Column | Windmolens

Arnold Karskens, de alles van Ongehoord Nederland, hield tijden een dagboek bij waarin hij nauwgezet noteerde wat er niet klopte aan de berichtgeving van het NOS Journaal. Later begon hij een eigen zender waarin per uitzending meer feitelijke onjuistheden zitten dan in een week journaals. En dat is dan nog maar Arnold Karskens. Er zijn veel kwalijker complotdenkers. Ik lees steeds meer berichten van mensen die denken dat het weer gemanipuleerd wordt. Ze zijn ervan overtuigd dat er vliegtuigen zijn die wolken in de lucht spuiten, zodat de overheid ons kan wijsmaken dat het klimaat verandert, om zo allerlei maatregelen af te dwingen.

Dat er steeds meer mensen zijn die in complotten geloven is door corona wel aangetoond. Elke zondag stond het Museumplein er vol mee. Met een groot deel viel niet te praten, het had geen zin om ze te overtuigen. Vorige week zag ik de documentaire The Truth vs. Alex Jones, zo ver afgegleden als in Amerika zijn we nog niet, maar de debilisering slaat ook hier om zich heen. Gefrustreerden keren de samenleving de rug toe, verklaren zich autonoom of soeverein en geloven alleen nog maar het nieuws dat ze zelf willen geloven.

Ik had schijnbaar de lente in de kop en rende ’s morgens een stuk door de platte ‘natuur’ rond Wormer, over de dijken naar de Zaanse Schans en terug. Toen ik halverwege niet meer kon bleef ik stilstaan. Even verderop maakte een man foto’s van de weilanden. Hij zei dat het aan de ene kant van de dijk beschermd natuurgebied was en aan de andere kant niet. Dat vond hij verdacht. Nog verdachter vond hij het dat er wellicht windmolens zouden worden gestationeerd.

Ik had geen mening.

Daarna zei hij dat hij foto’s maakte zodat hij later kon aantonen dat de windmolens die ze er misschien willen neerzetten helemaal geen windmolens zijn, maar dat er in de omhulsels vaak andere apparaten zitten zoals boormachines die dijken zouden kunnen saboteren, ze stonden tenslotte op boerenland.

„De overheid doet nu eenmaal niets liever dan boeren pesten.”

Het leek me onzin, maar wie was ik?

„Een grote lul die zelf voor de NPO werkt”, zei hij voor mij.

Nog even en alles zou anders zijn.

Toen ik weer aan het rennen was doemde de toekomst op, een tijd zonder zekerheden waarin iedereen alles in twijfel trekt. Dat leerden ze ons op de school voor journalistiek ook: je moest alles in twijfel trekken, net zo lang tot je niet meer kon. Maar goed, dat was de goede oude tijd, feiten doen er inmiddels niet meer toe.

Marcel van Roosmalen schrijft op deze plek een wisselcolumn met Ellen Deckwitz.