Column | Stop eens met trappen tegen alles wat buitenlander is

De Amerikaanse hoogleraar Brooke Harrington, specialist belastingrecht aan de prestigieuze Copenhagen Business School (CBS), kwam in 2018 onplezierig in aanraking met de autoriteiten. Acht maanden lang had ze politie en justitie op haar dak omdat ze, zo zei men, de voorwaarden van haar visum had overschreden. Uiteindelijk vond de Deense overheid haar ‘vergrijp’ zo stupide dat ze de visumwet wijzigde. Maar Harrington had genoeg gezien. Ze vertrok uit Denemarken. En ze was niet de enige.

Dit verhaal doet er ook in Nederland toe. Want het is weer verkiezingstijd en dan schijnt het bon ton te zijn om flink te trappen tegen alles wat buitenlands is. Als je naar de partijprogramma’s kijkt, lijkt er een soort wedstrijd gaande in wie de meeste buitenlanders kan wegjagen en afschrikken. Asielzoekers, arbeidsmigranten, studenten – iedereen wordt in één pot gegooid, de een nog meer ongewenst dan de ander. Zoiets kan alleen maar slecht aflopen. Voor Nederland dan. Want net als Denemarken wil ons land, zo zei minister Adriaansens laatst, excelleren in „deep tech, de groene maakindustrie, de circulaire economie en hoogwaardige diensten met kunstmatige intelligentie en digitale platformen”.

Maar daar moet je in investeren. Met geld, met mensen. Op beide fronten zijn politici dom bezig. Velen willen het groeifonds (20 miljard euro) uitkleden. Nederlandse specialisten op het gebied van kwantumtechnologie of 6G zijn er amper nog. Dus moet je juist buitenlanders binnenhalen. En zorgen dat ze blijven en niet, zoals Harrington, een paar jaar later in The New York Times hun beklag doen over de xenofobe klopjacht op buitenlanders. Nu al worden buitenlanders afgeschrikt door politici die in het wilde weg, voor alles, Nederlandse taaleisen willen stellen.

Harringtons zonde? Ze had in 2017 vijf lezingen gehouden over belastingparadijzen voor het Deense parlement en andere instellingen. Dit was op CBS acht jaar haar onderzoeksterrein en daarvoor op Harvard. De Denen hadden Harrington zelf uitgenodigd. Ze kreeg geen cent voor die lezingen. Voor een professor is zoiets een eer.

Wat de Denen niet wisten, en Harrington evenmin, was dat haar werkvisum alleen geldig was voor activiteiten op CBS. Daarbuiten mocht ze niets. Die lezingen waren dus illegaal. De organisator had een officiële ‘uitzondering’ moeten aanvragen. Dus zat Harrington, die haar inzichten volgens haar CBS-contract publiekelijk moest verspreiden, op een dag op de keukenvloer met haar zoontje in de armen, terwijl de politie op de deur bonkte. Ze kreeg een boete van 1.700 euro. Als ze die zou accepteren, zou ze een strafblad krijgen. Harrington kon dat niet riskeren: ze reist veel voor haar werk. Als je op een visa-aanvraag moet aankruisen dat je een strafblad hebt, kun je je trip vergeten. Of zelfs je carrière.

Anderen overkwam iets dergelijks. Eén professor vocht zijn zaak aan tot het hoogste gerecht en werd vrijgesproken. De rechter vond de visumbepalingen zo ondoorzichtig dat hij niet had kunnen weten dat hij iets strafbaars deed. Een Australische hoboïste die met een ander ensemble had gespeeld, werd wel veroordeeld. Ze moest het land uit en kreeg als ‘crimineel’ nergens meer voet aan de grond.

Stompzinnig Deens kleinigheidje? Nee. Wat zich hier afspeelt, zie je bij ons ook. Omdat ‘mensen het niet langer pikken’ wordt immigratie zo moeilijk mogelijk gemaakt. Voor iedereen, ook de mensen die je wél wilt hebben. Een Deense immigratieminister met een teller op haar site pochte dat ze in vier jaar tijd honderd beperkingen in de migratiewet had weten te zetten. Nederland is een gaaf land, maar de sfeer begint verdomd veel op die in Denemarken te lijken. Schiet Nederland, waar weinig jongeren exacte vakken willen studeren en Brainport (Eindhoven) 52.000 vacatures voorziet voor de komende jaren, zichzelf op dezelfde manier in de voet?

De Denen komen nu terug op hun ultra-restrictieve beleid. We moeten hiervan leren – niet over een paar jaar, maar nu.