelt Fabien Royer van skiverhuurbedrijf Skimium dat hij sinds dit jaar ook in de zomer open is en mountainbikes verhuurt. „Ik heb ze deze winter nog niet tevoorschijn gehaald, maar ik heb ze maar niet te ver weg opgeborgen”, vertelt hij achter de balie van zijn verlaten winkel in het centrum van Chamrousse. Bij het lager gelegen, volledig gesloten skigebiedje Alpe du Grand Serre kunnen mensen momenteel de klimsport ‘via ferrata’ doen en wordt dit weekend voor het eerst ooit in de winter het bike park geopend.

De wintersportvakantie verandert zo noodgedwongen in een vakantie die niet alleen draait om skiën of snowboarden. Een ontwikkeling die al gaande was: al jaren zien bergdorpen dat een groeiende groep bezoekers ook komt voor de spa of een wandeling. Hardy ziet het sinds een jaar of vijf in zijn gebied. Van de mensen die de cabinelift omhoog namen in het warme weekend van Oud en Nieuw was 10 procent wandelaar. „Vroeger was dat onvoorstelbaar, toen draaide alles om skiën.”


Lees ook: Hoe de lager gelegen wintersportoorden naar alternatieven zoeken voor hun toeristen

Hoog-hoger-hoogst

En er verandert meer. Door de toenemende warmte worden laaggelegen gebieden zoals Alpe du Grand Serre minder aantrekkelijk voor wintersportliefhebbers, waardoor mensen die daar normaal heengaan naar middelhoge gebieden als Chamrousse komen. Zo vertelt Hardy dat er rond de Kerst plots zo’n tweeduizend bezoekers per dag meer in zijn gebied waren nadat omringende lage gebieden dicht waren gegaan. En inmiddels overwegen skiërs in Chamrousse naar nog hoger gelegen gebieden te gaan. „Ik weet niet eens of we deze week hier kunnen blijven skiën”, zegt de Noord-Franse Amandine Haslin (28) bij de top van de skilift. Ze draagt een bril onder haar oranjekleurige sneeuwbril. „Als het dit weekend niet meer te doen is, rijden we door naar Alpe d’Huez of Les Deux Alpes.” Die gebieden zijn zo’n anderhalf uur rijden van Chamrousse en gaan tot zo’n 3.500 meter hoogte.

Foto Sarah Mangeret

Het nadeel is dat deze gebieden drukker zijn en door de te verwachten verschuiving naar hoog-hoger-hoogst de komende jaren nog drukker zullen worden. Ook zijn de hoge (en grotere) gebieden vrijwel altijd duurder. Zo kost een skipas in Alpe d’Huez 58 euro per dag, terwijl die in Chamrousse in normale tijden 35 euro is. Ook verblijven zijn een stuk duurder en de reis ernaartoe is doorgaans langer. Dit komt bovenop de 8 tot 10 procent die wintersportvakanties überhaupt al duurder zijn geworden door onder meer de energiecrisis.

Zo wordt skiën steeds minder toegankelijk voor mensen met een kleine portemonnee. In Nederland, waar wintersport door velen überhaupt al beschouwd wordt als een vakantie voor rijkelui vanwege de hoge prijzen (zo’n 1.500 tot 2.000 euro per week per persoon), zal de groep van 900.000 Nederlanders die jaarlijks op wintersport gaan verder uitdunnen. En in Frankrijk, waar skiën wordt beschouwd als een sport populaire beoefend door alle lagen van de samenleving, zal de groep skiërs elitairder worden. „Als over een paar jaar alle lage gebieden geen sneeuw meer hebben en hogere gebieden inkrimpen, gaan de prijzen exploderen”, voorspelt Hardy. „Dan kan straks nog maar 1 procent van de mensen plezier beleven aan deze mooie sport.”

De ontwikkelingen maken Hardy’s baan uitdagend („we gaan chaotische jaren tegemoet”), maar het raakt hem ook persoonlijk. „Mijn hart breekt als ik het gebied zo zie. We zijn montagnards, bergbewoners, en we willen dat de mensen die hier komen kunnen genieten en dat ze onze omgeving mooi vinden. Het maakt me verdrietig dat we hen niet meer dan dit kunnen bieden.”

Op de top is de sfeer iets beter dan in het dorp. Af en toe stapt een groepje skiërs en snowboarders met goede moed de lift uit en glijdt door de mist langs een waarschuwingsbord voor keien en een afgesloten zwarte piste richting de afdalingen die nog open zijn. „Ik ben blij dat we überhaupt kunnen skiën”, zegt Rémi Lesage (28) uit Noord-Frankrijk. „Hoewel je wel echt moet slalommen om de stenen.” Ellen Remmelink (47) uit Papendrecht, die met haar man en drie pubers op vakantie is, zegt het „heel knap” te vinden hoe de pistes er nog bij liggen „onder deze omstandigheden”. Ze laat de gebutste onderkant van haar ski’s zien. „We hebben wel wat krassen opgelopen.”

Lees verder…….