‘Ik ken de pijn van je niet kunnen uiten zoals je wilt’

Mijn toekomst Plannen, kansen, keuzes, ambities. In deze serie vertellen mensen hoe zij hun komende jaren voor zich zien. Deze week: Vera Hijkoop wil andere stotterende mensen helpen


‘Ik stotter. Sinds ik werk, nu twee jaar, is het heftiger geworden. Ik zit midden in een zoektocht. Waar komt mijn stotteren vandaan? Hoe komt het toch dat dit erger is dan het was?

„Ik heb al heel wat logopedie gedaan. De oplossing ligt niet bij een of andere spraaktechniek. Daar ben ik inmiddels wel achter. Mindfulness helpt me wel. En vooral: proberen mild te zijn voor mezelf en anderen. Als ik stotter, schieten er te veel gedachten tegelijk door mijn hoofd.

„Hoe meer ik focus op vloeiend spreken, hoe erger ik stotter. Als ik thuis, alleen en rustig, in de kamer zit, kan ik hele toespraken houden. In gesprekken komen de blokkades.

„Heel frustrerend kan dat zijn, maar tegelijk zie ik stotteren ook als iets leerzaams. Het helpt me om mezelf steeds beter te leren kennen en mensenkennis op te doen. Ik noem stotteren weleens een ‘fijnemensenmagneet’. Mensen die vooral met zichzelf bezig zijn, snel oordelen en weinig geduld hebben met anderen, zullen niet lang bij mij blijven hangen.

„Ik heb een vriend, ik heb vrienden en collega’s die echt al het geduld van de wereld met mij hebben. Ik realiseer me hoe waardevol dat is.

„Bij sollicitaties ben ik afgewezen omdat ik stotter. Dat vind ik dan niet eens zo erg. Als ze daarvoor geen geduld en begrip kunnen opbrengen, waarvoor dan wel? Dan ben ik blij dat ik daar niet hoef te werken.

„Ooit heb ik met mezelf afgesproken dat ik bij mijn keuze van opleidingen en banen geen rekening houd met m’n stotteren. Ik doe alleen wat ik interessant vind. Ik laat me niet leiden door een beperking.

„Wat werk betreft, zit ik in een spannende fase. Ik heb gesolliciteerd op een promotieplek in Kolding, Denemarken. Ik ben uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek. Ik wil er heel graag werken.

„De universiteit in Kolding heeft een specialisatie die ‘design for play’ heet, in samenwerking met Lego. Mijn passie zit bij ‘spelend leren’. Ik heb industrieel ontwerpen gestudeerd. Ik vind dat ontwerpers meer moeten werken vanuit het perspectief van kinderen en jongeren. Er wordt nog te veel gedacht vanuit technische mogelijkheden en te weinig vanuit de behoeften van het kind.

„In het bijzonder ben ik geïnteresseerd in ‘embodied design’, dus: hoe kun je met lichamelijke, non-verbale communicatie tot interactie komen? Simpeler gezegd: kunnen we middelen creëren voor kinderen waarbij ze zich op andere, meer intuïtieve manieren kunnen uiten dan alleen met gesproken en geschreven taal?

„Ik wil speelse middelen ontwikkelen, zodat stotterende kinderen zich kunnen uiten over frustraties en beter kunnen omgaan met vervelende stotterervaringen. Ik mag wel zeggen dat ik een ervaringsdeskundige ben op dit gebied. Uit mijn eigen jeugd ken ik de pijn wanneer je je niet kunt uiten zoals je zou willen. En ook dat er mensen zijn die alleen maar oppervlakkige dingen aan je vragen, omdat ze voor jou beslissen dat je toch niet uit je woorden kunt komen bij een serieus onderwerp.

„Heel graag wil ik in Denemarken onderzoek doen. Ik heb de indruk dat ze daar verder zijn dan in Nederland wat betreft aandacht voor spelen en mentale gezondheid.

„Ik heb al een half jaar in Kolding gewoond, toen ik daar stage liep aan de universiteit. Ik vind mensen in Denemarken minder gehaast dan in Nederland. Denen zijn, denk ik, ook minder prestatiegericht. Een docent daar heeft mij wel eens om twee uur ’s middags naar huis gestuurd, toen hij merkte dat ik gestresst was. Hij zei: ‘Ga jij maar even ontspannen, en probeer het morgen opnieuw.’ Dat had ik even nodig.

„Natuurlijk geef ik anderen niet de schuld als ik last van stress heb. Ik weet dat ik zelf anders met stress moet omgaan. In Denemarken ging me dat beter af dan de afgelopen twee jaar in Nederland.”

Lees verder…….