‘Iedereen is wel eens eenzaam’, zegt de auteur van Alleen

Interview

Relaties Hoe leid je een goed leven zonder romantische relatie? Schrijver Daniel Schreiber onderzoekt het in zijn boek Alleen. „Ik leerde het alleen-zijn niet meer uitsluitend als iets negatiefs te zien.”

„Ik heb er nooit bewust voor gekozen alleen te leven. Integendeel, ik ben er lang van uitgegaan dat ik mijn leven met iemand zou delen en dat we samen oud zouden worden”, schrijft Daniel Schreiber in zijn boek Alleen.

Daniel Schreiber (45), journalist en schrijver, woont in zijn eentje in Berlijn. Hij had relaties en affaires, woonde twee keer voor langere tijd samen en plande met een van zijn geliefdes jarenlang een gezamenlijke toekomst. Hij had er uitgebreid over gefantaseerd hoe dat eruit zou kunnen zien. Een oude boerderij, in de buurt van Berlijn. Hij zou zich verbonden voelen door gedeelde interesses, eindeloze gesprekken, hartstocht. Een gastvrij huis zou het zijn, waar altijd plaats was voor bezoek en ruimte voor grote diners. In de tuin zou hij groente en fruit telen: moerbessen, morellen, abrikozen en verschillende soorten perziken, Italiaanse raapstelen, radicchio del castelfranco, borlottibonen.

Het huis met de grote tuin kwam er nooit. De relaties gingen voorbij.

„Eerst verstreken er maanden, daarna jaren waarin ik geen relaties had en waarin uiteindelijk ook de affaires zeldzamer werden”, schrijft Schreiber in zijn boek Allein, dat deze maand in de Nederlandse vertaling uitkwam als Alleen. Daarin verweeft hij zijn persoonlijke verhaal, ervaringen en gevoelens met theorieën en ideeën van filosofen, wetenschappers, schrijvers en kunstenaars. Is het mogelijk om alleen, zonder romantische relatie, een goed leven te leiden, vraagt hij zich af. En kunnen vriendschappen een remedie zijn?

Nog nooit leefden zoveel mensen alleen als nu. In Nederland zijn dat er 3,2 miljoen, 18 procent van alle inwoners. In Duitsland gaat het om 17,3 miljoen mensen (meer dan 20 procent). Uit recent Brits onderzoek blijkt dat bijna een op de tien Londenaren zich heel eenzaam voelt, in New York gold dat in maart van dit jaar voor zelfs bijna een op de zes inwoners. We zijn beland in een eenzaamheidscrisis, betoogde de Britse econome Noreena Hertz in De eenzame eeuw (2020). Oorzaken: het neoliberalisme, individualisering, globalisering, digitalisering.

Maar, zegt Daniel Schreiber, als we hem via een videoverbinding spreken over zijn boek, eenzaamheidscrisis is geen woord dat hij graag gebruikt. „Vaak gaat er achter die term een politieke agenda schuil. Een weemoedig verlangen naar die goede oude tijd, naar traditionele sociale verbanden van huwelijk en gezin. En die kant moeten we niet op.”

En, zegt Schreiber, eenzaam zijn is iets anders dan alleen zijn. „Er zijn ook mensen met een partner die zich eenzaam voelen. In Duitsland was er een onderzoek waaruit bleek dat veel heteromannen zich eenzaam voelen als ze geen relatie hebben, terwijl veel heterovrouwen zich juist eenzaam voelen ín een relatie.”


‘Stedelingen trekken zich steeds meer terug in privacybubbels’

En je kunt ook alleen zijn zonder je eenzaam te voelen.

„Ja. Zelf ben ik ook soms graag alleen. Ik groeide op op het platteland, in een groot gezin, en vond het als kind prettig om te lezen of alleen met de hond in het bos te wandelen. Even alles om me heen vergeten, in gedachten verzinken. Natuurlijk doe ik graag dingen met andere mensen, maar ik ben ook graag in m’n eentje thuis. Ik vind het fijn me aan mijn dagritme te houden zonder daarover aan iemand verantwoording te hoeven afleggen.”

De pandemie maakte dat u zich eenzaam ging voelen?

„Eenzaamheid betekent voor iedereen iets anders. Sommigen voelen zich al eenzaam als ze een avondje alleen thuis zijn, anderen hebben er nauwelijks last van. Maar iedereen is wel eens eenzaam. En als dat voor langere tijd zo is, lijden de meeste mensen daar onder. De Harvard Grant Study, een langlopend onderzoek dat sinds 1938 de psychische en lichamelijke gezondheid van honderden afgestudeerden van Harvard en hun kinderen volgt, laat zien dat innige relaties een belangrijke indicator zijn voor een goed leven. Mensen die dat niet hebben, worden vaker ziek en sterven doorgaans eerder dan mensen met een rijk sociaal leven. Tijdens de pandemie werd ik op mezelf teruggeworpen. Mijn sociale leven met theaterbezoek, naar de film gaan, lezingen geven – alles hield op. Mijn vrienden met relaties richtten zich op hun eigen familieleven.”

Hoe was dat voor u?

„Voor de meeste mensen gold natuurlijk dat hun wereld kleiner werd door de pandemie. Maar voor degenen die alleen leefden, verdween iedere vorm van intimiteit. Ik voelde me er somber onder. Werd overgevoelig voor hoe andere mensen zich tegenover mij gedroegen. Wat ze zeiden, of juist niet. Je ziet overal gevaar en afwijzing, ook waar dat er misschien wel helemaal niet is. Mijn vrienden hadden hun eigen sores en ik wilde hen niet lastigvallen met mijn eenzaamheid.”

Waarom niet?

„Psycholoog Frieda Fromm-Reichmann schreef in 1959 een beroemd essay, Loneliness. Daarin beschrijft ze onder andere de schaamte waarmee het begrip eenzaamheid omgeven is. Mensen vinden het moeilijk als iemand eenzaam is, alsof ze erdoor besmet zouden kunnen raken. Die kwetsbaarheid herinnert hen al te zeer aan hun eigen kwetsbaarheid. Voor degene die eenzaam is, is dat een moeilijk krachtenveld. Je bent eenzaam, maar je weet dat je anderen afstoot als je dat laat zien. Je eenzaam voelen wordt zo een geheim, met angst beladen. En dat maakt nog eenzamer.”


We zijn allemaal (weleens) eenzaam

U spreekt in uw boek over ‘wreed optimisme’. Kunt u dat uitleggen?

Cruel optimism is een begrip van de Amerikaanse filosoof Lauren Berlant. We hebben allemaal dat idee van hoe ons leven eruit zou moeten zien: economische onafhankelijkheid, rijkdom, een gezin, een ideale liefdesrelatie. Maar we leven in een wereld waarin het een groot deel van de mensen niet lukt of voor wie het simpelweg zelfs niet mogelijk is die dromen te verwezenlijken. Veel mensen werken heel hard, maar zullen nooit economisch onafhankelijk worden. Zelfs in onze Europese samenleving niet. De meesten wíllen wel een relatie of een gezin, maar velen lukt dat niet. In reclames, in boeken en films zien we: de romantische relatie is het hoogst haalbare. Dat is de norm. Voldoe je daar niet aan, dan heb je gefaald.”

Dat gevoel van falen komt vaker voor bij queer mensen, schrijft u.

„Als queer persoon val je sowieso buiten de norm. Welke invloed dat heeft is onder andere door psycholoog Alan Downs onderzocht in zijn boek Fluwelen woede. Hij beschrijft hoe queer kinderen en jongeren al vroeg leren dat hun verlangens minder ‘natuurlijk’ zijn dan die van heteroseksuelen. Daar ontstaat al iets van schaamte, dat gevoel van altijd iets moeten compenseren, iets moeten bevechten. Dat beïnvloedt je relaties.”

Hoe gaat u daarmee om?

„Mijn leven als gay man gaat ook soms gepaard met schaamte. Naarmate ik ouder werd leerde ik dat steeds beter te herkennen. Ik herken het ook soms bij andere gays, bij transgenders – en probeer er met acceptatie en liefde op te reageren. Dat lukt niet altijd.

„En ik kan steeds meer met het idee dat Downs ook in zijn boek benoemt: op een gegeven moment stel je orde op zaken. Neem je afscheid van je eerdere leven dat je gebaseerd hebt op strategieën om schaamte te vermijden, en bouw je het opnieuw op.”

En stel je dus verwachtingen bij?

„Ja, net als ik dat met vriendschappen deed. In de pandemie raakte het me dat ik op het tweede of derde plan kwam bij mensen van wie ik dacht dat ik een belangrijke rol in hun leven speelde. Als ik aan mijn vrienden dacht, zat er altijd een spoor van verwijt in, teleurstelling, woede. Ik kon maar moeilijk accepteren dat ik niet op ze kon rekenen zoals ik altijd had gehoopt.”

Waardoor veranderde dat gevoel?

„Geleidelijk aan, door de stad uit te gaan en een paar maanden op Lanzarote en Fuerteventura te verblijven, door veel te wandelen, aan yoga te doen, me weer met mezelf te verbinden, kwam ik tot zelfinzicht. Ik leerde opnieuw het alleen-zijn niet meer uitsluitend als iets negatiefs te zien.”

Hoe staat u nu tegenover uw vrienden?

„Ik zag in dat mijn reactie op hen ook iets egoïstisch had. Ik was een beetje vergeten dat vriendschap berust op vrijheid, niet op dwang of verplichtingen. Volgens de filosoof Jacques Derrida gaat vriendschap per definitie gepaard met het geven van ruimte aan de ander. Hij schrijft in zijn boek Politiques de l’amitié: ‘Ik laat je, zo wil ik het’ – een soort van ultieme vriendschappelijke liefdesverklaring.”

En, om terug te komen op de vraag die u in uw boek stelt: kunnen vriendschappen een remedie zijn?

„Ik heb geleerd: soms kan ik op mijn vrienden vertrouwen, soms niet. Soms laten ze me alleen, soms vergezellen ze me. Vriendschap bestaat en is waardevol, ondanks de onzekerheid die er soms aan verbonden is. Filosofe Simone Weil beschreef het als ‘een wonder’. Een balanceeract tussen nabijheid en afstand. Daar kan ik wel mee vooruit.”

Lees verder…….