Het conflict in de Rode Zee dwingt India tot een grotere rol in de Indo-Pacific

De Indiase marine heeft het druk. Neem alleen al januari: begin van die maand redden speciale commando’s een onder Liberiaanse vlag varend schip dat op weg naar Bahrein werd belaagd door piraten. Nog geen drie weken later kwam de marine in actie na een noodoproep van een aan het Verenigd Koninkrijk gelieerde tanker, die was getroffen door een raket afgevuurd door Houthi-strijders in de Rode Zee; om daarna binnen 48 uur twee gekaapte schepen voor de kust van Somalië te enteren.

Bovenstaande acties haalden de Indiase media: de Indian Navy laat graag zien dat het een cruciale rol kan spelen in beveiliging van de Golf van Aden. De zeemacht vaart sinds december met een ongekend grote vloot van twaalf oorlogsschepen in de wateren vanaf de eigen westelijke kust. Het is de grootste inzet van de Indiase marine ooit in dit gebied, waar piraterij recent weer is opgelaaid. Tijdens de opgeschroefde patrouilles, zijn volgens officiële cijfers zeventien gevallen van kaping of poging tot kaping gesignaleerd.

Volgens Indiase generaals en militaire analisten komt die toename van het aantal incidenten, voort uit het conflict in de Rode Zee. Terwijl daar een samengestelde missie, geleid door de Amerikaanse en Britse marine, uitvaart tegen de Houthi’s die westerse handelsschepen aanvallen als vergelding voor Israëls oorlog in Gaza, zagen piraten vanaf de Hoorn van Afrika hun kans om huis te houden in de nabijgelegen zeestraat. „De maritieme veiligheid is als een puzzel: de Verenigde Staten en anderen zijn bezig in de Rode Zee, en dus valt een gat in de Golf van Aden en de West-Indische Oceaan. Dan moet India daar meer optreden”, schetst voormalig marineofficier en analist Abhijit Singh van de Observation Research Foundation, een grote denktank in New Delhi.

Scheepshandel gehinderd

De chaos die de Houthi’s en de piraten veroorzaken, hindert de doorvaart op een van ’s werelds belangrijkste scheepvaartverbindingen, tussen de Middellandse Zee en de Indische Oceaan. De doorgang is cruciaal voor de wereldhandel, inclusief India’s eigen export.

Lees ook Hoe de Houthi’s met aanvallen op schepen de inflatie opjagen

Een containerschip vaart in het <strong>Suezkanaal</strong> ter hoogte van Ismaïlia in Egypte.

Het gebied geldt bovendien als geopolitiek en militair zwaartepunt. Als India zich internationaal wil laten gelden, zal het in deze regio moeten kunnen optreden. „We zouden als onverantwoordelijk land worden gezien als we ons niets zouden aantrekken van problemen die in onze buurt spelen”, stelde India’s minister van Buitenlandse Zaken, Subrahmanyam Jaishankar, onlangs.

minister van Buitenlandse Zaken IndiaSubrahmanyam Jaishankar We zouden als onverantwoordelijk land worden gezien, als we ons niets zouden aantrekken van problemen die in onze buurt spelen

Ook demissionair minister Kajsa Ollongren (D66, Defensie) ziet een rol voor India: „ India is door de ligging interessant – het kijkt maritiem twee kanten op.” Ollongren sprak vorige week met NRC in Delhi, op de geopolitieke conferentie Raisina. Het was voor het eerst dat een Nederlandse defensieminister deelnam aan de jaarlijkse ‘dialoog’ over onder meer de Indo-Pacific en India’s rol in de wereld.

Voor Ollongren is duidelijk dat Nederland en India eenzelfde doel hebben: „Dat de internationale scheepvaart door kan. Dat gedeelde belang kunnen we ook meer aangrijpen om meer samen te doen.” De Nederlandse aandacht voor de Indo-Pacific is „geïntensiveerd”, aldus de minister. Een verminderde veiligheid in de Indo-Pacific, stelt zij, zal direct merkbaar zijn door gevolgen voor de doorvaart.

Ollongren maakte in Delhi een aantal concrete afspraken: waarschijnlijk zal het Nederlandse fregat Zr.Ms. Tromp, op doortocht naar het oosten, India aandoen, en Nederland zal zich aansluiten bij Indiase maritieme oefeningen. Ook wordt er gekeken naar samenwerking bij de ontwikkeling van materieel. Dat past in India’s nationale plan om zowel het eigen leger als de defensie-industrie te moderniseren. Ollongren noemt het een „basaal” begin van nauwere samenwerking met India in de Indo-Pacific.

India’s strategische autonomie

De Indiase vloot neemt nu nadrukkelijk niet deel aan marinemissies die voornamelijk door westerse landen worden uitgevoerd. Die keuze illustreert volgens analisten Delhi’s hang naar ‘strategische autonomie’. India sluit zich niet snel aan bij grote politieke of strategische bondgenootschappen, maar onderhoudt liever zelf relaties met verschillende landen – ook als die partijen onderling slechte relaties hebben.

Lees ook In een multipolaire wereld bepaalt India zelf waar het bruggen bouwt

<strong>Premier Narendra Modi</strong> van India keek tijdens de BRICS-top in Zuid-Afrika in augustus via een livestream mee naar de succesvolle onbemande maanmissie. Dit weekend ontvangt hij in New Delhi de leiders van de G20.

Door zich te richten op piraterij vlak buiten de Rode Zee, hoeft India niet direct de confrontatie aan te gaan met de Houthi’s. Zo blijft het land buiten het conflict in het Midden-Oosten en de oorlog in Gaza, waar het een balans moet vinden tussen tegengestelde diplomatieke belangen: Israël geldt als vriend op het wereldtoneel, maar India ondersteunt formeel gezien een tweestatenoplossing voor de Palestijnse zaak. En het heeft veel handel met Iran, dat de Houthi’s zou onderhouden. „India is genoodzaakt te proberen te voorkomen dat het betrokken raakt bij een gezamenlijke onderneming in dit gebied waaruit een politieke kant zou blijken”, aldus analist Singh.

Met confetti en rook in de kleuren van de Indiase vlag wordt de ingebruikname gevierd van het schip INS Vindhyagiri door de Indiase marine, in augustus vorig jaar in Kolkata.
Foto Bikas Das / AP

Nu kan India iedereen tegemoetkomen door zich in te zetten voor de bescherming van een gemeenschappelijk doel: de vrije doorvaart. Een volwaardiger partnerschap met India noemt Ollongren vanwege India’s vele verschillende verhoudingen „lastig”. „Uiteindelijk moeten we respecteren en begrijpen waarom India vanuit het eigen perspectief vasthoudt aan de verschillende eigen partnerschappen.”

Wel ziet Ollongren India als mogelijke partner „ in onze zorg over China”. Voor India geldt China als een belangrijke rivaal, in economisch en geopolitiek opzicht. De landen delen een betwiste landgrens, en op zee veroorzaakt China onrust door de territoriale wateren van andere landen te schenden. „Het zijn speldenprikken tot nu toe”, aldus Ollongren. „Maar dat zou ook serieuzere vormen kunnen aannemen. Dat is niet goed voor de stabiliteit in de regio.”

demissionair minister van DefensieKajsa Ollongren Uiteindelijk moeten we respecteren en begrijpen waarom India vanuit het eigen perspectief vasthoudt aan de verschillende eigen partnerschappen

Chinese analisten, die in internationale media reageerden op het Indiase optreden in de Indo-Pacific, spraken van een geopolitiek „signaal”. Met de anti-piraterijmissie zou de Indiase marine willen tonen dat ze adequaat kan reageren, en zich willen bewijzen als goede partner voor verdere strategische samenwerking, ook tegen China als diens dreiging verergert.

Maar analist Singh blijft erbij dat de maritieme missie een reactie is op de huidige omstandigheden, en geen boodschap naar de regionale rivaal: „De Rode Zee, de Golf van Aden en de Arabische Zee liggen nu eenmaal een stuk dichter bij India, dan bij China. Chinese marineschepen hebben in dit deel van de regio gewoon minder te zoeken.”