Inflatie in oktober licht gedaald naar 16,8 procent

De inflatie is in oktober gedaald naar 16,8 procent, een daling van 0,3 procentpunt vergeleken met afgelopen september. Dat blijkt uit voorlopige cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maandag heeft gepubliceerd, op basis van de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP).

De prijs voor energie, inclusief motorbrandstoffen, bleef ook in oktober stijgen. In vergelijking met vorig jaar is energie 113,8 procent duurder geworden. In september lag dat nog op 99,8 procent. Niet iedere burger voelt de gestegen energieprijzen al in de portemonnee, omdat in het verleden afgesloten vaste energiecontracten soms nog langere tijd lopen.

Maandelijks brengt het CBS de HICP uit. Dat is een rekenmethode waarmee de inflatiecijfers van de lidstaten van de Europese Unie met elkaar kunnen worden vergeleken. De inflatie van de gehele eurozone lag in september op 10,0 procent. Begin november komt het statistiekbureau met een Nederlandse berekening van de inflatie in oktober: de consumentenprijsindex (CPI). Het grootste verschil tussen de rekenmethodes is de samenstelling van het pakket goederen en diensten, waarvan de prijsstijgingen in de gaten worden gehouden.

Inflatie eurozone

De inflatie in de eurozone is in oktober opnieuw gestegen, dit keer naar een recordhoogte van 10,7 procent ten opzichte van een jaar eerder. De toename van de inflatie is sterker dan waar economen rekening mee hadden gehouden, vorige maand ging het nog om 9,9 procent vergeleken met vorig jaar. Dat heeft het Europese statistiekbureau Eurostat maandag bekendgemaakt op basis van voorlopige cijfers (pdf). De inflatie wordt vooral omhoog gestuwd door de hoge energieprijzen, maar ook kosten voor eten en industriële goederen spelen een rol. De Europese Centrale Bank heeft vanwege de alsmaar oplopende inflatie vorige week nog besloten om de rente opnieuw te verhogen.

Lees ook: Baas Franse centrale bank: ‘We moeten en zullen de inflatie terugdringen’