Het Festival Oude Muziek was een mirakel van galanterie en schoonheid

Reportage

Festival Oude Muziek Het openingsweekend van het Festival Oude Muziek bracht een feestelijke overvloed aan concerten, met de traditionele gesprongen snaren, uitgebreide stempauzes en obscure instrumenten.

Openingsconcert van het Festival Oude Muziek
Openingsconcert van het Festival Oude Muziek

Foto: Foppe Schut

„Het mirakel van de galanterie heeft zich al voltrokken!” verklaart festivaldirecteur Xavier Vandamme triomfantelijk. Zojuist heeft op zijn verzoek iedereen in de grote zaal van Tivoli/Vredenburg ter ere van het thema ‘galanterie’ een onbekende medebezoeker twee seconden vriendelijk in de ogen gekeken. Nu is volgens Vandamme de kans dat de avond ontaardt in een oorlog van allen tegen allen een stuk kleiner. Het mirakel van de goede omgangsvormen. En toch valt dat wonder in het niet bij de muzikale mirakels die de rest van het festival plaatsvinden.

Te beginnen met een feestelijk openingsconcert van De Nederlandse Bachvereniging, die vanwege het honderdjarig bestaan artist in residence is. Ze draaiden het publiek warm met wat vertrouwde hoogtepuntjes uit de Hohe Messe, en brachten daarna het prachtig verrassende Magnificat van C.Ph.E. Bach, onder leiding van violist Shunske Sato. Zijn e-snaar knapte al vroeg in het concert, maar dat is traditie op een festival met een overdaad aan authentieke instrumenten. Hoe dan ook stond het Magnificat als een huis, „Meer Carl Philipp graag!” verzocht Vandamme terecht na afloop.

Serieuze dames

De volgende dag was er als vanouds een overvloed aan keuze, maar de zaterdagochtend kon toch moeilijk beter beginnen dan met het steengoede, jonge kamermuziekensemble Nevermind, dat twee onbekende Franse 18de-eeuwse componisten, Louis-Gabriel Guillemain en Jean-Baptiste Quentin, in de spotlight zette. Alleen al het gambaspel van Robin Pharo was zo onverwacht prachtig dat het vanzelf een balsem voor de ziel werd.

En dan is dit festival natuurlijk ook bij uitstek de plek om obscure instrumenten aan de vergetelheid te onttrekken. Zo speelden de serieuze dames van het Ensemble Danguy een programma rondom de in onmin geraakte draailier. De klank van dat instrument biedt zowel een historische sensatie als een komisch effect, want er komt op het eerste oor best een vreemd piepend geluid uit.

Maar Tobie Miller, een grootheid in het draailiercircuit, zorgde er zeker in de kleinere bezettingen voor dat het instrument volledig tot zijn recht kwam, met al zijn klagelijke en charmante kwaliteiten.

Het jonge Sollazzo ensemble speelde die avond onder leiding van vedelspecialiste Anna Danilevskaia de oudste muziek van de dag, met een fantastische scenische enscenering van een keur aan 14de-eeuwse componisten. Er klonk met een ronduit flirterig en cheeky Kyrie Eleison, een tijdloze klaagzang over het niet kunnen slapen omdat het buiten zo lawaaiig is, en een huiveringwekkend De Profundis met knarsende dissonanten. Zowel de zangers als de instrumentalisten betoverden het verrukte publiek.

Maar het festivalgevoel wordt pas compleet als je om middernacht, een beetje aangeschoten, naar je laatste concert gaat terwijl de tassen van de feestgangers in de rij naast je al op drugs worden gecontroleerd. Violist Daria Spiridonova speelde met een klein publiek bij haar op het podium solostukken van Telemann en tijdgenoten. Op een gegeven moment begon de intonatie wat te schuren, waarschijnlijk doordat het grillige instrument weer gestemd moest. Maar dat deerde niet. Ze speelde onverschrokken zacht, en de lijfelijkheid van het spelen, het ademen en snuiven, was door de kleine afstand onmiskenbaar en zo was de oude muziek weer een stuk dichterbij dan de term altijd weer doet vermoeden.

Festival Oude Muziek Utrecht. Gehoord 27 en 28/8, diverse locaties in Utrecht. Het festival duurt nog t/m 4 september. Inl: oudemuziek.nl

Lees verder…….