De Rotterdamse haven moet haar eigen voeten droog houden

Reportage

Zeespiegelstijging In de Rotterdamse haven moeten bedrijven -– soms zonder dat ze dit weten – zelf zorgen dat ze het stijgende zeewater op afstand houden. „We hebben nog tijd.”

Maeslantkering (foto’s links), kantoor aan de Waalhaven (rechtsboven) en de versterkte Tuimelkade (rechtsonder).
Maeslantkering (foto’s links), kantoor aan de Waalhaven (rechtsboven) en de versterkte Tuimelkade (rechtsonder). Foto’s Walter Herfst

Het waait hard bij het Havenbedrijf Rotterdam, dat zetelt in een imposante toren aan de Nieuwe Maas. Het water slaat hoog tegen de kademuren. Is het denkbaar dat de haven een keer overstroomt?

Port of Rotterdam, zoals het havenbedrijf zich internationaal noemt, is volop bezig met ‘waterveiligheid’. Naast beheer en exploitatie van de haven krijgt de beperking van overstromingsrisico’s gerichte aandacht. In 2014 schetste een rapport van het nationaal Deltaprogramma de risico’s van zeespiegelstijging voor het havengebied. Sindsdien ontwikkelt het Havenbedrijf ‘adaptatiestrategieën’ om de haven aan te passen aan de hogere zeespiegel.

Destijds voorspelden klimaat-modellen voor het jaar 2100 een stijging van 35 tot 85 centimeter, vertelt Marc Eisma, beleidsadviseur waterveiligheid bij het Havenbedrijf.

Nu, negen jaar later, is de verwachte maximale stijging voor 2100 al verhoogd naar 120 centimeter. De overstromingskans voor het oostelijke havengebied wordt geschat op eens per tien tot honderd jaar. Een stijging met 35 centimeter maakt dat risico al drie keer hoger, bij 85 centimeter is dat zelfs negen keer.

Buitendijks gebied

Wat betekenen die extra centimeters hoger water voor de grootste haven van Europa? Jaarlijks passeren hier meer dan 15 miljoen containers en 470 miljoen ton goederen. Ruim een half miljoen Nederlandse arbeidsplaatsen zijn direct verbonden aan de Rotterdamse haven, en ruim 8 procent van de economie.

Een ochtend rijden door het havengebied met Marc Eisma en woordvoerder Tie Schellekens maakt duidelijk: het is nog niet dramatisch, maar er is zeker werk aan de winkel. Haventerreinen moeten worden verhoogd, kades versterkt. Stijgt de zeespiegel sneller dan verwacht, dan moet het tempo van aanpassing omhoog.

Foto Walter Herfst

In Nederland gaan waterschappen en Rijkswaterstaat over de waterveiligheid. Maar dat betreft alleen binnendijks gebied. De Rotterdamse haven ligt buitendijks. En daar moeten bewoners en bedrijven zelf overstromingsschade voorkomen – of achteraf herstellen. Het Havenbedrijf is dus verantwoordelijk voor kademuren, glooiingen en de openbare ruimte, zoals wegen. Bedrijven moeten zorgen voor hun eigen terrein.

Eisma woont zelf ook buitendijks. Hij legde thuis een marmoleum vloer, en geen parket. „Voor het geval dat. Waterveiligheid is natuurlijk mijn beroep.” De gemeente informeert buitendijkse bewoners over de risico’s, het Havenbedrijf de bedrijven.

Aanvankelijk waren die zich niet erg bewust van de risico’s en hun verantwoordelijkheden. Eisma: „Internationale bedrijven zijn wel wat gewend. Die zitten ook in landen waar vaker overstromingen voorkomen. Dan zit waterveiligheid meer in het gedachtegoed.” Lokale bedrijven gaan uit van de bescherming door waterschappen. Als zij daarbuiten blijken te vallen, is dat soms een verrassing.

Voorzieningen hogerop

Een andere tactiek om de waterveiligheid te vergroten, is de risico’s van overstromingen beperken. Bijvoorbeeld door cruciale voorzieningen en voorraden hoger te plaatsen, en elektrische installaties vooral niet in de kelder te zetten. Eisma wijst naar een kantoor dat havenlobbybedrijf Deltalinqs en containergigant Evergreen huisvest. Ook hier omringt een dijkje het pand. In de kelder staan alleen auto’s – specifiek om de gevolgen van overstroming te beperken.

Veel van de maatregelen die het Havenbedrijf zélf neemt, vallen niet op als je door de haven rijdt. Misschien wel de belangrijkste is het ‘droge’ deel van het complex: zo’n 6.000 hectare kade, haven- en industrieterrein, die minstens 3 meter boven NAP ligt. Naarmate je zee nadert, komt de haven steeds verder omhoog: de hele Eerste Maasvlakte ligt vijf meter boven NAP. Bij de nieuwere Tweede Maasvlakte doen sommige bedrijfslocaties er nog een schepje bovenop, soms tot wel 6,3 meter boven NAP. Dat moet, óók uitgaande van de jongste voorspellingen, in ieder geval tot 2100 voldoende zijn.

Vrijwel het gehele havencomplex in Rotterdam ligt buitendijks

Foto’s Walter Herfst

Op korte termijn worden zwakke plekken in de haven versterkt, zoals de Tuimelkade Europoort. Die loopt langs het Hartelkanaal, dat in open verbinding met de Noordzee staat. Waar een paar honderd meter verder de Maeslantkering bij nood de parallelle Nieuwe Waterweg kan afsluiten, ligt de kering van het Hartel-kanaal een paar kilometer landinwaarts. Daardoor beïnvloedt de zee de waterstand in het kanaal sterker. De Tuimelkade wordt van 5,20 meter naar 5,70 meter boven NAP opgehoogd, en krijgt een betonnen wand in plaats van een kistdam met klei.

Nu lijkt de kade een modderige berm. Het Hartelkanaal staat laag, de Noordzee is uit zicht. Alleen een berg zandzakken verraadt dat hier de waterveiligheid in het geding is. De zandzakken stutten een zwakke plek, voordat de ophoging en versterking begint. Het havenbedrijf hoopt halverwege dit jaar te starten.

Of het systeem van waterkeringen en geplande aanpassingen straks volstaan, is afhankelijk van het klimaat en de zeespiegelstijging. Het KNMI presenteert komende herfst nieuwe scenario’s. Het idee dat Nederland de kust en de haven zou moeten opgeven, is voor Eisma geen uitgemaakte zaak. „We hebben nog tijd.”

Lees verder…….