Houthi’s vormen nu voor veel Jemenieten het minste kwaad

Profiel

Zeven jaar oorlog In de gebieden onder controle van de Houthi’s radicaliseert de jeugd snel.

Sinds 2017, toen deze foto werd gemaakt, zijn steeds meer jongeren aangetrokken als Houthi-strijders. Het aantal dodelijke slachtoffers onder hen is groot.
Sinds 2017, toen deze foto werd gemaakt, zijn steeds meer jongeren aangetrokken als Houthi-strijders. Het aantal dodelijke slachtoffers onder hen is groot.

Foto YAHYA ARHAB / EPA

Inwoners van de Jemenitische hoofdstad Sana’a keken verbaasd op toen Houthi-strijders begin vorig jaar een aantal kledingwinkels binnenvielen en daar etalagepoppen voor vrouwenkleren in beslag namen. ‘Onislamitisch’, vonden de Houthi’s die. Ook foto’s van damesondergoed werden verwijderd. Verder sloten ze enkele cafés die exclusief voor vrouwen waren bedoeld, omdat die naar hun opvatting slechts zedenverwildering in de hand werkten.

Zulke scherpslijperij was Jemenitische moslims van oudsher vreemd. Andere Houthi’s moesten er ook niet veel van hebben. Niettemin staat vast dat de Houthi’s, die het grootste deel van Jemen beheersen en tot de sjiitische minderheid van het land behoren, de laatste jaren zijn geradicaliseerd – mede onder invloed van hun nauwere band met Iran en het Libanese Hezbollah.

Vooral bij jongeren gaat het snel. „Ik denk dat de generatie die nu onder de Houthi’s opgroeit, nog radicaler zal zijn en meer doordrongen van hun ideologie”, zegt Maysaa Shuja al-Deen, onderzoeker bij het Sana’a Center for Strategic Studies, een denktank.

Zomerkampen

Wat die ideologie precies behelst, is omstreden. Die lijkt te bestaan uit een cocktail van religieus fundamentalisme, nationalisme en een verheerlijking van geweld. Een sleutelrol bij de verspreiding ervan vervullen de zomerkampen, waar de Houthi’s honderdduizenden jongens en af en toe ook meisjes naar toe sturen, soms nog maar zeven jaar oud. Ze krijgen er uniformen aan, doen allerlei oorlogsspelletjes en worden er grondig geïndoctrineerd en voorbereid op de strijd tegen de vijanden van de Houthi’s. Ze leren er de favoriete Houthi-leus: ‘God is groot! Dood aan Amerika! Dood aan Israël! Vervloek de Joden! De Islam overwint!’

Je ziet overal foto’s van jongens die als martelaar zijn gedood.

Aisha Jumaan, directeur ngo

Vrijblijvend zijn die kampen niet. De Houthi’s zetten de kinderen vaak al ruim voor ze meerderjarig zijn in als strijders in de inmiddels bijna zeven jaar lopende oorlog tegen de coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië. Arme ouders verzetten zich niet tegen de rekrutering van hun zoons, omdat ze dan tenminste wat soldij verdienen die de rest van de familie helpt overleven. Sommige jongens – soms nog maar tien of elf jaar oud – worden ingezet als bewakers bij controleposten, met kalasjnikovs. „Mensen zijn bang voor hen, omdat ze jong en onberekenbaar zijn”, zegt al-Deen.

Andere jongens worden door de Houthi’s zonder scrupules ingezet aan het front. Juist deze week meldden de Verenigde Naties dat ze over gegevens beschikken dat bijna tweeduizend jongens sinds begin 2020 zijn gesneuveld in Jemen. Ook bij de slag om de strategische stad Marib, die al maanden woedt, zijn veel jongens om het leven gekomen.

Gewapende Houthi-aanhangers hielden eind januari een bijeenkomst in Sana’a als onderdeel van een poging meer strijders te recruteren.
Foto YAHYA ARHAB / EPA

„Je ziet overal in Jemen van die borden met foto’s van jongens die als martelaar zijn gedood. Je hart breekt ervan”, zegt Aisha Jumaan, directeur van de hulporganisatie Yemen Relief and Reconstruction Foundation. Ze bezocht Sana’a in november en merkte toen naar eigen zeggen weinig van fundamentalistische neigingen van de Houthi’s. De inzet van kinderen is overigens geen exclusieve Houthi-aangelegenheid. Ook hun tegenstanders in Zuid- en Oost-Jemen maken veel van pubers gebruik als bewakers bij controleposten.

Voor gek verklaard

Wie twintig jaar geleden had voorspeld dat de Houthi’s anno 2022 het grootste deel van Jemen zouden beheersen en Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten, de machtigste landen op het Arabisch schiereiland, steeds meer in verlegenheid brengen, zou voor gek zijn verklaard. De Houthi’s golden toen als een achterlijk tribaal groepje uit het uiterste noorden van Jemen dat het wat hoog in de bol had zitten omdat ze in vroeger eeuwen een Jemenitisch koninkrijkje hadden geleid. Ze onderscheidden zich verder door hun Zaydi-geloof, dat deel uitmaakt van de sjiitische stroming van de islam.

Rond 2004 stonden de Houthi’s er beroerd voor. Het Jemenitische leger had, geholpen door Saoedi-Arabië, hun aanvoerder Hussein Badreddin al-Houthi en een deel van zijn volgelingen gedood. Ze waren teruggedrongen tot niet veel meer dan wat grotten bij de plaats Saada, in het noorden van het land. Toch vochten ze door. „Hussein had de oude Zaydi-doctrine nieuw leven ingeblazen dat ze voor gerechtigheid streden, tegen een onrechtvaardige heerser”, zegt onderzoeker al-Deen.

Politieke antenne

Na Husseins dood werd zijn broer Abdul-Malik de nieuwe leider. Hij miste de politieke antenne van zijn broer en richtte zich vooral op de militaire kant. In navolging van het Libanese Hezbollah, dat ook nauwe banden met Iran heeft, doopten de Houthi’s zich om tot Ansar Allah (Aanhangers van God).

Ondanks herhaaldelijke aanvallen van het Jemenitische leger en Saoedi-Arabië wisten de Houthi’s te overleven. In de loop der jaren vormden ze zich om tot een geoliede gevechtsmachine. Uiteindelijk namen ze in 2014 Sana’a in en vervolgens een belangrijk deel van het hele land. Die verrassende opmars versterkte hun gevoel dat ze door God waren uitverkoren om Jemen te redden van kwalijke buitenlandse invloeden. Een boodschap die hun strijders nu ook steeds krijgen ingepompt.

Tot veler verrassing wisten de Houthi’s zich uitstekend te handhaven tegen de coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië, die probeert de door de Houthi’s verdreven regering van president Hadi weer in het zadel te helpen. Daarbij kregen ze steeds meer steun van Iran, dat hielp met raketten en drones en een kans zag het aartsrivaal Saoedi-Arabië lastig te maken.

Ondanks hun grillig bestuur gaat het in Houthi-gebied beter dan in het zuiden van Jemen.

De drones en raketten zetten de Houthi’s inmiddels met succes in tegen doelen in Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten. Maandag nog zagen de Emiraten zich genoopt een raket van de Houthi’s uit de lucht te schieten. Het was de derde aanval in ruim twee weken tijd. De VS hebben inmiddels reizigers gewaarschuwd de Emiraten liever te mijden uit veiligheidsoverwegingen. Een pijnlijke ontwikkeling voor de Emiraten. Ook op Saoedi-Arabië zijn zulke aanvallen aan de orde van de dag.

Humanitaire nood

De oorlog heeft intussen een loodzware wissel getrokken op de bevolking van Jemen. Al jaren geldt het als het land met de grootste humanitaire nood ter wereld, met name in de gebieden die de Houthi’s controleren. Miljoenen Jemenieten kunnen alleen nog overleven dankzij hulp van de VN en andere hulporganisaties. Ook in Sana’a wemelt het nog altijd van de zwaar ondervoede mensen.

Desondanks constateren zowel bewoners als bezoekers dat het – in weerwil van het grillige bestuur van de Houthi’s – in Sana’a iets beter gaat dan in de zuidelijke steden Aden en Taiz, die buiten het Houthi-gebied vallen. Daar maken lokale milities de boel onveilig. Regelmatig worden mensen er beroofd. De corruptie is er zo mogelijk nog groter dan in de Houthi-gebieden. Onder de Houthi’s heerst meer stabiliteit. Het oude ambtelijke apparaat van voor de oorlog werkt deels nog gewoon door. De belastingen zijn er ook lager en daarom zijn er nogal wat kooplieden die Aden of Taiz de rug toekeren en zich in Sana’a vestigen. Veel mensen waarderen ook dat strijders van Al-Qaeda, die voor veel overlast zorgden, uit de Houthi-gebieden zijn verdreven.

„Het gevoel is ook wijdverbreid in Sana’a dat de Saoediërs het op de Jemenitische bevolking hebben gemunt”, zegt Aisha Jumaan. „Van dat sentiment profiteren de Houthi’s ook.”

Echt geliefd zijn de Houthi’s desondanks zelf evenmin. „Bij velen overheerst vrees voor de Houthi’s”, zegt onderzoeker al-Deen. Tegelijk beseffen burgers ook dat de Houthi’s op dit moment het minste kwaad vormen. En de toestand in Sana’a is zonder twijfel beter dan in de eerst drie jaar na het begin van de oorlog, toen er meer bombardementen waren en de bestuurlijke chaos veel groter was. Al-Deen: „Velen redeneren nu: een betere optie dan de Houthi’s hebben we op het ogenblik eigenlijk niet.”


Lees ook: Wending in oorlog brengt vrede niet dichterbij

Lees verder…….